INLEIDING
Farmacon
= een biologisch actieve verbinding, een stof die een biologisch effect heeft op
het lichaam
definitie is niet volledig want genotmiddelen (alcohol, nicotine) zijn biologisch
actieve stoffen en veroorzaken een lichamelijk effect
Definitie volgens de geneesmiddelenwet:
= elke enkelvoudige of samengestelde substantie, aangediend als hebbende
therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten bij de
mens
OF
= elke enkelvoudige of samengestelde substantie die bij de mens kan worden
gebruikt of aan de mens kan worden toegediend om hetzij fysiologische functies
te herstellen, te verbeteren of te wijzigen door een farmacologisch,
immunologisch of metabolisch effect te bewerkstelligen, hetzij om een medische
diagnose te stellen
Farmacologisch effect
= het effect van het geneesmiddel in het menselijk lichaam
Farmacie
= de wetenschap van de geneesmiddelen
Farmacie ≠ farmaceutische wetenschappen
o Farmacie leidt op tot apotheker
o Farmaceutische wetenschappen leidt op tot onderzoeker
Farmacologie (geneesmiddelenleer)
= een onderdeel van farmacie
= de studie van farmaca (= scheikundige stoffen die inwerken op levende
organismen (mens en dier) door activering of inhibering van lichaamsprocessen)
Farmacologie is een wetenschap die de interactie bestudeert tussen: levende
organismen en scheikundige stoffen (farmaca)
,Meerdere doelen om farmaca toe te dienen:
o Diagnostisch
Om een diagnose te helpen stellen
Bv: contraststoffen bij radiologische onderzoeken
o Preventief of profylactisch
Om een ziekte te voorkomen
Bv. vaccin
o Causaal of curatief
Om de oorzaak van de ziekte aan te pakken
Het geneesmiddel geneest de ziekte
Bv: antimicrobiële therapie
o Symptomatisch
Om de symptomen, klachten en gevolgen van de ziekte te bestrijden
Het geneesmiddel verlicht ziekteverschijnselen
Bv: Als iemand de griep heeft kan je daar niks aan doen. Het heeft geen zin om
antibiotica in te nemen. Wel kunnen de klachten zoals pijn en koorts bestreden
worden
o Additioneel of substitutie
Om een tekort aan te vullen
Bv: schildklierhormonen bij hypothyroïdie
o Placebo-effect
m.b.v. schijngeneesmiddelen de klachten helpen verminderen
Farmacologie bestaat uit 2 onderdelen:
o Farmacokinetiek
= what the body does to the drug, bestudeert en beschrijft de ADME processen
(= Absorptie, Distributie, Metabolisme en Excretie) in het menselijk lichaam
Farmacologen onderzoeken wat het lichaam doet met vreemde stoffen
o Farmacodynamiek
= what the drug does to the body
Zoekt naar de werkwijze van biologisch actieve stoffen in levende organismen
,
, HOOFDSTUK 1: OORSPRONG VAN GENEESMIDDELEN
Een plant wordt zelden in zijn geheel gebruikt, meestal enkel de bloemen, de
bladeren, de stengels, het zaad of de vruchten
o Papavers: de plant produceert een melkachtig vocht. Van het ingedroogde
sap van de papaver wordt opium gemaakt. Van het sap uit papaverbollen,
opium, kom je in een prettige roes. Gebruikt om te verdoven bij een
pijnlijke ingreep
Opium
= het ingedroogde melksap van de opiumpapaver of slaapbol
Middelen die uit opium geëxtraheerd worden:
o Morfine (behoort tot opiaten)
pijnstillende werking
o Codeïne (behoort tot opiaten)
hoestwerend
o Papaverine (behoort tot spasmolyticum)
krampwerend
o Vingerhoedskruid ((Digitalis purpurea): een hartstimulans en wordt
gebruikt voor digitaline (digitoxine)
De bladeren worden gedroogd. In de bladeren bevinden zich de digitalis
glycosiden A, B en E.
