FASE 1: Vroedkunde - Thomas More: docent Dr. Van Miert
Boek: Anatomie en fysiologie: een inleiding 6de editie - Martini
- Zenuwstelsel
- Sensorisch systeem
- Motorisch systeem
- Hormoonstelsel
- De huid
De huid........................................................................................................................................................... 39
1. Epidermis = opperhuid ............................................................................................................................ 39
2. Dermis = lederhuid .................................................................................................................................. 40
3. Subcutis/hypodermis = onderhuis ........................................................................................................... 40
4. Vascularisatie = vaatvoorziening van de huid ......................................................................................... 40
5. Temperatuurregulatie ............................................................................................................................. 40
Farmacologie in de dermatologie ..................................................................................................................... 40
2
,Anatomie en fysiologie: deel 2
Zenuwstelsel
1. Indeling
Vaktermen
Anatomisch
Centraal zenuwstelsel = CZS (Hersenen & RM) Perifeer zenuwstelsel = PZS
• Medulla spinalis = ruggenmerg • Spinale zenuwen =
• Hersenstam ruggenmergzenuw
o Medulla ob longata = verlengde merg • Craniale zenuwen =
o Pons = brug hersenzenuwen
o Mes encefalon = middenhersenen o Bv. Nervus Vagus X
• Cerebellum = kleine hersenen
• Diencefalon = tussenhersenen
• Cerebrum = grote hersenen
Fysiologisch
Richting van het signaal & soorten neuronen
Vegetatief = onwillekeurig = autonoom Animaal = willekeurig
Regulatie en coördinatie stelsels Integratie tussen individu en omgeving
• Orthosympaticus (OS)
o Vechten, vluchten
• Parasympaticus (PS)
o Rust & herstel
At ferent Et ferent
Perifeer -> centraal Centraal -> perifeer
Aanvoerend naar CZS Wegvoerend CZS
Stijgende banen (sensorisch neuron) Dalende banen (motorisch neuron)
Schakelneuronen of schakkelcellen: schakelingen tussen verschillende neuronen
2. Zenuwstelsel- & weefsel
A. Neuronen = zenuwcellen
B. Gliacellen = hulp- en steuncellen in zenuwweefsel CZS
C. Grijze en witte stof
A. Geleidende cellen: neuronen = zenuwcellen
Zenuwcellen
• Dendrieten
o Uitlopers, niet gemyeliniseerd
• Cellichaam
• Neuriet (onderdeel axon)
o Omgeven door myeline schede
▪ Myeline = isolerende cilinder rond zenuwuitloper (wit)
• Versnelt de prikkelgeleiding
• Celmembranen
o Gliacellen (CZS)
3
, Anatomie en fysiologie: deel 2
o Schwanncellen (PZS)
o Knoop v. Ranvier = gebied waar myelineschede v.e. axon is onderbroken ->
versnellen v.d. prikkelgeleiding
• Synaps: plaats van prikkel- of impulsoverdracht (overdracht = transmissie)
• Neurotransmitter, mediator = chemische verbinding die door één neuron wordt
afgegeven & membraanpotentiaal v.e. ander neuron verandert-> signaal tussen cellen
overdragen
• MS of multiple sclerose
o Myelineschede wordt afgebroken
o Gevolg: problemen prikkeloverdracht
Ontstaan v.d. actiepotentiaal
Rust
• Cel gepolariseerd = rustpotentiaal = membraanpotentiaal v.e. normale cel onder
homeostatische omstandigheden
• Buiten celmembraan meer + geladen, dan in cel
• Positief geladen deeltje = kation (Na+ buiten cel, K+ in de cel)
Prikkeling
• Depolarisatie = verandering v.d. membraanpotentiaal waarbij deze verandert van een
negatieve waarde naar 0
o Na+ stroomt naar binnen = natrium influx
▪ In cel meer Na+ dan buiten cel
• Actiepotentiaal = verandering v.d. membraanpotentiaal, begint met verandering
doorlaatbaarheid v.d. membraan voor Na ionen
• Repolarisatie = terugkeer v.d. membraanpotentiaal naar de rustpotentiaal
• Membraanpotentiaal = het potentiaalverschil aan weerszijden v.d. celmembraan, een
potentiaalverschil dat het gevolg is van een ongelijke verdeling van positieve en
negatieve ionen aan weerszijden v.d. celmbraan
Voortgeleiding van een actiepotentiaal -> Zie handboek Martini p 304-305
Actiepotentiaal = voortplantende veranderingen in de membraanpotentiaal
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur charv. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.