1.1 De psychosociale identiteitstheorie van Erikson
Erik Erikson Opgegroeid in Duitsland (Deense vader,
Joodse moeder) vader nooit gekend
In de leer bij Sigmund Freud, en diens
dochter Anna Freud
Immigreerde naar USA tijdens WOII
Onderzoek naar persoonlijkheid en cultuur
indianenstammen
Identiteitsproblematiek kende vader
niet, moeten vluchten…
Sociale omgeving onderzoek
indianenstammen, omgeving heeft veel
invloed
Erikson legde nieuwe accenten in de theorie van Freud: Neofreudianen
1.1 VIER VERSCHILLEN TUSSEN ERIKSON EN FREUD
1. ROL V/H EGO: CONSTRUCTIEF (E) VS. DEFENSIEF (F)
Erikson (constructief): ego belangrijkste component binnen
persoonlijkheid, 2 conflicten:
o Innerlijke psychische conflicten: 2 tegenstrijdige emoties
binnen jezelf (vb. jaloers op vriendin maar niet willen toegeven)
o Conflicten tussen individu en omgeving: omgeving heeft
verwachtingen van jou (vb. verder studeren, jij wilt niet, ouders
wel)
o Ego wordt sterker als je deze conflicten goed aanpakt
(egosterkte)
Taak van het ego (volgens E)
o Harmonie brengen, binnen jezelf als binnen een relatie met
soc.omg.
Freud (defensief):
o Taak ego: defensieve functie, verdedigen tegen duivel,
onderdrukken. Compromissen zoeken tussen Es en über-ich
2.BELANG SOCIALE OMGEVING: INTERPSYCHISCH (E) VS. INTRAPSYCHISCH (F)
Erikson: intrapsychische (binnen jezelf) en vooral interpsychische
(tussen individu en omgeving)
o Psychosociale ontwikkelingstheorie!!
Freud: enkel aandacht voor intrapsychische
3.BETEKENIS VAN CRISISSEN: GROEIKANSEN (E) VS. ONHEILSPELLEND (F)
Erikson: crisis is eigen aan elke levensfase
o Positief: bevat groeikansen, optimistische visie
Freud: crisis zorgt voor ontsporing
, o Patiënten gingen terug naar onderbewuste waar ging het
fout?
4.DUUR V/H ONTWIKKELINGSPROCES: LEVENSLANG (E) VS. KINDERJAREN (F)
Erikson: theorie gaat voor alle levensfasen (geboorte tot ouderdom)
Freud: theorie enkel over de kinderjaren
1.2 BASISPRINCIPES IN FASEN VAN ERIKSON ’S THEORIE:
Biologische rijping: de fysiek van een baby is anders dan die van een
oudere
Nieuwe sociale verwachtingen: in elke levensfasen zijn er andere
verwachtingen (ouders, opvoeders, verwachtingen v zelfstandigheid)
Deze zorgen ervoor dat de psychosociale identiteit gaat wringen, deze
volstaat niet meer, je komt in een crisis. Je zit niet meer goed in jezelf je
moet gaan herdefiniëren
Dit kan twee kanten op gaan
Negatieve pool (rolverwarring): je kan jezelf niet meer gaan
uitzoeken, het mislukt, je kan niet voldoen aan de sociale
verwachtingen
Positieve pool (identiteit): je kan erdoor komen, jezelf opnieuw
uitvinden en ook trouw blijven aan jezelf, voldoen aan de sociale
verwachtingen
Dit hangt af van je egosterkte en sociale steun (omgeving speelt een grote
rol)
Egosterkte wordt elke fase sterkte als je elke crisis goed doorkomt
Omgeving speelt een rol in hoe je een crisis gaat doorkomen (vb.
steun ouders)
1.3 EVALUATIE VAN DE THEORIE
Nog steeds populaire theorie
Positieve kijk op de ontwikkeling doorheen hele levensloop
Kritiek: universeel toepasbaar? Hij kijkt vanuit een Westerse bril
Wetenschappelijk toetsen? vage begrippen
Vb. hoe meet je iemand zijn egosterkte?
2.1 De cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget
Zwitser
Jean Piaget Doctoraat in biologie en psychologie
Theorie over cognitieve ontwikkelen
(denken)
Hoe ontwikkelen cognitieve structuren
zich?
Vb. hoe denken kinderen van 3 jaar?