werd voor het eerst gebruikt bij oedemen en er werd opgemerkt dat het ook
een effect heeft op de polsslag
wordt voorgeschreven bij hartritmestoornissen, het versterkt de samentrekking
van de hartspier
o Doodskruid: een plant met giftige zwarte bessen
de gifstof atropine veroorzaakt een versnelde hartslag en hallucinaties
Atropine
o Gebruikt door oogartsen, als pupilverwijder
o Gebruikt om de afscheiding van ‘eccriene’ (traan- en zweetklieren)
klieren te beperken, werkt dus secretieremmend
Farmacon
= een biologisch actieve verbinding, een stof die een biologisch effect heeft op
het lichaam
definitie is niet volledig want genotmiddelen (alcohol, nicotine) zijn biologisch
actieve stoffen en veroorzaken een lichamelijk effect
Definitie volgens de geneesmiddelenwet:
= elke enkelvoudige of samengestelde substantie, aangediend als hebbende
therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten bij de
mens
OF
= elke enkelvoudige of samengestelde substantie die bij de mens kan worden
gebruikt of aan de mens kan worden toegediend om hetzij fysiologische functies
te herstellen, te verbeteren of te wijzigen door een farmacologisch,
immunologisch of metabolisch effect te bewerkstelligen, hetzij om een medische
diagnose te stellen
Farmacologisch effect
= het effect van het geneesmiddel in het menselijk lichaam
Farmacie
= de wetenschap van de geneesmiddelen
Farmacie ≠ farmaceutische wetenschappen
o Farmacie leidt op tot apotheker
o Farmaceutische wetenschappen leidt op tot onderzoeker
Farmacologie (geneesmiddelenleer)
= een onderdeel van farmacie
= de studie van farmaca (= scheikundige stoffen die inwerken op levende
organismen (mens en dier) door activering of inhibering van lichaamsprocessen)
Farmacologie is een wetenschap die de interactie bestudeert tussen: levende
organismen en scheikundige stoffen (farmaca)
,Meerdere doelen om farmaca toe te dienen:
o Diagnostisch
Om een diagnose te helpen stellen
Bv: contraststoffen bij radiologische onderzoeken
o Preventief of profylactisch
Om een ziekte te voorkomen
Bv. vaccin
o Causaal of curatief
Om de oorzaak van de ziekte aan te pakken
Het geneesmiddel geneest de ziekte
Bv: antimicrobiële therapie
o Symptomatisch
Om de symptomen, klachten en gevolgen van de ziekte te bestrijden
Het geneesmiddel verlicht ziekteverschijnselen
Bv: Als iemand de griep heeft kan je daar niks aan doen. Het heeft geen zin om
antibiotica in te nemen. Wel kunnen de klachten zoals pijn en koorts bestreden
worden
o Additioneel of substitutie
Om een tekort aan te vullen
Bv: schildklierhormonen bij hypothyroïdie
o Placebo-effect
m.b.v. schijngeneesmiddelen de klachten helpen verminderen
Farmacologie bestaat uit 2 onderdelen:
o Farmacokinetiek
= what the body does to the drug, bestudeert en beschrijft de ADME processen
(= Absorptie, Distributie, Metabolisme en Excretie) in het menselijk lichaam
Farmacologen onderzoeken wat het lichaam doet met vreemde stoffen
o Farmacodynamiek
= what the drug does to the body
Zoekt naar de werkwijze van biologisch actieve stoffen in levende organismen
,
, HOOFDSTUK 1: OORSPRONG VAN GENEESMIDDELEN
Een plant wordt zelden in zijn geheel gebruikt, meestal enkel de bloemen, de
bladeren, de stengels, het zaad of de vruchten
o Papavers: de plant produceert een melkachtig vocht. Van het ingedroogde
sap van de papaver wordt opium gemaakt. Van het sap uit papaverbollen,
opium, kom je in een prettige roes. Gebruikt om te verdoven bij een
pijnlijke ingreep
Opium
= het ingedroogde melksap van de opiumpapaver of slaapbol
Middelen die uit opium geëxtraheerd worden:
o Morfine (behoort tot opiaten)
pijnstillende werking
o Codeïne (behoort tot opiaten)
hoestwerend
o Papaverine (behoort tot spasmolyticum)
krampwerend
o Vingerhoedskruid ((Digitalis purpurea): een hartstimulans en wordt
gebruikt voor digitaline (digitoxine)
De bladeren worden gedroogd. In de bladeren bevinden zich de digitalis
glycosiden A, B en E.
werd voor het eerst gebruikt bij oedemen en er werd opgemerkt dat het ook
een effect heeft op de polsslag
wordt voorgeschreven bij hartritmestoornissen, het versterkt de samentrekking
van de hartspier
o Doodskruid: een plant met giftige zwarte bessen
de gifstof atropine veroorzaakt een versnelde hartslag en hallucinaties
Atropine
o Gebruikt door oogartsen, als pupilverwijder
o Gebruikt om de afscheiding van ‘eccriene’ (traan- en zweetklieren)
klieren te beperken, werkt dus secretieremmend