Gassen
1. Druk
1𝑁
● Pascal, 1 Pa = 2
𝑚
● Atmosfeer, 1 atm = 1,01325.105 Pa
● Bar, 1 bar = 105 Pa
1
● (Torr, 1 Torr = 1 mm Hg = 760
atm) → verouderd
2. De fysische toestanden van materie
● gassen zijn samendrukbaar (vl en v = minder samendrukbaar)
● Gas zet thermisch veel sterker uit (50 tot 100x)
● Gassen hebben lage viscositeit
● Gassen hebben kleine dichtheid
● Gassen zijn oneindig mengbaar (steeds homogene mengsel)
3. De gaswetten
Q gas w beschreven door: druk (P), volume (V), temp (T) en # mol (n)
1) Wet van Boyle
“Bij cte T is V ve bep Q gas omgekeerd evenredig met de (uitw) uitgeoefende druk.”
1
● V = kT * 𝑃
(T en n = cte)
●
2) Wet van Charles
“Bij cte P is het V ve bep Q gas rechtevenredig met de temperatuur.”
● V = kP * T (P en n = cte)
●
● absolute nulpunt = -273,2 °C (beginpunt Kelvinschaal)
● T(K) = t (°C) + 273,2
3) Wet van Amonton
“Bij cte V is de druk ve bep Q gas rechtevenredig met de abs. T.”
● P = kV * T (V en n = cte)
𝑃1 𝑃2
● 𝑇1
= 𝑇2
(V en n = cte)
1. Druk
1𝑁
● Pascal, 1 Pa = 2
𝑚
● Atmosfeer, 1 atm = 1,01325.105 Pa
● Bar, 1 bar = 105 Pa
1
● (Torr, 1 Torr = 1 mm Hg = 760
atm) → verouderd
2. De fysische toestanden van materie
● gassen zijn samendrukbaar (vl en v = minder samendrukbaar)
● Gas zet thermisch veel sterker uit (50 tot 100x)
● Gassen hebben lage viscositeit
● Gassen hebben kleine dichtheid
● Gassen zijn oneindig mengbaar (steeds homogene mengsel)
3. De gaswetten
Q gas w beschreven door: druk (P), volume (V), temp (T) en # mol (n)
1) Wet van Boyle
“Bij cte T is V ve bep Q gas omgekeerd evenredig met de (uitw) uitgeoefende druk.”
1
● V = kT * 𝑃
(T en n = cte)
●
2) Wet van Charles
“Bij cte P is het V ve bep Q gas rechtevenredig met de temperatuur.”
● V = kP * T (P en n = cte)
●
● absolute nulpunt = -273,2 °C (beginpunt Kelvinschaal)
● T(K) = t (°C) + 273,2
3) Wet van Amonton
“Bij cte V is de druk ve bep Q gas rechtevenredig met de abs. T.”
● P = kV * T (V en n = cte)
𝑃1 𝑃2
● 𝑇1
= 𝑇2
(V en n = cte)