VERPLEEGKUNDIGE ASPECTEN BIJ DE ZORG VOOR OUDERE VOLWASSENEN
1. Demografische veranderingen
1.1. Hoge levensverwachting
Levensverwachting = gemiddeld aantal jaren dat pasgeborene wordt verwacht te leven
= gemiddelde levensduur
Þ vrouwen worden gemiddeld ouder dan mannen, maar deze kloof verkleint
1.2. Laag vruchtbaarheidscijfer
Vruchtbaarheidscijfer = gemiddeld aantal kinderen dat een vrouw ter wereld brengt
Þ zal dalen, het meest waar het vruchtbaarheidscijfer nu nog het hoogt is
1.3. Vergrijzing en ontgroening
Vergrijzing = groeiend aandeel/proportie ouderen in de bevolking
Þ grootst aandeel 60 plussers in Europa
Þ door ↑levensverwachting & ↓vruchtbaarheidscijfer: inkrimping #jongeren = ontgroening
1.4. Dubbele vergrijzing
Vergrijzing = aandeel 85 plussers binnen de 60 plussers neemt toe
= verzilvering
1.5. Afhankelijkheidscoëfficiënt
Afhankelijkheidscoëfficiënt = verhouding tussen het aandeel personen op pensioenleeftijd
en het aandeel personen op beroepsactieve leeftijd
1.6. Bevolkingspiramide
= verdeling van de bevolking naar leeftijd
Þ door ↓aandeel jongeren wordt de basis van de piramide smaller
Þ door ↑aandeel ouderen wordt de top zwaarder
NU PADDENSTOELVORM IPV PIRAMIDE
2. Oudere personen
Chronologische leeftijd = kalenderleeftijd young old: 65 – 75j
= aantal jaren en dagen sinds geboorte old old: 75 – 85j
oldest old: >85j
® w vaak gebruikt om te bepalen of iemand in aanmerking komt voor bepaalde voorziening
Bv: WZC vanaf 65j
1. Demografische veranderingen
1.1. Hoge levensverwachting
Levensverwachting = gemiddeld aantal jaren dat pasgeborene wordt verwacht te leven
= gemiddelde levensduur
Þ vrouwen worden gemiddeld ouder dan mannen, maar deze kloof verkleint
1.2. Laag vruchtbaarheidscijfer
Vruchtbaarheidscijfer = gemiddeld aantal kinderen dat een vrouw ter wereld brengt
Þ zal dalen, het meest waar het vruchtbaarheidscijfer nu nog het hoogt is
1.3. Vergrijzing en ontgroening
Vergrijzing = groeiend aandeel/proportie ouderen in de bevolking
Þ grootst aandeel 60 plussers in Europa
Þ door ↑levensverwachting & ↓vruchtbaarheidscijfer: inkrimping #jongeren = ontgroening
1.4. Dubbele vergrijzing
Vergrijzing = aandeel 85 plussers binnen de 60 plussers neemt toe
= verzilvering
1.5. Afhankelijkheidscoëfficiënt
Afhankelijkheidscoëfficiënt = verhouding tussen het aandeel personen op pensioenleeftijd
en het aandeel personen op beroepsactieve leeftijd
1.6. Bevolkingspiramide
= verdeling van de bevolking naar leeftijd
Þ door ↓aandeel jongeren wordt de basis van de piramide smaller
Þ door ↑aandeel ouderen wordt de top zwaarder
NU PADDENSTOELVORM IPV PIRAMIDE
2. Oudere personen
Chronologische leeftijd = kalenderleeftijd young old: 65 – 75j
= aantal jaren en dagen sinds geboorte old old: 75 – 85j
oldest old: >85j
® w vaak gebruikt om te bepalen of iemand in aanmerking komt voor bepaalde voorziening
Bv: WZC vanaf 65j