1 Het menselijk skelet
Functies:
• Bescherming Verschaffen van vormvastheid (stevigheid) en ondersteuning
• Bescherming van tere organen (schedel, ribbenkooi, bekkenvleugels)
• Vormen van gewrichten en aanhechtingsplaats voor pezen (van spieren) ter
beweging van het lichaam
• Reservoir van mineralen (calcium en fosfaat) en vet (geel beenmerg)
• Vorming van bloedcellen (vb: rood beenmerg)
1.1 Soorten beenderen
Lange beenderen/ pijpbeenderen
Vb: humerus, femur, fibula, tibia
Platte beenderen
Vb: schedel, schouderblad, ribben en heupbeenderen, sternum
Korte beenderen
Vb: vingerkootjes, middenhandsbeentjes
Onregelmatige beenderen
Vb: ruggenwervel, heiligbeen
1.2 Het Axiaal skelet
= beenderen rondom de lichaamsas
• Schedel (cranium)
• Tongbeen (os hyoideum)
• Borstkas (thorax)
• Wervelzuil ( columna vertebralis)
1.2.1 Cranium
= geheel van botstructuren die samen het deel vh skelet vormen dat vorm geeft aan het
hoofd
functie :
- bescherming vd hersenen en toegang tot spijsvertergins-
en ademhalingsstelsel
- herbergen v speciale zintuigen voor reuk, tast, gehoor,
evenwicht en zicht
De schedel bestaat uit verschillende onderdelen:
• Hersenschedel
, - Schedeldak (rood)
- Schedelbasis (blauw)
• Aangezichtsschedel (geel)
De hersenschedel bestaat uit 8 botten:
• 1 Os frontale (voorhoofdsbeen)
• 1 Os sphenoidale (wiggenbeen)
• 1 Os ethmoidale (zeefbeen)
• 2 Ossa parietalia (wandbeen)
• 2 ossa temporalia ( slaapbeen)
• 1 os occipitale (achterhoofdsbeen)
De aangezichtsschedel bestaat uit 14 botten:
• 1 mandibula (onderkaakbeen)
• 1 maxilla (bovenkaakbeen)
• 2 ossa zygomatica (jukbeenderen)
• 2 ossa nasalia (neusbeenderen)
• 2 ossa lacrimalia (traanbeenderen)
• 2 ossa palatina (gehemeltebeenderen)
• 2 conchae nasales inf. (onderste neusschelpen)
• 1 os vomer (ploegschaarbeen)
• 2 orbitae (oogkassen) -> gevormd uit verschillende beentjes
Schedel inclusief de 6 gehoorbeentjes
, 1.2.1.1 De schedelbasis = hersenpan
-> enkel zichtbaar als je schedel transversaal doorsnijdt en en schedeldak verwijdert
• Os frontale
• Os ethmoidale
• Os sphenoidale
• Os temporale
• Os occipitale
Voorste en middelste schedelgroeve dragen:
- Grote hersenen
- Tussenhersenen
- Delen vd hersenstam
Achterste schedelgroeve ondersteunt:
- Kleine hersenen
Foramen magnum (achterhoofdsgat)= ruimte vr de verbinding tussen de hersenstam
en het ruggenmerg
Turks zadel = onderdeel vh os sphenoidale
Hypofyse past hierin
Rotsbeenderen = onderdeel vh os temporale
Bevatten middenoor met gehoorbeentjes
Os temporale heeft ad buitenzijde opening vr de
uitwendige gehoorgang
1.2.1.2 Neusbijholten/ paranasale sinussen
• Holtes id aangezichtsbeenderen gevuld met lucht en slijm
• Maken schedel lichter
• Vormen groot opp met slijmvlies dat neusholte reinigt en bevochtigd
• klankkast voor stemvorming = fonatie
- Frontale sinussen
- Ethmoidale sinussen
- Sphenoidale sinussen
- Maxillaire sinussen
Het os frontale bevat de sinus frontalis.
Het os ethmoidale, de sinus ethmoidalis.
En de maxilla: de sinus maxillaris.