Vraag 1:
Wat is het hoofddoel van de Europese Raad binnen de EU?
A) Europese wetgeving initiëren.
B) Monetair beleid reguleren.
C) Over het algemene politieke beleid beslissen.
D) Juridische geschillen beslechten.
Antwoord: C) Over het algemene politieke beleid beslissen.
Vraag 2:
Waar gaat de materiële bevoegdheid over in het Belgische rechtssysteem?
A) De locatie van het hof.
B) De inhoudelijke taakverdeling.
C) Procedurele formaties.
D) Duur van het proces.
Antwoord: B) De inhoudelijke taakverdeling.
Vraag 3:
Welk principe ligt ten grondslag aan de structuur van de Europese Centrale
Bank?
A) Politieke sturing.
B) Economische autonomie.
C) Juridische onafhankelijkheid.
D) Publieke accountability.
Antwoord: C) Juridische onafhankelijkheid.
Vraag 4:
Wat is het hoofddoel van de Europese Raad binnen de EU?
A) Europese wetgeving initiëren.
B) Monetair beleid reguleren.
C) Over het algemene politieke beleid beslissen.
D) Juridische geschillen beslechten.
Antwoord: C) Over het algemene politieke beleid beslissen.
Vraag 2:
Waar gaat de materiële bevoegdheid over in het Belgische rechtssysteem?
A) De locatie van het hof.
B) De inhoudelijke taakverdeling.
C) Procedurele formaties.
D) Duur van het proces.
Antwoord: B) De inhoudelijke taakverdeling.
Vraag 3:
Welk principe ligt ten grondslag aan de structuur van de Europese Centrale
Bank?
A) Politieke sturing.
B) Economische autonomie.
C) Juridische onafhankelijkheid.
D) Publieke accountability.
Antwoord: C) Juridische onafhankelijkheid.
Vraag 4: