De motorische ontwikkeling
tijdens 2 eerste levensjaren
1. Motorische ontwikkeling: kwalitatief & kwantitatief
Algemeen ontwikkelingsproces
Opdoen v indrukken & ervaringen vr beeld over omgeving & eigen lichaam
Communicatie
Meer onafhankelijkheid & meer motorische mogelijkheden
Verschillende domeinen observeren & evalueren:
- Motorisch
- Cognitief
- Communicatief
- Emotioneel
- Sociaal
Kwalitatieve analyse: individueel & doelgericht behandelingsplan
Kwantitatieve analyse: ontwikkeling v houding & beweging adhv mijlpalen
Groot # factoren kù motorische ontwikkeling beïnvloeden:
Interactie
Bepalend vr motorische vaardigheid
- Endogene factoren:
Unieke genetische aanleg v elk individu
Rijping vh neuro-motorisch systeem verklaart volgorde & tempo vd ontwikkeling
doorheen levensfases
Essentiële interindividuele verschillen
- Omgevingsinvloeden
Opvoedingsmethoden in verschillende culturen
Wijze waarop baby’s verzorgd, aangekleed, gepositioneerd &
gedragen worden kù verwerven v motorische vaardigheden
beïnvloeden
Slaap- en speelpositie
Verstoring gecompenseerd door zelfregulatie:
Plasticiteit vd ontwikkeling kind achterstand in groei, gewicht, motoriek door ziekte
MAAR loopt achterstand in na genezing
Beperkt:
Mogelijkheid om achterstand in te halen= afh v:
- Duur & ernst vd deprivatie
- Leeftijd
- Groeipotentieel
- Kwaliteit vd condities nadien
Extreem tekort aan prikkels & stimulatie: tempo & volgorde vd motorische ontwikkeling
verstoren
Kinderen mogen geen motorische vaardigheden verliezen => ALARM
2. Ontwikkelingsprincipes
Neurologisch rijpingsmodel: theorie vd ontogenetische ontwikkelingsprincipes
Ontwikkeling v houdings- en bewegingspatronen verloopt vast
Cefalo-caudale & proximo-distale ontwikkelignsvolgorde:
1
, // met volgorde vd lichamelijke ontwikkeling
Rijping vh zenuwstelsel
- Cefalo-caudaal aspect: progressieve controle v musculatuur vh hoofd nr voeten
Eerst controle vd armen vr onderste ledematen: eerst grijpen, dan pas stappen
- Proximo-distale aspect: progressieve controle vd spieren central ih lichaam nr verder
afgelegen spieren
Eerst schouders vr polsen, handen & vingers
Neuro-motorische maturatie: toenemende differentiatie & toenemende integratie v
motorische & sensorische mechanismen
Evolutie v grote globale bewegingspatronen (volledig lichaam) verfijnde & geïsoleerde
bewegingen (deel vh lichaam)
Meer variatie in houdings- en bewegingspatronen
Integratie: toenemende coördinatie tssn verschillende spieren & verschillende sensorische
systemen
Algemeen: Evolueren v stereotiepe nr meer gevarieerde houdings- en bewegingspatronen
3. Onderzoek ve baby
3.1. Babyreacties/ primitieve reacties
Grote variabiliteit id bewegingsuitvoering
Niet altijd oproepbaar
Mate v alertheid speelt belangrijke rol
Leeftijdsgebonden (verdwijnen)
Bewegingen in ons organisme automatisch ontstaan vnauit hersenstam als reactie op
prikkel, zonder tussenkomst vd cortex
Ketens v bewegingen baby automatisch in staat stellen te overleven tijdens periode waarin
bewegingen nog niet kan sturen
Zenuwstelsel groeien
voorzien lichaam v informatie over bewegingen: balanceren, spannen, ontspannen
1ste 6 maand: CZS ontwikkelt
Kind meer controle over motorische activiteiten
Primitieve reacties geïntegreerd in CZS
Controle over motorisch handelen
Kind komt tot gevarieerde houdingen & bewegingen
- Onmiddellijk na geboorte aanwezig/ treden later op
- Na eerste levensjaar niet meer oproepbaar
Houdingsreacties: treden niet onmiddellijk na geboorte op
Gecoördineerde bewegingen v romp, hoofd, ledematen
Lichaam past zich aan aan veranderende omgevingscondities
Voorlopers vd posturale controle
3.1.1. Zoek- zuig- en slikreacties
Uitgelokt door tactiele stimulatie vd mond
Object in/tegen mond vd baby => erop gezogen => levert melk/andere smakelijke substantie
op => ingeslikt
3.1.2. Hoofdoprichtreactie
Afwezig bij geboorte
5 dagen later wel aanwezig
Hoofd min 2sec optillen door krommingen vd rug
3.1.3. Grijpreacties v hand & voet
Drukt voorwerp id geopende hand => sluit hand
