Samenvatting van "Les 2: Selectief slopen, schade, asbest"
1. Afbraakwerken
• Voorafgaande studies:
1. Stabiliteitsanalyse door een stabiliteitsingenieur.
2. Controle van gebouwdossiers (PID).
3. Nagaan van nutsleidingen via KLIP en vrijgaveprotocollen.
4. Opstellen van een Sloopopvolgingsplan (SOP).
5. Verzamelen van vergunningen, meldingen en verzekeringen.
6. Identificatie van gevaarlijke stoffen (asbest, PCB’s, PAK’s, enz.).
7. Uitvoeringsmethodiek bepalen voor stabiliteitsaanpassingen.
• Risicoanalyse:
o Samen met de veiligheidscoördinator alle risico’s in kaart brengen en een
methodiek opstellen.
2. Schade aan naburige gebouwen
• Veelvoorkomende schade:
o Materiële schade: scheuren, verzakkingen, vochtschade.
o Genotsderving: lawaai, stof, verminderde bewoonbaarheid.
o Mogelijke verwondingen of overlijdens door ongelukken.
• Aansprakelijkheid:
o Meestal ligt de verantwoordelijkheid bij de aannemer.
o Bij labiele naburige gebouwen is extra voorzichtigheid vereist.
• Behandeling schade:
o Communicatie met betrokkenen.
o Vastleggen en documenteren van schade.
o Snelle acties om verdere schade te voorkomen.
3. OVAM en duurzaam materiaalgebruik
• OVAM stimuleert circulair bouwen en een efficiënt gebruik van grondstoffen.
• Levenscyclusanalyse (LCA): methode om de milieu-impact van materialen en
constructies tijdens hun volledige levenscyclus te kwantificeren.
1. Afbraakwerken
• Voorafgaande studies:
1. Stabiliteitsanalyse door een stabiliteitsingenieur.
2. Controle van gebouwdossiers (PID).
3. Nagaan van nutsleidingen via KLIP en vrijgaveprotocollen.
4. Opstellen van een Sloopopvolgingsplan (SOP).
5. Verzamelen van vergunningen, meldingen en verzekeringen.
6. Identificatie van gevaarlijke stoffen (asbest, PCB’s, PAK’s, enz.).
7. Uitvoeringsmethodiek bepalen voor stabiliteitsaanpassingen.
• Risicoanalyse:
o Samen met de veiligheidscoördinator alle risico’s in kaart brengen en een
methodiek opstellen.
2. Schade aan naburige gebouwen
• Veelvoorkomende schade:
o Materiële schade: scheuren, verzakkingen, vochtschade.
o Genotsderving: lawaai, stof, verminderde bewoonbaarheid.
o Mogelijke verwondingen of overlijdens door ongelukken.
• Aansprakelijkheid:
o Meestal ligt de verantwoordelijkheid bij de aannemer.
o Bij labiele naburige gebouwen is extra voorzichtigheid vereist.
• Behandeling schade:
o Communicatie met betrokkenen.
o Vastleggen en documenteren van schade.
o Snelle acties om verdere schade te voorkomen.
3. OVAM en duurzaam materiaalgebruik
• OVAM stimuleert circulair bouwen en een efficiënt gebruik van grondstoffen.
• Levenscyclusanalyse (LCA): methode om de milieu-impact van materialen en
constructies tijdens hun volledige levenscyclus te kwantificeren.