Theorie fnancieel rekenen
Algemene inleiding
o Kn= Ko * un
Maar ook
Ko + I
Ko + Ko * i * n
Ko * ( 1 + i * n)
Vooruitrekenen= oprenten = compounding
Terugrekenen= actualiseren = afrenten = discountng = verdisconteren
JKP= jaarlijkse kostenpercentage
Enkelvoudige intrest
o Normaal bij contracten van korte duur (<1 jaar)
Zichtrekeningen
Spaarrekeningen
Termijnrekeningen
Kasbons
Promessen ( belofe tot betalen)
Verwijlinteresten (boete als je te laat betaalt )
o De intrest wordt niet bij het kapitaal gevoegd
!!!! tjdseenheid moet dezelfde zijn
o 30% roerende voorhefng = 0.70* i
o Roerende voorhefng betaal je op de verworven intrest, niet op je startkapitaal
o Kwartaal = 3 maand = trimester
Semester = 6 maand
o Vroeger: document ( papier) met coupons, naamloos
- Coupons knippen en intrest innen bij de bank
- Zwart geld wordt belegd in efecten (naamloos)
- Coupons geïnd in buitenland om roerende voorhefng te vermijden
- = overheid loopt heel wat inkomens mis
o Nu: geld op de rekening van de eigenaar
- Bank stort op jaarlijkse vervaldag
- Neto-intrest op je rekening
- Alles staat op een rekening op naam dus fscus kan altjd “meekijken” als er fraude wordt
vermoed
- Roerende voorhefng wordt automatsch ingehouden door de fnanciële instelling
- Dematerialisate van efecten = geen papier meer alles op rekening ( op naam )
Oefeningen lesblok 1
Peruun: van 0.8 = 0.0080
van 1.5 = 0.0150
o Bruto-intrest= als je geen rekening houdt met de roerende voorhefng
o Neto-intrest= bruto roerende voorhefng = wat e belegger ontvangt
, Samengestelde intrest
= de regel in fnancieel rekenen!
Basisidee= tjdswaarde in geld
o Intrest wordt per periode bij het kapitaal gevoegd en brengt vanaf dat ogenblik intrest op
Kn= Ko* ( 1 + i ) n
Kn = ko i = de rentevoet
Un u= 1 + i
n= aantal periodes
o Beginwaarde= constante waarde = huidige waarde
Voorbeelden
Als ik nu €1000.00 op een bankrekening zet tegen 5% samengestelde intrest per jaar.
vraag: hoeveel staat er na 2 jaar op de bankrekening?
Kn= 1000 * (1 + 0.05)2 € 1102.50
Stel je wil over 5 jaar € 2000.00 gespaard hebben. De bank geef 3% samengestelde
intrest per jaar.
vraag: hoeveel moet je dan nu storten?
2000 € 1725.22
( 1 + 0.03 ) 5
Gelijkwaardige rentevoeten
o Een rentevoet is gelijkwaardig ( equivalent) aan een andere rentevoet indien hij is toegepast
op ééndezelfde kapitaal na ééndezelfde tjd, hetzelfde eindkapitaal geef.
