Verzekeringen
DEEL I
Intro:
Examen bestaat uit 40 meerkeuzevragen met verhoogde cesuur.
Verzekeringsovereenkomst = polis
à Bestaat uit algemene voorwaarden en bijzondere voorwaarden.
à De bijzonder voorwaarden zijn specifiek aan elke klant.
Hoofdstuk 1: Maatschappelijk belang van verzekeringen
1. Risico
1.1 Wat is risico
Risico = kans/ mogelijkheid op schade of verlies.
à Te maken met een onverwachte, onzekere, ongewenste gebeurtenis.
Financiële bedreiging kan op personen of goederen zijn van jezelf en/ of van
anderen.
Vaak wordt risico uitgedrukt als een kans op iets.
1.2 Hoe beschermen tegen risico’s
Belangrijke zaken om jezelf te beschermen:
• Vermijden
o Vaak niet mogelijk
• Sparen
o Grootte van de gevolgen en het tijdstip zijn niet gekend
o Spreiden van schade in de tijd (= intertemporele spreiding)
• Spreiden over verschillende personen
o Onderlinge spreiding van risico
o Spreiding van schade tussen personen (= interpersonele spreiding)
1
,1.3 Verzekeren
Verzekeren = risico overdragen naar een verzekeraar tegen betaling van een
premie door de verzekeringnemer.
Standpunt verzekeringnemer:
• De verzekeringnemer zal gecompenseerd worden via financiële vergoeding
bij het voorvallen van het risico
• Een onzekere toekomstige gebeurtenis wordt omgezet in een zekere
actuele gebeurtenis (de premiebetaling)
Standpunt verzekeraar:
• Georganiseerde solidariteit tussen gelijksoortige risico’s
• Bedragen van velen zorgen voor de uitkering van enkelen
Verzekeringsovereenkomst = kanscontract
à Contract tussen de verzekeraar en verzekeringnemer waarbij risico een
essentieel element is.
De prestatie van de verzekeraar is afhankelijk van een toekomstige, onzekere
gebeurtenis, te wijten aan toeval (gebeurtenis zelf of het tijdstip waarop).
Gevaar = de gebeurtenis die een bedreiging vormt voor het risico.
1.4 Hoe is overdracht aan de verzekeraar mogelijk
Een verzekeraar kan het risico dragen wanneer hij hiervoor de financiële
middelen (premies) kan verzamelen.
Solidariteit = essentie van de verzekeringsactiviteit.
Risico (in verzekeringsjargon) = de kans dat een ongewenste gebeurtenis
optreedt, dat er gevaar is voor schade of verlies, door toeval, in een gegeven
periode en situatie.
Alle zaken die verzekerd zijn door de verzekeraar
Alleen gevolgen van:
• Onzekere,
• Toekomstige en
• Mogelijke gebeurtenissen,
• Waarvan de totstandkoming buiten de wil van de verzekerde valt
à Risico moet onzeker en zuiver zijn.
2
,Voorbeeld:
Opzettelijk brandstichten is niet verzekert omdat je weet dat het gaat gebeuren
2. Riskmanagement of risicobeheer
2.1 Riskmanagement
Riskmanagement = het regelen/ beheren van je risico’s.
à Onderzoek naar risico’s die mensen, goederen en activiteiten bedreigen en de
formulering en invoering van het beleid waarmee deze risico’s aangepakt
worden.
Wie doet riskmanagement:
• Particulieren
o Personal riskmanagement
• Ondernemingen
o Corporate riskmanagement
• Verzekeraar
o Technieken van verzekeringen (zie hoofdstuk 2)
2.2 Ontstaan een evolutie
Ontwikkeling van de samenleving in de 19e eeuw zorgt voor meer complexiteit
van de risico’s en de omvang van de risico’s neemt ook toe.
Particulieren én ondernemingen zijn voortdurend opzoek naar iets of iemand om
hun risico’s op te vangen.
Later in de jaren 1950 – 1970 worden er wiskundige modellen ontwikkeld.
2.3 Doelstellingen
• Financiële gevolgen en impact van een risico in kaart brengen
• De kans inschatten op het risico
• Risicokosten laag houden
• De duurzaamheid van de activiteit bevorderen (aanmoedigen)
• Het vertrouwen en de veiligheid bevorderen
• De premies van de risico’s die de particulier/ onderneming wenst te laten
verzekeren beheersbaar houden
2.4 Fasen in riskmanagement
De 4 fasen:
1. Inventarisatie (oplijsten van de risico’s)
2. Evaluatie (beoordelen van de risico’s)
3. Beheersing (beheersen van de risico’s)
4. Financiering (meten van de risico’s)
3
, Fase 1:
Bekijken voor welke schade jij aansprakelijk gesteld kan worden. Oplijsten welke
risico’s er zijn en wat de gevolgen kunnen zijn.
Fase 2:
De kans dat het risico zich voordoet bepalen.
Via de verwachte waarde methode: risico = kans * schadeomvang.
à Kans: getal tussen 0 en 1
à Schadeomvang: wat is het groots mogelijke verlies dat we kunnen hebben
(maximum possible loss) of wat is het verwachte verlies (estimated maximum
loss)
Overzicht van risico’s en prioriteiten geven
4
DEEL I
Intro:
Examen bestaat uit 40 meerkeuzevragen met verhoogde cesuur.
