Samenvatting: orthopedie en heelkunde

Orthopedie en heelkunde

1. Radiografie
 altijd bij:altijd altijd bij:bij:
o Trauma
o Scoliose
o Tumor
o Spondylolyse/listhesis
o Degeneratie

2. CT-scan
 Bij altijd bij:vermoeden altijd bij:van altijd bij:beenderige altijd bij:afwijkingen; altijd bij:altijd altijd bij:op altijd bij:spoed: altijd bij:
o Trauma altijd bij:(full altijd bij:spine altijd bij:CT)
o Bepaalde altijd bij:tumoren
bv. altijd bij:OO altijd bij:= altijd bij:osteoiet altijd bij:osteoma: altijd bij:goedaardige altijd bij:bottumor altijd bij:met altijd bij:typisch altijd bij:hevige altijd bij:nachtelijke altijd bij:
pijn altijd bij:die altijd bij:overgaat altijd bij:met altijd bij:aspirine altijd bij: altijd bij:bevat altijd bij:kern altijd bij:die altijd bij:inflammatie altijd bij:geeft, altijd bij:te altijd bij:zien altijd bij:op altijd bij:CT altijd bij:
o Aangeboren altijd bij:afwijkingen: altijd bij:diabolowervel altijd bij:(= altijd bij:wigwervel altijd bij:door altijd bij:osteoporose), altijd bij:
hemivertebra, altijd bij:blokwervel, altijd bij:diasthemathomyelie 1… altijd bij:

altijd bij:  altijd bij:foramen altijd bij:a. altijd bij:vertebralis altijd bij:te altijd bij:zien; altijd bij:bij altijd bij:fracturen altijd bij:en altijd bij:ontwrichtingen altijd bij:bloedingen altijd bij:bij
altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij:doorboring altijd bij:arterie altijd bij:door altijd bij:bot altijd bij: altijd bij:dood


3. MRI
 altijd bij:wanneer?:
o Neurologische altijd bij:compressietekenen2
o Vermoeden altijd bij:tumoraal altijd bij:letsel
 MM altijd bij:= altijd bij:multiple altijd bij:myeloom
 Metastasen
 Primaire altijd bij:tumoren: altijd bij:benigne altijd bij:of altijd bij:maligne altijd bij:
o Discuslijden

4. Botscan – spect (CT) altijd bij:
 altijd bij:geen altijd bij:zuiver altijd bij:osteolytische3 altijd bij:letsels altijd bij:of altijd bij:aantasting altijd bij:beenmerg altijd bij:te altijd bij:zien, altijd bij:WEL altijd bij:actieve altijd bij:
botombouw altijd bij:
o Arthrose: altijd bij:facetten
o Indeukingsfracturen
o Metastasen altijd bij:




5. Hernia
1
altijd bij:is altijd bij:een altijd bij:congenitale altijd bij:afwijking altijd bij:waarbij altijd bij:een altijd bij:deel altijd bij:van altijd bij:het altijd bij:ruggenmerg altijd bij:is altijd bij:gespleten, altijd bij:meestal altijd bij:op altijd bij:niveau altijd bij:
van altijd bij:de altijd bij:lumbale altijd bij:wervel. altijd bij:Dit altijd bij:wordt altijd bij:veroorzaakt altijd bij:door altijd bij:een altijd bij:osseus, altijd bij:kraakbenig altijd bij:of altijd bij:fibreus altijd bij:septum altijd bij:
centraal altijd bij:in altijd bij:het altijd bij:spinaal altijd bij:kanaal altijd bij:wat altijd bij:er altijd bij:voor altijd bij:zorgt altijd bij:dat altijd bij:het altijd bij:ruggenmerg altijd bij:sagittaal altijd bij:wordt altijd bij:doorgesneden. altijd bij: altijd bij:
2
altijd bij:Druk altijd bij:thv altijd bij:de altijd bij:radix: altijd bij:nekpijn altijd bij:+ altijd bij:OLn altijd bij:en/of altijd bij:BLn altijd bij:niet altijd bij:meer altijd bij:kunnen altijd bij:bewegen altijd bij:
3
altijd bij:Technesium altijd bij:zal altijd bij:niet altijd bij:opgenomen altijd bij:worden altijd bij:door altijd bij:de altijd bij:cellen altijd bij:bv. altijd bij:mammae altijd bij:carcinoom

1

,o Zwart altijd bij:op altijd bij:T2, altijd bij:want altijd bij:waterinhoud altijd bij:daalt
o Thv altijd bij:annulus altijd bij:fibrosus altijd bij:waar altijd bij:scheuren altijd bij:ontstaan altijd bij:(door altijd bij:minder altijd bij:water)
o 3 altijd bij:soorten: altijd bij:
 Intraforaminaal:
= altijd bij:meest altijd bij:frequent
pijn altijd bij:in altijd bij:desbetreffende altijd bij:radix altijd bij:(bv. altijd bij:C6 altijd bij:bij altijd bij:C5-C6)
 Posterolateraal:
ook altijd bij:vaak altijd bij:motorisch altijd bij:deficit
 Centraal/mediaan:
drukt altijd bij:op altijd bij:medulla altijd bij:spinalis altijd bij: altijd bij:medullair altijd bij:lijden altijd bij:met altijd bij:spasticiteit, altijd bij:krachtsverlies,
…




o Uncus altijd bij:is altijd bij:frequentste altijd bij:oorzaak altijd bij:foraminale altijd bij:stenose altijd bij:

o altijd bij:De altijd bij:grote altijd bij:perifere altijd bij:zenuwen: altijd bij:

zenuw motorisch Sensibel
n. altijd bij:radialis Polsextensie Dorsale altijd bij:ruimte altijd bij:tussen altijd bij:
duimextensie duim altijd bij:en altijd bij:wijsvinger
n. altijd bij:ulnaris Abductie altijd bij:pink Distaal altijd bij:aspect altijd bij:pink
n. altijd bij:medialis Duimkneep Distaal altijd bij:radiaal altijd bij:aspect altijd bij:
oppositie altijd bij:duim van altijd bij:de altijd bij:wijsvinger
abductie altijd bij:duim
n. altijd bij:axillaris deltoideus Laterale altijd bij:arm altijd bij:– altijd bij:
deltoideus altijd bij:oppervlak altijd bij:op altijd bij:
bovenarm altijd bij:
n. altijd bij:musculocutaneus biceps Laterale altijd bij:voorarm

o altijd bij:Neurologie altijd bij:van altijd bij:het altijd bij:bovenste altijd bij:lidmaat: altijd bij: altijd bij:

discus wortel reflex spier sensibel
C4-C5 C5 biceps Deltoideus Laterale altijd bij:arm
biceps n. altijd bij:axillaris altijd bij:
C5-C6 C6 Brachioradialis Polsextensie Laterale altijd bij:voorarm
(biceps altijd bij:reflex) biceps n. altijd bij:musculo-
cutaneus
C6-C7 C7 triceps Polsflexie Middelvinger
vingerextensie
triceps
C7-T1 C8 altijd bij:/ Vingerflexie altijd bij: Mediale altijd bij:voorarm


2

, intrinsieke altijd bij: med. altijd bij:Ant. altijd bij:tak
handspieren n. altijd bij:cutaneus
T1-T2 T1 altijd bij:/ altijd bij: Intrinsieke altijd bij: Mediale altijd bij:arm
handspieren mediale altijd bij:tak
n. altijd bij:cutaneus


o Op altijd bij:de altijd bij:RX:
 Vernauwing altijd bij:tussenwervelruimte
 Osteofyten altijd bij:(anterieur altijd bij:en altijd bij:posterieur)
 Discusdegeneratie
 Degeneratie altijd bij:facetgewrichten
 Degeneratie altijd bij:PS

o Voor altijd bij:chirurgie altijd bij:differentiëren altijd bij:tussen: altijd bij:
 Nekpijn: altijd bij: enkel altijd bij:dit altijd bij:is altijd bij:geen altijd bij:chirurgische altijd bij:indicatie
 Radiculopathie
 Myelopathie: altijd bij: operatie altijd bij:als altijd bij:patiënt altijd bij:ook altijd bij:symptomen altijd bij:heeft altijd bij:
 Combinatie altijd bij:

o Eerst altijd bij:diagnostische altijd bij:onderzoeken
 NMR: altijd bij:
- Cervicale altijd bij:stenose
- Discushernia
- Lig. altijd bij:Flavum altijd bij:hypertrofie
- Facethypertrofie
- Atrofie altijd bij:of altijd bij:oedeem altijd bij:van altijd bij:de altijd bij:medulla
- Compressie altijd bij:vindbaar altijd bij:in altijd bij:19% altijd bij:van altijd bij:de altijd bij:asymptomatische altijd bij:patiënt altijd bij:
 CT: altijd bij:
- Beenderige altijd bij:foraminale altijd bij:stenose altijd bij:
- Ossificatie altijd bij:van altijd bij:het altijd bij:posterieure altijd bij:longitudinale altijd bij:ligament
- Fracturen altijd bij:

o Cervicaal altijd bij:lijden altijd bij:ZONDER altijd bij:radiculopathie
 Primaire altijd bij:behandeling altijd bij:conservatief
 Heelkunde/cervicale altijd bij:fusie: altijd bij:onvoorspelbare altijd bij:resultaten altijd bij:
 altijd bij:!facetdennervatie:facetdennervatie: altijd bij:fijne altijd bij:gevoelstakken altijd bij:van altijd bij:facet altijd bij:opwarmen altijd bij:= altijd bij:eerst altijd bij:testen
= altijd bij:proefinfiltratie: altijd bij:patiënt altijd bij:pijnvrij altijd bij:of altijd bij:duidelijk altijd bij:50% altijd bij:minder altijd bij:pijn altijd bij:gedurende altijd bij:2 altijd bij:
weken altijd bij: altijd bij:echte altijd bij:dennervatie altijd bij:

o Cervicaal altijd bij:lijden altijd bij:MET altijd bij:radiculopathie altijd bij:
 Primaire altijd bij:behandeling: altijd bij:2-3 altijd bij:maand altijd bij:conservatief
 Deterioratie4 altijd bij:over altijd bij:tijd: altijd bij:HEELKUNDE
 altijd bij:cervicale epidurale infiltratie: altijd bij:onder altijd bij:röntgenscopie altijd bij:om altijd bij:dura altijd bij:niet altijd bij:aan altijd bij:te altijd bij:
altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij:prikken altijd bij:of altijd bij:om altijd bij:bloedvat altijd bij:niet altijd bij:aan altijd bij:te altijd bij:prikken altijd bij:  altijd bij:bloeding altijd bij: altijd bij:progressieve altijd bij:
altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij: altijd bij:tetraparese altijd bij:
STEL: altijd bij:het altijd bij:werkt altijd bij:niet altijd bij: altijd bij:zenuw altijd bij:zelf altijd bij:minder altijd bij:gevoelig altijd bij:maken: altijd bij:eerst altijd bij:proefblok altijd bij:

4
altijd bij:verslechtering

3