o Reële rentevoet = werkelijke rentevoet = efectve rate
Centraliseren van schulden
= er mag geen voordeel ontstaan, net voor de schuldeiser en niet voor de schuldenaar
Methode 1: bepaalde vervaldag
= alle schulden worden op een afgesproken datum samen betaald ( eerst datum vastleggen
en dan het bedrag berekenen)
Methode 2: gemiddelde vervaldag
= bedrag wordt vastgelegd en dan gaat men uitrekenen wanneer dit moet betaald worden
Discontoberekeningen
= hetzelfde als intrest maar moet nu bij begin van de periode betaald (verrekend) worden
o Bij transactes op KT: enkelvoudige intrest
o Bij transactes op LT: samengestelde intrest
EHD= enkelvoudig handelsdisconto
= disconto op enkelvoudige intrest
C = N D ( C= contante waarde, N=nominale waarde, D= discontobedrag )
Algemene inleiding
o Kn= Ko * un
Maar ook
Ko + I
Ko + Ko * i * n
Ko * ( 1 + i * n)
Vooruitrekenen= oprenten = compounding
Terugrekenen= actualiseren = afrenten = discountng = verdisconteren
JKP= jaarlijkse kostenpercentage
Enkelvoudige intrest
o Normaal bij contracten van korte duur (<1 jaar)
Zichtrekeningen
Spaarrekeningen
Termijnrekeningen
Kasbons
Promessen ( belofe tot betalen)
Verwijlinteresten (boete als je te laat betaalt )
o De intrest wordt niet bij het kapitaal gevoegd
!!!! tjdseenheid moet dezelfde zijn
o 30% roerende voorhefng = 0.70* i
o Roerende voorhefng betaal je op de verworven intrest, niet op je startkapitaal
o Kwartaal = 3 maand = trimester
Semester = 6 maand
o Vroeger: document ( papier) met coupons, naamloos
- Coupons knippen en intrest innen bij de bank
- Zwart geld wordt belegd in efecten (naamloos)
- Coupons geïnd in buitenland om roerende voorhefng te vermijden
- = overheid loopt heel wat inkomens mis
o Nu: geld op de rekening van de eigenaar
- Bank stort op jaarlijkse vervaldag
- Neto-intrest op je rekening
- Alles staat op een rekening op naam dus fscus kan altjd “meekijken” als er fraude wordt
vermoed
- Roerende voorhefng wordt automatsch ingehouden door de fnanciële instelling
- Dematerialisate van efecten = geen papier meer alles op rekening ( op naam )
Oefeningen lesblok 1
Peruun: van 0.8 = 0.0080
van 1.5 = 0.0150
o Bruto-intrest= als je geen rekening houdt met de roerende voorhefng
o Neto-intrest= bruto roerende voorhefng = wat e belegger ontvangt
, Samengestelde intrest
= de regel in fnancieel rekenen!
Basisidee= tjdswaarde in geld
o Intrest wordt per periode bij het kapitaal gevoegd en brengt vanaf dat ogenblik intrest op
Kn= Ko* ( 1 + i ) n
Kn = ko i = de rentevoet
Un u= 1 + i
n= aantal periodes
o Beginwaarde= constante waarde = huidige waarde
Voorbeelden
Als ik nu €1000.00 op een bankrekening zet tegen 5% samengestelde intrest per jaar.
vraag: hoeveel staat er na 2 jaar op de bankrekening?
Kn= 1000 * (1 + 0.05)2 € 1102.50
Stel je wil over 5 jaar € 2000.00 gespaard hebben. De bank geef 3% samengestelde
intrest per jaar.
vraag: hoeveel moet je dan nu storten?
2000 € 1725.22
( 1 + 0.03 ) 5
Gelijkwaardige rentevoeten
o Een rentevoet is gelijkwaardig ( equivalent) aan een andere rentevoet indien hij is toegepast
op ééndezelfde kapitaal na ééndezelfde tjd, hetzelfde eindkapitaal geef.
o Reële rentevoet = werkelijke rentevoet = efectve rate
Centraliseren van schulden
= er mag geen voordeel ontstaan, net voor de schuldeiser en niet voor de schuldenaar
Methode 1: bepaalde vervaldag
= alle schulden worden op een afgesproken datum samen betaald ( eerst datum vastleggen
en dan het bedrag berekenen)
Methode 2: gemiddelde vervaldag
= bedrag wordt vastgelegd en dan gaat men uitrekenen wanneer dit moet betaald worden
Discontoberekeningen
= hetzelfde als intrest maar moet nu bij begin van de periode betaald (verrekend) worden
o Bij transactes op KT: enkelvoudige intrest
o Bij transactes op LT: samengestelde intrest
EHD= enkelvoudig handelsdisconto
= disconto op enkelvoudige intrest
C = N D ( C= contante waarde, N=nominale waarde, D= discontobedrag )