Centrale rol voor observaties
Erik Erikson Opgegroeid in Duitsland (Deense vader,
Joodse moeder) vader nooit gekend
In de leer bij Sigmund Freud, en diens
dochter Anna Freud
Immigreerde naar USA tijdens WOII
Onderzoek naar persoonlijkheid en cultuur
indianenstammen
Identiteitsproblematiek kende vader
niet, moeten vluchten…
Sociale omgeving onderzoek
indianenstammen, omgeving heeft veel
invloed
Erikson legde nieuwe accenten in de theorie van Freud: Neofreudianen
1.1 VIER VERSCHILLEN TUSSEN ERIKSON EN FREUD
1. ROL V/H EGO: CONSTRUCTIEF (E) VS. DEFENSIEF (F)
Erikson (constructief): ego belangrijkste component binnen
persoonlijkheid, 2 conflicten:
o Innerlijke psychische conflicten: 2 tegenstrijdige emoties
binnen jezelf (vb. jaloers op vriendin maar niet willen toegeven)
o Conflicten tussen individu en omgeving: omgeving heeft
verwachtingen van jou (vb. verder studeren, jij wilt niet, ouders
wel)
o Ego wordt sterker als je deze conflicten goed aanpakt
(egosterkte)
Taak van het ego (volgens E)
o Harmonie brengen, binnen jezelf als binnen een relatie met
soc.omg.
Freud (defensief):
o Taak ego: defensieve functie, verdedigen tegen duivel,
onderdrukken. Compromissen zoeken tussen Es en über-ich
2.BELANG SOCIALE OMGEVING: INTERPSYCHISCH (E) VS. INTRAPSYCHISCH (F)
Erikson: intrapsychische (binnen jezelf) en vooral interpsychische
(tussen individu en omgeving)
o Psychosociale ontwikkelingstheorie!!
Freud: enkel aandacht voor intrapsychische
3.BETEKENIS VAN CRISISSEN: GROEIKANSEN (E) VS. ONHEILSPELLEND (F)
Erikson: crisis is eigen aan elke levensfase
o Positief: bevat groeikansen, optimistische visie
Freud: crisis zorgt voor ontsporing
, o Patiënten gingen terug naar onderbewuste waar ging het
fout?
4.DUUR V/H ONTWIKKELINGSPROCES: LEVENSLANG (E) VS. KINDERJAREN (F)
Erikson: theorie gaat voor alle levensfasen (geboorte tot ouderdom)
Freud: theorie enkel over de kinderjaren
1.2 BASISPRINCIPES IN FASEN VAN ERIKSON ’S THEORIE:
Biologische rijping: de fysiek van een baby is anders dan die van een
oudere
Nieuwe sociale verwachtingen: in elke levensfasen zijn er andere
verwachtingen (ouders, opvoeders, verwachtingen v zelfstandigheid)
Deze zorgen ervoor dat de psychosociale identiteit gaat wringen, deze
volstaat niet meer, je komt in een crisis. Je zit niet meer goed in jezelf je
moet gaan herdefiniëren
Dit kan twee kanten op gaan
Negatieve pool (rolverwarring): je kan jezelf niet meer gaan
uitzoeken, het mislukt, je kan niet voldoen aan de sociale
verwachtingen
Positieve pool (identiteit): je kan erdoor komen, jezelf opnieuw
uitvinden en ook trouw blijven aan jezelf, voldoen aan de sociale
verwachtingen
Dit hangt af van je egosterkte en sociale steun (omgeving speelt een grote
rol)
Egosterkte wordt elke fase sterkte als je elke crisis goed doorkomt
Omgeving speelt een rol in hoe je een crisis gaat doorkomen (vb.
steun ouders)
1.3 EVALUATIE VAN DE THEORIE
Nog steeds populaire theorie
Positieve kijk op de ontwikkeling doorheen hele levensloop
Kritiek: universeel toepasbaar? Hij kijkt vanuit een Westerse bril
Wetenschappelijk toetsen? vage begrippen
Vb. hoe meet je iemand zijn egosterkte?
2.1 De cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget
Zwitser
Jean Piaget Doctoraat in biologie en psychologie
Theorie over cognitieve ontwikkelen
(denken)
Hoe ontwikkelen cognitieve structuren
zich?
Vb. hoe denken kinderen van 3 jaar?
Centrale rol voor observaties