Geen gebruik vd duimen
2
tijdens 2 eerste levensjaren
1. Motorische ontwikkeling: kwalitatief & kwantitatief
Algemeen ontwikkelingsproces
Opdoen v indrukken & ervaringen vr beeld over omgeving & eigen lichaam
Communicatie
Meer onafhankelijkheid & meer motorische mogelijkheden
Verschillende domeinen observeren & evalueren:
- Motorisch
- Cognitief
- Communicatief
- Emotioneel
- Sociaal
Kwalitatieve analyse: individueel & doelgericht behandelingsplan
Kwantitatieve analyse: ontwikkeling v houding & beweging adhv mijlpalen
Groot # factoren kù motorische ontwikkeling beïnvloeden:
Interactie
Bepalend vr motorische vaardigheid
- Endogene factoren:
Unieke genetische aanleg v elk individu
Rijping vh neuro-motorisch systeem verklaart volgorde & tempo vd ontwikkeling
doorheen levensfases
Essentiële interindividuele verschillen
- Omgevingsinvloeden
Opvoedingsmethoden in verschillende culturen
Wijze waarop baby’s verzorgd, aangekleed, gepositioneerd &
gedragen worden kù verwerven v motorische vaardigheden
beïnvloeden
Slaap- en speelpositie
Verstoring gecompenseerd door zelfregulatie:
Plasticiteit vd ontwikkeling kind achterstand in groei, gewicht, motoriek door ziekte
MAAR loopt achterstand in na genezing
Beperkt:
Mogelijkheid om achterstand in te halen= afh v:
- Duur & ernst vd deprivatie
- Leeftijd
- Groeipotentieel
- Kwaliteit vd condities nadien
Extreem tekort aan prikkels & stimulatie: tempo & volgorde vd motorische ontwikkeling
verstoren
Kinderen mogen geen motorische vaardigheden verliezen => ALARM
2. Ontwikkelingsprincipes
Neurologisch rijpingsmodel: theorie vd ontogenetische ontwikkelingsprincipes
Ontwikkeling v houdings- en bewegingspatronen verloopt vast
Cefalo-caudale & proximo-distale ontwikkelignsvolgorde:
1
, // met volgorde vd lichamelijke ontwikkeling
Rijping vh zenuwstelsel
- Cefalo-caudaal aspect: progressieve controle v musculatuur vh hoofd nr voeten
Eerst controle vd armen vr onderste ledematen: eerst grijpen, dan pas stappen
- Proximo-distale aspect: progressieve controle vd spieren central ih lichaam nr verder
afgelegen spieren
Eerst schouders vr polsen, handen & vingers
Neuro-motorische maturatie: toenemende differentiatie & toenemende integratie v
motorische & sensorische mechanismen
Evolutie v grote globale bewegingspatronen (volledig lichaam) verfijnde & geïsoleerde
bewegingen (deel vh lichaam)
Meer variatie in houdings- en bewegingspatronen
Integratie: toenemende coördinatie tssn verschillende spieren & verschillende sensorische
systemen
Algemeen: Evolueren v stereotiepe nr meer gevarieerde houdings- en bewegingspatronen
3. Onderzoek ve baby
3.1. Babyreacties/ primitieve reacties
Grote variabiliteit id bewegingsuitvoering
Niet altijd oproepbaar
Mate v alertheid speelt belangrijke rol
Leeftijdsgebonden (verdwijnen)
Bewegingen in ons organisme automatisch ontstaan vnauit hersenstam als reactie op
prikkel, zonder tussenkomst vd cortex
Ketens v bewegingen baby automatisch in staat stellen te overleven tijdens periode waarin
bewegingen nog niet kan sturen
Zenuwstelsel groeien
voorzien lichaam v informatie over bewegingen: balanceren, spannen, ontspannen
1ste 6 maand: CZS ontwikkelt
Kind meer controle over motorische activiteiten
Primitieve reacties geïntegreerd in CZS
Controle over motorisch handelen
Kind komt tot gevarieerde houdingen & bewegingen
- Onmiddellijk na geboorte aanwezig/ treden later op
- Na eerste levensjaar niet meer oproepbaar
Houdingsreacties: treden niet onmiddellijk na geboorte op
Gecoördineerde bewegingen v romp, hoofd, ledematen
Lichaam past zich aan aan veranderende omgevingscondities
Voorlopers vd posturale controle
3.1.1. Zoek- zuig- en slikreacties
Uitgelokt door tactiele stimulatie vd mond
Object in/tegen mond vd baby => erop gezogen => levert melk/andere smakelijke substantie
op => ingeslikt
3.1.2. Hoofdoprichtreactie
Afwezig bij geboorte
5 dagen later wel aanwezig
Hoofd min 2sec optillen door krommingen vd rug
3.1.3. Grijpreacties v hand & voet
Drukt voorwerp id geopende hand => sluit hand
Geen gebruik vd duimen
2