Verzekeringsovereenkomst = polis
à Bestaat uit algemene voorwaarden en bijzondere voorwaarden.
à De bijzonder voorwaarden zijn specifiek aan elke klant.
Hoofdstuk 1: Maatschappelijk belang van verzekeringen
1. Risico
1.1 Wat is risico
Risico = kans/ mogelijkheid op schade of verlies.
à Te maken met een onverwachte, onzekere, ongewenste gebeurtenis.
Financiële bedreiging kan op personen of goederen zijn van jezelf en/ of van
anderen.
Vaak wordt risico uitgedrukt als een kans op iets.
1.2 Hoe beschermen tegen risico’s
Belangrijke zaken om jezelf te beschermen:
• Vermijden
o Vaak niet mogelijk
• Sparen
o Grootte van de gevolgen en het tijdstip zijn niet gekend
o Spreiden van schade in de tijd (= intertemporele spreiding)
• Spreiden over verschillende personen
o Onderlinge spreiding van risico
o Spreiding van schade tussen personen (= interpersonele spreiding)
1
,1.3 Verzekeren
Verzekeren = risico overdragen naar een verzekeraar tegen betaling van een
premie door de verzekeringnemer.
Standpunt verzekeringnemer:
• De verzekeringnemer zal gecompenseerd worden via financiële vergoeding
bij het voorvallen van het risico
• Een onzekere toekomstige gebeurtenis wordt omgezet in een zekere
actuele gebeurtenis (de premiebetaling)
Standpunt verzekeraar:
• Georganiseerde solidariteit tussen gelijksoortige risico’s
• Bedragen van velen zorgen voor de uitkering van enkelen
Verzekeringsovereenkomst = kanscontract
à Contract tussen de verzekeraar en verzekeringnemer waarbij risico een
essentieel element is.
De prestatie van de verzekeraar is afhankelijk van een toekomstige, onzekere
gebeurtenis, te wijten aan toeval (gebeurtenis zelf of het tijdstip waarop).
Gevaar = de gebeurtenis die een bedreiging vormt voor het risico.
1.4 Hoe is overdracht aan de verzekeraar mogelijk
Een verzekeraar kan het risico dragen wanneer hij hiervoor de financiële
middelen (premies) kan verzamelen.
Solidariteit = essentie van de verzekeringsactiviteit.
Risico (in verzekeringsjargon) = de kans dat een ongewenste gebeurtenis
optreedt, dat er gevaar is voor schade of verlies, door toeval, in een gegeven
periode en situatie.
Alle zaken die verzekerd zijn door de verzekeraar
Alleen gevolgen van:
• Onzekere,
• Toekomstige en
• Mogelijke gebeurtenissen,
• Waarvan de totstandkoming buiten de wil van de verzekerde valt
à Risico moet onzeker en zuiver zijn.
2
,Voorbeeld:
Opzettelijk brandstichten is niet verzekert omdat je weet dat het gaat gebeuren
2. Riskmanagement of risicobeheer
2.1 Riskmanagement
Riskmanagement = het regelen/ beheren van je risico’s.
à Onderzoek naar risico’s die mensen, goederen en activiteiten bedreigen en de
formulering en invoering van het beleid waarmee deze risico’s aangepakt
worden.
Wie doet riskmanagement:
• Particulieren
o Personal riskmanagement
• Ondernemingen
o Corporate riskmanagement
• Verzekeraar
o Technieken van verzekeringen (zie hoofdstuk 2)
2.2 Ontstaan een evolutie
Ontwikkeling van de samenleving in de 19e eeuw zorgt voor meer complexiteit
van de risico’s en de omvang van de risico’s neemt ook toe.
Particulieren én ondernemingen zijn voortdurend opzoek naar iets of iemand om
hun risico’s op te vangen.
Later in de jaren 1950 – 1970 worden er wiskundige modellen ontwikkeld.
2.3 Doelstellingen
• Financiële gevolgen en impact van een risico in kaart brengen
• De kans inschatten op het risico
• Risicokosten laag houden
• De duurzaamheid van de activiteit bevorderen (aanmoedigen)
• Het vertrouwen en de veiligheid bevorderen
• De premies van de risico’s die de particulier/ onderneming wenst te laten
verzekeren beheersbaar houden
2.4 Fasen in riskmanagement
De 4 fasen:
1. Inventarisatie (oplijsten van de risico’s)
2. Evaluatie (beoordelen van de risico’s)
3. Beheersing (beheersen van de risico’s)
4. Financiering (meten van de risico’s)
3
, Fase 1:
Bekijken voor welke schade jij aansprakelijk gesteld kan worden. Oplijsten welke
risico’s er zijn en wat de gevolgen kunnen zijn.
Fase 2:
De kans dat het risico zich voordoet bepalen.
Via de verwachte waarde methode: risico = kans * schadeomvang.
à Kans: getal tussen 0 en 1
à Schadeomvang: wat is het groots mogelijke verlies dat we kunnen hebben
(maximum possible loss) of wat is het verwachte verlies (estimated maximum
loss)
Overzicht van risico’s en prioriteiten geven
4
