Samenvatting
Aantekeningen PowerPoint
Oefentoets
Antwoorden Oefentoets
1
,Inhoudsopgave
Inleiding in de sociale zekerheid............................................................................. 3
Langdurige arbeidsongeschiktheid.........................................................................6
Wet WIA................................................................................................................ 16
Werkloosheid........................................................................................................ 36
Participatiewet...................................................................................................... 49
AOW, AKW, ANW.................................................................................................. 55
ZVW, WLZ, WMO 2015, JW................................................................................... 64
Proeftentamen...................................................................................................... 71
Antwoorden proeftentamen.................................................................................. 74
2
,Inleiding in de sociale zekerheid
De sociale zekerheid bestaat uit:
- Werknemersverzekeringen
- Volksverzekeringen
- Sociale voorzieningen
Werknemersverzekeringen:
- WW
- WAO; voor de mensen die voor 1-1-2004 arbeidsongeschikt woerden
- Wet WIA; voor de mensen die na 1-1-2004 arbeidsongeschikt zijn
geworden
- ZW
Wie kan beroep doen op de betreffende wet?
> Werknemer (ZW, WW, WIA), werkgever hebben waar je in dienst bent
om er een beroep op te kunnen doen.
> Ingezetenen in Nederland (volksverzekeringen), iedereen die in
Nederland woont is verzekerd.
> Degene die rechtmatig in Nederland verblijven (sociale voorzieningen).
Werknemersverzekeringen: afhankelijk van laatstverdiende loon (ZW,
WW) ‘’loongerelateerd’’
Sociale voorzieningen: afhankelijk van leefsituatie (Pw)
‘’partnerinkomenstoets en/of vermogenstoets’’.
Financiering:
Werknemers- en volksverzekeringen: premies, op het inkomen wordt
premie geheven.
Sociale voorzieningen (Pw, WMO, Jw, AKW, TW, Wajong:
belastingopbrengst
Werknemers zijn verzekerd en dat zijn de personen die op grond van een
arbeidsovereenkomst werkzaam zijn, zij zijn verplicht verzekerd
Territorialiteitsbeginsel: iemand die in België woont, maar in NL werkt,
is verzekerd voor de Nederlandse werknemersverzekering
3
, - Financiering: er wordt premie ingehouden op het loon van de
werknemer
- Uitvoering: door het UWV
- Hoogte: afhankelijk van het dagloon = gemiddeld per dag verdiende
salaris tot het maximumdagloon. Het is een individuele uitkering en
houdt geen rekening met het feit dat de uitkeringsgerechtigde een
vermogen heeft. Oftewel, de werknemersverzekeringen kennen geen
partner inkomenstoets en geen vermogenstoets
- Duur: beperkt, is namelijk afhankelijk van het arbeidsverleden
Volksverzekeringen:
- AOW
- Wet langdurige zorg (Wlz)
- Anw
- Zvw
Alle ingezetenen zijn van rechtswege verzekerd.
AOW: geldt een opbouwsysteem, voor ieder jaar dat je vanaf 17-jarige
leeftijd in NL woont is de opbouw 2%
Zvw: niet alle ingezetenen zijn verplicht verzekeren, maar voor iedere
ingezetene die verplichting bestaan een verzekeringsovereenkomst af te
sluiten
- Financiering: door iedereen die inkomstenbelasting betaald. Als je in
loondienst werkt, wordt dit ingehouden door loonheffing op het
inkomen. Werk je als zelfstandige ontvang je van de belastingdienst
een aanslag over het inkomen
- Uitvoering:
o AOW/Anw: Sociale verzekeringsbank (SVB)
o Wlz: zorgkantoren
o Zvw: zorgverzekeraars
- Hoogte: Gerelateerd aan het minimumloon. Het zijn individuele
uitkeringen, geen partners inkomenstoets en vermogenstoets
- Duur: AOW- pensioen duurt voort tot aan de datum van overlijden,
ongeacht het aantal gewerkte jaren
4