Samenvatting Studieboeken bestuur en beleid - Politiek - Politicologie (S0A21A)

Politicologie boek


1. POLITIEK EN POLITIEKE WETENSCHAPPEN

1.1 POLITIEK

Benodigdheden

 Afspraken
 Grotere groep  regels neemt toe
 Opgeschreven

Griekse politika

= de zaken die te maken hebben met de polis

 Aristoteles: mens is zoon politikon
 Plato: boek Politeia ( hoe je best kan besturen)

Politieke partijen  gewone burgers

 Diverse manieren om aan politiek te doen

Politiek = alles wat te maken heeft met het besturen van een samenleving

1.2 VARIATIES IN POLITIEK


1.2.1 POLITIEK EN TERRITORIUM

Politiek associëren met samenlevingen die territoriaal verbonden zijn

 Gemeentes, provincies, regio’s

Verenigingen  staten

 Vereniging: je bent lid maar kan eruit stappen
 Staten: je bent lid en wil je eruit moet je verhuizen
 Omvattender, dwingender

Territorialisering => cruciale evolutie

 Staten hebben grondgebied
 Intern besturen en eventueel tegen vijanden beschermen

Rooms-katholieke kerk

 16de: strijd katholieken en protestanten
 Verbinden met nationale staten

Politiek => ver gaan

 Variatie in inhoud en reikwijdte


1.2.2 DE VERSCHUIVENDE CULTURELE GRENZEN VAN POLITIEK

19de eeuw: politiek = beperkte gelegenheid

,Politicologie boek


 Enkele basisregels
 Rechtbanken en politie moesten waken
 Aantal burgers die belastingen moesten betalen

Vragen om nieuwe aspecten = arbeidsbeweging

 Beschermende maatregelen die gevolgen v vrij eco. verkeer moesten inperken

TH MARSHALL(1950)

Burgerschap = sociale rechten zijn even belangrijk

 Zonder: geen volwaardige burger
 Toegang tot onderwijs, huisvesting

Levensverwachtingen langer dan anders

 VS niet (verkeerd drugsbeleid)
 Politiek systeem bepaalt dit mee

Wat bepaald dit mee?

 Roken
 Drugs
 Alcohol
 Politiegeweld ( paar 1000 in VS)
 Zelfdoding
 Werkloosheid, geen inkomen, …

Vs=> geen sociaal vangnet

België => belastingen naar sociale hulp

Sociale media

vraag om persoonlijke info beter te beschermen

 Nieuwe vragen geformuleerd

Samenleving

 Elke heeft regels over wat politiek is en wat niet
 Westerse samenleving: privé vs publiek
 Privé moet niet aanwezig zijn in politiek

Gevolg: discussie grens seksuele relatie

 Als er dwang is => politieke regels voor

Nieuwe technologische ontwikkelingen

 Grens privé vs publiek w vager
 Afluisteren gesprekken in strijd tegen terrorisme

Waarom geven wij macht af? => voordelen

,Politicologie boek


 Congo: geen politiek gezag => massamoorden




1.2.3 DE VORMEN EN STRUCTUREN VAN DE POLITIEK

Classificatie van politieke vormen

Grote vraag: welke grote principes zijn ten grondslag aan het functioneren van een bestel?

 Politiek regime
 Onderverdelen dr nog meer vragen

ONDERSCHEID DEMOCRATISCHE EN AUTORITAIRE REGIMES

Dem: macht tijdelijk en verspreid over verschillende groepen

 Verkozen door bevolking
 Basisrechten individu w gerespecteerd
 Niet: geen volwaardige democratie

Boeiende onderzoeksvragen: Zijn democratische regimes stabieler?

UNITAIRE STATEN EN FEDERALE STATEN

Unitaire staten: gecentraliseerd bestuur

 Deelstaten behoren hier ook toe

Federale staten: geen gecentraliseerd bestuur

 Deelstaten kunnen eigen bestuur hebben

VARIATIE IN INSTELLINGEN EN PROCEDURES

Demo regimes: verkiezingen

 Verschillende manieren georganiseerd
 Hoe ruim zijn de verkiezingen?
 Wie mag stemmen?
 …

1.3 POLITIEKE WETENSCHAP

Bestuurt politiek

 Iedereen praat over politiek (bewust en onbewust)

Professionele bezigheid

 Journalisten: brengen verslag uit, geven commentaar, suggereren betere oplossingen

Kunstenaars

 William Golding: boek lord of the flies
 Hoe in samenleving macht en gezag ontstaan
 Hoe macht en machtsmisbruik heel dicht bij elkaar liggen

, Politicologie boek


Eigen regels

 Volgen uit doelstelling politieke wetenschap
 Pol. gebeurtenissen en instellingen proberen te begrijpen, verklaren en analyseren

INTELLECTUELE DISTANTIE

Onderzoekers zijn lid van samenleving die ze bestuderen

 Eigen inkleuring van werkelijkheid
 Keuze van onderwerpen in politiek

Aandachtspunten door de jaren heen

 60: levensvatbaarheid en democratische regimes
 80: splinternieuwe groene partijen
 90: opkomst extreemrechtse partijen
 2001: gevolgen en oorzaken terrorisme
 Jongste jaren: klimaatverandering, populisme en toenemende etnisch-culturele diversiteit

Politicoloog: doet verslag v resultaten

 Door leden gebruikt
 Houdingen/meningen veranderen/versterken

WETENSCHAPPELIJKE METHODE

Regels wet. Met. Respecteren

 Breed en complex

Samengevat: veel en bewust verzamelde waarnemingen, zorgvuldige en bewuste keuze van technieken

SYSTEMATIEK

Continu verzameld

 Vergeleken, geclassificeerd w

Info: voortdurend gezocht w en gedreven gezocht w

Denkwijze: niet nieuw

 Plato en Aristoteles: dr vgl tot inzichten komen
 Bewust zoeken nr cases
 Montesquieu: verschillende staatsvormen en regimes
 Alexis de Tocqueville: vgl Amerikaanse en Europese samenleving

Nicollo machiavelli

 Empirische waarnemingen (klassieke oudheid)
 Kennis van realiteit gebruikt hij om aan te geven welke strategieën succesvol kunnen zijn
 Il principe: vandaag nog belangrijk
 Geeft gestalte aan nieuw denken
 Bedenkingen over verhouding macht vs ethiek