Psychodiagnostiek: les 1 (hoorcollege)
Inhoudsopgave
1. wat is psychodiagnostiek? ..................................................................................................................................... 2
1.1 ‘Diagnostiek’ is overal… ............................................................................................................................................ 2
1 2 verschil met psychodiagnostiek? .............................................................................................................................. 2
1.3 Definitie .................................................................................................................................................................... 2
1.4. Stellingen ................................................................................................................................................................. 3
Stelling 1: “psychodiagnostiek gaat vooraf aan de begeleiding” ............................................................................... 3
Stelling 2: “je kan een psychodiagnostisch onderzoek doen zonder een instrument af te nemen.”......................... 5
Stelling 3: “ik heb tijdens mijn exploratiestage niet aan psychodiagnostiek gedaan” ............................................... 6
2. psychodiagnostisch procesmodel .......................................................................................................................... 7
2.1 uitgangspunten ........................................................................................................................................................ 7
Uitgangspunt 5: PD hanteert een transactioneel referentiekader ............................................................................ 7
Uitgangspunten in de definitie................................................................................................................................... 7
2.2 aanmelding ............................................................................................................................................................... 8
2.2.1 doelstellingen .................................................................................................................................................... 8
2.2.2 handelen ........................................................................................................................................................... 8
2.2.3 denken .............................................................................................................................................................. 8
2.2.4 afronding ........................................................................................................................................................... 8
2.3 intake/vooronderzoek .............................................................................................................................................. 8
2.3.1 doelstellingen .................................................................................................................................................... 8
2.3.2 handelen ........................................................................................................................................................... 9
2.3.3 denken .............................................................................................................................................................. 9
Extra oefendocumenten .......................................................................................................................................... 11
, 1. wat is psychodiagnostiek?
1.1 ‘Diagnostiek’ is overal…
Diagnostiek is overal aanwezig, er is natuurlijk alleen een
verschil in de manier waarmee je aan de slag gaat ermee. Zo
kan je bv oorzaken toekennen aan gedragingen, geven van
categorieën van gedragingen, mensen indelen in types…
eigenlijk doet iedereen dat elke dag op verschillende
momenten..
1 2 verschil met psychodiagnostiek?
Het verschil tussen alledaagse diagnostiek en
psychodiagnostiek is de wetenschappelijke basis en het
systematisch werken wat op sommige momenten ontbreekt
bij alledaagse diagnostiek.
Aan de basis van het psychodiagnostisch proces ligt de empirische cyclus (Groot, 1994). Hierbij ga je
observeren, hypothesen formuleren, een toetsbare voorstelling maken, toetsen en evalueren. Het
psychodiagnostisch procesmodel is gebaseerd op deze empirische cyclus.
1.3 Definitie
Psychodiagnostiek = Oordeelsvorming/ zoek- en beslissingsproces: informatie verzamelen, interpreteren
en integreren; In een dialoog tussen diagnosticus en cliënt + omgeving; Klachten & psychisch functioneren
van de cliënt + invloed omgeving (extern) en persoonlijkheid/temperament (intern); Gefaseerd proces,
gebaseerd op hypothesetoetsing; Doel = ontwerpen van de meest adequate aanpak van de problemen
Wanneer we naar de definitie kijken van psychodiagnostiek vallen er een aantal dingen op:
• Oordeelsvorming: we gaan informatie verzamelen, interpreteren en integreren
• In dialoog: we werken altijd in dialoog tussen psychodiagnosticus en de cliënt en omgeving. Het is
dus geen eenzijdig proces, je gaat samenwerken met de cliënt en in interactie gaan met de
omgeving.
• Klachten & psychisch functioneren: we gaan niet enkel kijken naar de klachten, maar ook naar de
invloed van de omgeving (externe factoren) en hoe de interne aspecten van de persoon zelf hier
een rol in spelen
• Doel: diagnostiek op zich is nooit het doel, we willen geen labels plakken. Het is de bedoeling om
aan de hand ervan de mest adequate aanpak te kunnen vinden en uitvoeren. Om een goede
begeleiding uit te voeren en mensen verder te kunnen helpen heb je dus diagnostiek nodig. We
zien dat psychodiagnostiek niet altijd het afnemen van een uitgebreide testbatterij is, soms kunnen
er kleinere zaken in. Voor je iemand kan helpen moet je eerst weten wat er aan de hand is, hoe het
komt en hoe je die persoon kan helpen. Het is dus nooit diagnostiek op zich wat het doel is, maar
altijd in functie van het aanbieden van de meest adequate aanpak voor de cliënt.
• Gefaseerd proces: het psychodiagnostisch proces is nooit statisch, het is geen levenslange diagnose
of beslissing. Mensen en dingen kunnen veranderen, het is dus belangrijk om het te zien als iets
dynamisch wat door de tijd een ander beeld kan krijgen, doordat bepaalde zaken aangepakt
worden en een behandeling is doorlopen of andere dingen op het levenspad zijn gekomen… het is
belangrijk om zicht te krijgen op welke processen spelen er en welke vicieuze cirkel speelt er en hoe
kunnen we die het beste doorbreken waardoor klachten kunnen gaan verminderen.
2