EMBRYOLOGIE
Grote lijnen kennen en overlap verloskunde. Je wordt geen embryoloog!!
COLLEGE 1:
Conceptie tot blastula:
- Zwangerschap = gestatie = prenatale ontwikkeling
- Conceptie (bevruchting) Prenataal nataal (=geboorte) postnataal
- Embryo foetus neonaat (na geboorte)
- Embryo: de embryonale ontwikkeling duurt de 1e 2 maanden
- Foetus: foetale ontwikkeling start vanaf de 9e week tot aan de geboorte.
- Neontaat: na de geboorte
Zwangerschap:
- de periode van bevruchting (conceptie) tot geboorte
- periode van 9 maanden
- onder verdeelt in 3 trimesters van 3 maanden
- 1e trimester:
o Embryonale ontwikkeling (tot 9 weken)
o Vroege foetale ontwikkeling (vanaf week 9)
o Start organogenese (ontstaan organen en stelsels)
e
- 2 trimester:
o Vervolg organogenese (ontstaan organen en stelsels)
o Verhoudingen veranderen (menselijke vormen herkennen)
e
- 3 trimester
o Snelle groei foetus
o Organen en stelsels zijn al bijna volledig ontwikkeld
o Bij prematuur longen niet ontwikkeld longrijping toegediend.
- De duur van embryologische en foetale ontwikkeling is niet gelijk aan de
zwangerschapsduur in de verloskunde.
- embryologische en foetale ontwikkeling = start bij de bevruchting en eisprong eindigt
bij geboorte.
- verloskundige zwangerschapsduur = start bij eerste dag laatste menstruatie (EMDL)
tussen de verloskundige duur en embryologische en foetale ontwikkeling
zit een verschil van 2 weken
Voortplanting:
- Mitose: de algemene celdeling of normaal deling
(verdubbeling)
- Meiose: De reductiedeling of geslachtsdeling of
gametogonese = vorming van gameten = geslachtscellen
(stap C) (reductiedeling)
- Oögenese = vorming eicellen
- Spermatogenese = vorming zaadcellen
- Geslachtscellen oöcyt en spermatozoïde ontstaan door
meiose 1 en meiose 2
, Kenmerken meiose:
- Er vindt een verdubbeling van chromosomen plaats (stap A)
- Meiose I: na crossing-over (uitwisseling genetisch materiaal) worden de
chromosomen willekeurig verdeeld over 2 cellen (stap B)
- Meiose II: Reduceren van aantal chromosomen van 46 (somatische cel) naar 23:
haploïde cel (meiose 2), met als eindresultaat 4 cellen, met elk de helft van het
oorspronkelijk aantal chromosomen, allemaal verschillend (stap C)
Oogenese (vrouwelijke eicel)
- Gebeurt tijdens foetale ontwikkeling (voor geboorte)
- Ontstaat in het ovarium
- Meiose 1 start voor de geboorte en oögenese wordt voltooid na de puberteit (fase
kan ruim 40 jaar duren: kwetsbare periode? kwaliteit minder (leeftijd invloeden
van buitenaf leefstijl, chemo of radiotherapie)
- Bij eisprong: oöcyt is nog niet volledig uitgerijpt, bevindt zich
in de metafase van meiose 2
- Bij bevruchting: Dan pas volledige meiose 2 (van oöcyt tot
eicel)
- Ontstaan 3 poollichaampjes en 1 eicel
Spermatogenese (mannelijke
zaadcel)
- Gebeurt vanaf de
puberteit (geslachtsrijpe
periode)
- ontstaat in de testes
- 4 spermacellen (geen
poollichaampjes)
- Sperma na 8-12 weken
geheel alcoholvrij.
- Signaal eisprong: afscheiding wordt dunner en meer eiwitachtig
mogelijk goede indicatie bij kinderwens (kennis eigen cyclus van belang)
- Miljoenen spermacellen per zaadlozing: veel gaan verloren onderweg naar de eicel
(uit de vagina, niet door de baarmoedermond, te traag (zwemkwaliteit), verkeerde
ovarium)
Grote lijnen kennen en overlap verloskunde. Je wordt geen embryoloog!!
