Olod spraakpathologie en tos 1
Spraakpathologie en taalontwikkelingsstoornissen 1
Deel: Spraakpathologie – fonologische spraakstoornissen
Docenten: Eddy Hoste, Leen Ponnet, Veerle Willockx
Studieomvang: 5 studiepunten
Taalontwikkelingsstoornissen: 65%
Spraakpathologie: 35%
Voorkennis
Normale spraak- en taalontwikkeling
o Klankverwerving
o Fonologische ontwikkeling
Fonetische transcriptie
0 HERHALING
Klankverwerving – verwervingsvolgorde van vocalen en consonanten volgens Beers (1995)
Fonetishe transcriptie (CNG)
Voordeel: via CNG kan je ze ook typen op je toetsenbord
Als ze fonetisch schrift opvraagt, zal het zijn volgens de CNG
Spraakstoornissen in cijfers (niet op examen)
1
, Olod spraakpathologie en tos 1
Prevalentie: tussen de 2,4 en de 23,6% van de schoolgaande kinderen
Meer bij jongens dan bij meisjes
11 tot 40% heeft ook een taal(ontwikkelings)stoornis
Problemen met de spraakproductie in de kleutertijd geven een grotere kans op leesproblemen
=> vooral kinderen met een fonologische spraakstoornis
Definitie
Speech is defective when it deviates so far from speech from other people in the group that it calls
attention to itself, interferes with communication, or causes its professor to be maladjusted to his
environment. (C. Van Riper, 1939)
Extra slides toevoegen!!!
0.1 FONEMEN VS GRAFEMEN
Foneem of klank = spraak = wat je hoort
Grafeem of letter = wat je schrijft
0.2 VOCALEN EN CONSONANTEN
Indeling spraakklanken: vocalen
Afwijkingen in vocalen vaak te wijten aan regionale invloeden
Binnen diagnostiek grotere impact van consonanten dan van vocalen
Indeling spraakklanken: consonanten
2
, Olod spraakpathologie en tos 1
0.3 SYLLABE, PREVOCAAL EN POSTVOCAAL
Kind zegt: ta – taan (ba – naan)
Syllabe = lettergreep
Prevocale consonant = medeklinker voor klinker (helemaal vooraan)
Postvocale consonant = medeklinker na klinker (achteraan)
0.4 CLUSTERS
Clusters = groepje consonanten
Voorbeelden: herfst, straat, plant
Kind zegt: kok (klok) kl = k
0.5 INITIAAL, MEDIAAL EN FINAAL
Initiaal = in het begin
Kind zegt: pip (kip)
Mediaal = in het midden
Kind zegt: bos (bus)
Finaal = op het einde
Kind zegt: bak (bad)
0.6 TERMEN EN DEFINITIES
Vertraging = verwervingsvolgorde is normaal, maar loopt achter op normale
verwerving
Stoornis = verwerving verloopt vertraagd en er zijn aspecten te zien die niet in
de normale verwerving voorkomen
0.7 SITUERING FONOLOGISCHE SPRAAKSTOORNISSEN BINNEN TOS
Verschillende componenten binnen de
taalontwikkeling
Receptieve taal = taalbegrip
Expressieve taal = taalgebruik
o Moeite met verwerken van klanken
o Vervormen van klanken en woorden
o Klanken vervangen of weglaten
Situering
Verschillende zienswijzen, maar vaak 4 grote
groepen
o Fonologische stoornissen
o Verbaal dyspractische stoornissen
(SOD)
o Fonetische stoornissen
3
Spraakpathologie en taalontwikkelingsstoornissen 1
Deel: Spraakpathologie – fonologische spraakstoornissen
Docenten: Eddy Hoste, Leen Ponnet, Veerle Willockx
Studieomvang: 5 studiepunten
Taalontwikkelingsstoornissen: 65%
Spraakpathologie: 35%
Voorkennis
Normale spraak- en taalontwikkeling
o Klankverwerving
o Fonologische ontwikkeling
Fonetische transcriptie
0 HERHALING
Klankverwerving – verwervingsvolgorde van vocalen en consonanten volgens Beers (1995)
Fonetishe transcriptie (CNG)
Voordeel: via CNG kan je ze ook typen op je toetsenbord
Als ze fonetisch schrift opvraagt, zal het zijn volgens de CNG
Spraakstoornissen in cijfers (niet op examen)
1
, Olod spraakpathologie en tos 1
Prevalentie: tussen de 2,4 en de 23,6% van de schoolgaande kinderen
Meer bij jongens dan bij meisjes
11 tot 40% heeft ook een taal(ontwikkelings)stoornis
Problemen met de spraakproductie in de kleutertijd geven een grotere kans op leesproblemen
=> vooral kinderen met een fonologische spraakstoornis
Definitie
Speech is defective when it deviates so far from speech from other people in the group that it calls
attention to itself, interferes with communication, or causes its professor to be maladjusted to his
environment. (C. Van Riper, 1939)
Extra slides toevoegen!!!
0.1 FONEMEN VS GRAFEMEN
Foneem of klank = spraak = wat je hoort
Grafeem of letter = wat je schrijft
0.2 VOCALEN EN CONSONANTEN
Indeling spraakklanken: vocalen
Afwijkingen in vocalen vaak te wijten aan regionale invloeden
Binnen diagnostiek grotere impact van consonanten dan van vocalen
Indeling spraakklanken: consonanten
2
, Olod spraakpathologie en tos 1
0.3 SYLLABE, PREVOCAAL EN POSTVOCAAL
Kind zegt: ta – taan (ba – naan)
Syllabe = lettergreep
Prevocale consonant = medeklinker voor klinker (helemaal vooraan)
Postvocale consonant = medeklinker na klinker (achteraan)
0.4 CLUSTERS
Clusters = groepje consonanten
Voorbeelden: herfst, straat, plant
Kind zegt: kok (klok) kl = k
0.5 INITIAAL, MEDIAAL EN FINAAL
Initiaal = in het begin
Kind zegt: pip (kip)
Mediaal = in het midden
Kind zegt: bos (bus)
Finaal = op het einde
Kind zegt: bak (bad)
0.6 TERMEN EN DEFINITIES
Vertraging = verwervingsvolgorde is normaal, maar loopt achter op normale
verwerving
Stoornis = verwerving verloopt vertraagd en er zijn aspecten te zien die niet in
de normale verwerving voorkomen
0.7 SITUERING FONOLOGISCHE SPRAAKSTOORNISSEN BINNEN TOS
Verschillende componenten binnen de
taalontwikkeling
Receptieve taal = taalbegrip
Expressieve taal = taalgebruik
o Moeite met verwerken van klanken
o Vervormen van klanken en woorden
o Klanken vervangen of weglaten
Situering
Verschillende zienswijzen, maar vaak 4 grote
groepen
o Fonologische stoornissen
o Verbaal dyspractische stoornissen
(SOD)
o Fonetische stoornissen
3