Woordenlijst 'Vocabulaire proggresif' Français marketing 2B

Savoir-faire
Réunion 1: Types de réunions
A: Types de réunion

Réunion de service Dienstvergadering
Une réunion de service se tient Er wordt een dienstvergadering gehouden
Fait le point De balans opmaken
Une séance de travail Een werkvergadering
Réunion d'information Informatievergadering
Séance de brainstorming Brainstormsessie
Chaque participant Elke deelnemer
Fait des suggestion Doet suggesties
Colloque Colloquium (collegezaal)
Un colloque réunit Een colloquium brengt samen
Débattre (discuter) Om te debatteren (discussiëren)
Un congrès Een congres
Assemblée Vergadering
l'Assemblée générale De algemene vergadering
Est convoquée Wordt bijeengeroepen
A tenu Gehouden
Les membres De leden
Délibéré (discuté) Beraadslaagd (besproken)
Voter Stemmen
Une réception Een receptie
Inaugurée Geopend
Un cocktail Een cocktailparty
Un buffet Een buffet

B: Réunions à distance

La téléréunion (= la téléconférence) Telefoonvergadering (= teleconferentie)
La réunion par téléphone Vergadering per telefoon
Réunion téléphonique Telefonische vergadering
Audioconférence Audioconferentie
Conférence téléphonique Telefoonconferentie
La visioconférence Videoconferentie
La vidéoconférence Videoconferentie




1

,Réunion 2: Organisation
A: Préparation

D’hommes De mannen
De femmes d’affaires De zakenvrouwen
Programmez Programma
À l'avance: lieu, date, durée, ... Op voorhand: plaats, datum, duur, ...
L’ordre du jour De agenda
Des sujets à traiter Te bespreken onderwerpen
Des participants Deelnemers
La présence Aanwezigheid
Les conditions matérielles Materiële voorwaarden
Une salle de réunion Een vergaderzaal
Éclaireée, spacieuse (grande) Licht, ruim (groot)
Le matériel Het materiaal
Stylos feutres, bloc-notes, … Viltstiften, blocnotes, ...
Les dossiers et documents Dossiers en documenten

B: Salle de réunion

Type salle de classe reine (limite) Klassikale indeling (beperkt)
La forme circulaire De ronde vorm
en face-à-face face-to-face
Les tables en U U-vormige tafels
(voir les photos p12)

C: Autour de la réunion

Faire une réunion Een vergadering houden
Reportée Uitgesteld
Avancée Vervroegd
Annulée Geannuleerd
Assister à Bijwonen
Un empêchement (un problème) Een belemmering (een probleem)
Fixée Vast




2

, Réunion 3: Animation
A: Annoncer l’ordre du jour

Anime une réunion Leidt een vergadering
Faire un tour de table Rond de tafel gaan
Le theme Het thema
Nous sommes ici aujourd’hui pour parler de We zijn hier vandaag om te praten over...
…
Si vous le voulez bien, je commencerai par Als u het niet erg vindt, begin ik met het
présenter… voorstellen van...
Ensuite, nous examinerons … Dan zullen we kijken naar ...
Puis il entre dans le vif du sujet Dan gaat hij verder met het
hoofdonderwerp
Le sécretaire de séance De sessiesecretaris
Prendre des notes Het maken van aantekeningen
Le compte rendu De aantekeningen

B: Mettre de l’ordre

Gérer les temps de parole Spreektijd beheren
C’est à vous de parler Het is jouw beurt om te spreken
Désole Sorry
A demandé la parole Ik heb het woord gevraagd.
Attendez, nous ne pouvons pas tous parler Wacht, we kunnen niet allemaal tegelijk
à la fois spreken.
S’écarte de Dwaalt af van
Revenons à notre sujet, s’il vous plaît Laten we teruggaan naar het onderwerp,
alstublieft.

C: Demander des explications

Stimuler et clarifier les échanges Stimulerende en verhelderende
uitwisselingen
Il reformule Hij herformuleert
Si je comprends bien, vous nous dites que … Als ik het goed begrijp, zegt u dat...
Qu’entendez-vous pas Wat bedoelt u met
Pouvez-vous nous donner un exemple de Kunt u ons een voorbeeld geven van...?
…?
Vous nous dites que c’est la meilleure U zegt ons dat dit de beste oplossing is.
solution. Mais pour quelle raison? Maar waarom?




3