COLLEGE 1:
Conceptie tot blastula:
- Zwangerschap = gestatie = prenatale ontwikkeling
- Conceptie (bevruchting) Prenataal nataal (=geboorte) postnataal
- Embryo foetus neonaat (na geboorte)
- Embryo: de embryonale ontwikkeling duurt de 1e 2 maanden
- Foetus: foetale ontwikkeling start vanaf de 9e week tot aan de geboorte.
- Neontaat: na de geboorte
Zwangerschap:
- de periode van bevruchting (conceptie) tot geboorte
- periode van 9 maanden
- onder verdeelt in 3 trimesters van 3 maanden
- 1e trimester:
o Embryonale ontwikkeling (tot 9 weken)
o Vroege foetale ontwikkeling (vanaf week 9)
o Start organogenese (ontstaan organen en stelsels)
e
- 2 trimester:
o Vervolg organogenese (ontstaan organen en stelsels)
o Verhoudingen veranderen (menselijke vormen herkennen)
e
- 3 trimester
o Snelle groei foetus
o Organen en stelsels zijn al bijna volledig ontwikkeld
o Bij prematuur longen niet ontwikkeld longrijping toegediend.
- De duur van embryologische en foetale ontwikkeling is niet gelijk aan de
zwangerschapsduur in de verloskunde.
- embryologische en foetale ontwikkeling = start bij de bevruchting en eisprong eindigt
bij geboorte.
- verloskundige zwangerschapsduur = start bij eerste dag laatste menstruatie (EMDL)
tussen de verloskundige duur en embryologische en foetale ontwikkeling
zit een verschil van 2 weken
Voortplanting:
- Mitose: de algemene celdeling of normaal deling
(verdubbeling)
- Meiose: De reductiedeling of geslachtsdeling of
gametogonese = vorming van gameten = geslachtscellen
(stap C) (reductiedeling)
- Oögenese = vorming eicellen
- Spermatogenese = vorming zaadcellen
- Geslachtscellen oöcyt en spermatozoïde ontstaan door
meiose 1 en meiose 2
, Kenmerken meiose:
- Er vindt een verdubbeling van chromosomen plaats (stap A)
- Meiose I: na crossing-over (uitwisseling genetisch materiaal) worden de
chromosomen willekeurig verdeeld over 2 cellen (stap B)
- Meiose II: Reduceren van aantal chromosomen van 46 (somatische cel) naar 23:
haploïde cel (meiose 2), met als eindresultaat 4 cellen, met elk de helft van het
oorspronkelijk aantal chromosomen, allemaal verschillend (stap C)
Oogenese (vrouwelijke eicel)
- Gebeurt tijdens foetale ontwikkeling (voor geboorte)
- Ontstaat in het ovarium
- Meiose 1 start voor de geboorte en oögenese wordt voltooid na de puberteit (fase
kan ruim 40 jaar duren: kwetsbare periode? kwaliteit minder (leeftijd invloeden
van buitenaf leefstijl, chemo of radiotherapie)
- Bij eisprong: oöcyt is nog niet volledig uitgerijpt, bevindt zich
in de metafase van meiose 2
- Bij bevruchting: Dan pas volledige meiose 2 (van oöcyt tot
eicel)
- Ontstaan 3 poollichaampjes en 1 eicel
Spermatogenese (mannelijke
zaadcel)
- Gebeurt vanaf de
puberteit (geslachtsrijpe
periode)
- ontstaat in de testes
- 4 spermacellen (geen
poollichaampjes)
- Sperma na 8-12 weken
geheel alcoholvrij.
- Signaal eisprong: afscheiding wordt dunner en meer eiwitachtig
mogelijk goede indicatie bij kinderwens (kennis eigen cyclus van belang)
- Miljoenen spermacellen per zaadlozing: veel gaan verloren onderweg naar de eicel
(uit de vagina, niet door de baarmoedermond, te traag (zwemkwaliteit), verkeerde
ovarium)