Sociaal recht examen

### **Oefenexamen - Sociaal Recht**



#### **Meerkeuzevragen:**

1. **Wat is een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO)?**

a. Een individuele overeenkomst tussen werknemer en werkgever.

b. Een overeenkomst tussen meerdere werknemers en een werkgever.

c. Een overeenkomst tussen werknemersorganisaties en werkgevers(organisaties).

d. Een besluit van de nationale arbeidsraad.



2. **Vanaf hoeveel werknemers is een bedrijf verplicht om een ondernemingsraad op te richten?**

a. 10 werknemers

b. 50 werknemers

c. 100 werknemers

d. 200 werknemers



3. **Wat zijn de vier essentiële elementen van een individuele arbeidsovereenkomst?**

a. Arbeid, loon, gezag, arbeidsovereenkomst

b. Arbeid, loon, arbeidsreglement, CAO

c. Arbeid, loon, gezagsverhouding, arbeidsduur

d. Loon, arbeidsduur, contractvorm, werktijd



4. **Welke van de volgende overeenkomsten moet verplicht schriftelijk worden opgesteld?**

a. Arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur

b. Overeenkomst voor deeltijdse arbeid

c. Mondelinge individuele arbeidsovereenkomst

d. Gebruiksovereenkomst van bedrijfsmateriaal



5. **Wat wordt er bedoeld met het begrip "hiërarchie van rechtsbronnen"?**

a. De werknemer heeft altijd het laatste woord in juridische conflicten.

b. De wet staat altijd boven een collectieve arbeidsovereenkomst.