Gehechtheid: de kern
De aard van de gehechtheid
Mary Ainsworth en Bowlby onderzochten aard van gehechtheid en ontdekte verschillende vormen:
→ werd onderzocht in de ‘vreemde situatie’ => moeder en kind zitten samen te spelen met observator
die kind niet kent, moeder verdwijnt uit kamer hoe reageert kind hierop?
4 vormen van gehechtheid:
- veilig: kind idee dat het op mensen kan rekenen als het in nood is
→ consistent responsieve opvoedingsstijl
- onveilig: angstig-vermijdend
- mensen zijn er in het algemeen niet als je ze nodig hebt
- oppervlakkige relaties met meerdere mensen aan gaan
- bij verwaarlozing
→ consistent onresponsieve opvoedingsstijl
- onveilig: angstig-afwerend
- kind idee dat ander er niet zozeer voor kind is maar kind er voor andere moet zijn
→ responsief naar eigen wens
- onveilig: gedesorganiseerd
- samengaan van verschillende vormen
- geen systeem in gedrag van opvoeder
→ wisselvalig responsief
vorm van gehechtheid invloed op:
- vorming van relaties
- vorming van autonomie
- mate waarin kind weerbaarheid ontwikkelt
→ zichtbaar als kind probleem heeft:
- veilige gehechtheid: kind lost probleem zelf op
- angstig-vermijdend gehechtheid: hulp inschakelen maar zich dan terugtrekken en het toch zelf
oplossen
- angstig-afwerende gehechtheid: niet geneigd om hulp in te schakelen, hardnekkig zelf proberen
- angstig-gedesorganiseerde gehechtheid: binnen relatie verschillende strategieën zien, wel of
niet inschakelen van hulp
Gehechtheid en autonomie
hechtheid staat in relatie tot autonomie → zegt iets over verwachting van hulp
veilige gehechtheid → zorgt voor basisgevoel een vangnet te hebben in geval van nood
wanneer vangnet weg is voelt kind dat het niet meer kan terugvallen op zijn ouders
zoektocht naar evenwicht tussen helpen en zelfstandigheid stimuleren al vroeg in opvoeding aanwezig
Rutter: vroege interactie tussen moeder en kind patroon gevormd van omgaan met stress
De aard van de gehechtheid
Mary Ainsworth en Bowlby onderzochten aard van gehechtheid en ontdekte verschillende vormen:
→ werd onderzocht in de ‘vreemde situatie’ => moeder en kind zitten samen te spelen met observator
die kind niet kent, moeder verdwijnt uit kamer hoe reageert kind hierop?
4 vormen van gehechtheid:
- veilig: kind idee dat het op mensen kan rekenen als het in nood is
→ consistent responsieve opvoedingsstijl
- onveilig: angstig-vermijdend
- mensen zijn er in het algemeen niet als je ze nodig hebt
- oppervlakkige relaties met meerdere mensen aan gaan
- bij verwaarlozing
→ consistent onresponsieve opvoedingsstijl
- onveilig: angstig-afwerend
- kind idee dat ander er niet zozeer voor kind is maar kind er voor andere moet zijn
→ responsief naar eigen wens
- onveilig: gedesorganiseerd
- samengaan van verschillende vormen
- geen systeem in gedrag van opvoeder
→ wisselvalig responsief
vorm van gehechtheid invloed op:
- vorming van relaties
- vorming van autonomie
- mate waarin kind weerbaarheid ontwikkelt
→ zichtbaar als kind probleem heeft:
- veilige gehechtheid: kind lost probleem zelf op
- angstig-vermijdend gehechtheid: hulp inschakelen maar zich dan terugtrekken en het toch zelf
oplossen
- angstig-afwerende gehechtheid: niet geneigd om hulp in te schakelen, hardnekkig zelf proberen
- angstig-gedesorganiseerde gehechtheid: binnen relatie verschillende strategieën zien, wel of
niet inschakelen van hulp
Gehechtheid en autonomie
hechtheid staat in relatie tot autonomie → zegt iets over verwachting van hulp
veilige gehechtheid → zorgt voor basisgevoel een vangnet te hebben in geval van nood
wanneer vangnet weg is voelt kind dat het niet meer kan terugvallen op zijn ouders
zoektocht naar evenwicht tussen helpen en zelfstandigheid stimuleren al vroeg in opvoeding aanwezig
Rutter: vroege interactie tussen moeder en kind patroon gevormd van omgaan met stress