Cardiovasculair onderzoek en bloeddrukmeting
Aandachtspunten
Bij onderzoek thorax dient bovenlichaam VOLLEDIG ontbloot te zijn
Vergeet de INSPECTIE niet!
De onderzoeker mag GEEN koude handen hebben
Bloeddruk
o Voorbereiding
De patiënt zit op een stoel, de arm is ontbloot en ontspannen, de elleboog is
gebogen, de manchet op harthoogte, voorzie steun voor de arm, zodat deze
zich op harthoogte bevindt.
Kijk na of de arm vrij is van arterioveneuze fistels (voor dialyse), littekens
en lymfoedeem.
o Bloeddrukmeting zelf
Leg de bloeddrukmanchet rond de bovenarm van de patiënt, ongeveer 2,5
cm boven de elleboogplooi.
Zorg ervoor dat het midden van de luchtkamer over de pulsaties van de
a. brachialis ligt. Let erop dat de luchtkamer tegen de huid van de patiënt
aanligt.
Bij een eerste meting, niet gekende bloeddruk:
Zoek eerst naar de grootteorde van de systolische bloeddruk door
palpatie van de radialispols:
Palpeer ter hoogte van de duimzijde van de pols de a. radialis
Pomp vervolgens de manchet op en laat ze leeglopen totdat de
arteria radialispulsaties weer voelbaar zijn (en de arterie dus niet
meer is dichtgedrukt).
Ondersteun de bovenarm tot op harthoogte.
Plaats dan de stethoscoop ter hoogte van de elleboogplooi.
Pomp de manchet op tot 30mmHg hoger dan de daarnet geschatte systolische
bloeddruk.
Laat voorzichtig de druk uit de luchtkamer lopen, aan een snelheid van 2
mmHg per seconde.
Op een bepaald ogenblik is de druk in de luchtkamer gelijk aan de druk tijdens
de systole van het hart. Hier hoor je het eerste geruis, veroorzaakt door
turbulentie van het bloed dat door de arterie stroomt. Men spreekt van
de eerste Kortotkofftoon. Op dit ogenblik lees je op de manometer de
systolische bloeddruk af.
Laat de druk in de luchtkamer verder zakken. Op een bepaald ogenblik is de
druk gelijk aan de druk tijdens de diastole van het hart. Je hoort nu geen
geruis meer. Men spreekt van de vijfde Korotkofftoon. Op dit ogenblik lees je
op de manometer de diastolische bloeddruk af.
Bloedvaten
o A. temporalis
o A. carotis
Tss larynx en mediale kop van M. sternocleidomastoideus
NOOIT a. carotis links en rechts tegelijk palperen, dit kan syncope uitlokken
o A. brachialis
Aandachtspunten
Bij onderzoek thorax dient bovenlichaam VOLLEDIG ontbloot te zijn
Vergeet de INSPECTIE niet!
De onderzoeker mag GEEN koude handen hebben
Bloeddruk
o Voorbereiding
De patiënt zit op een stoel, de arm is ontbloot en ontspannen, de elleboog is
gebogen, de manchet op harthoogte, voorzie steun voor de arm, zodat deze
zich op harthoogte bevindt.
Kijk na of de arm vrij is van arterioveneuze fistels (voor dialyse), littekens
en lymfoedeem.
o Bloeddrukmeting zelf
Leg de bloeddrukmanchet rond de bovenarm van de patiënt, ongeveer 2,5
cm boven de elleboogplooi.
Zorg ervoor dat het midden van de luchtkamer over de pulsaties van de
a. brachialis ligt. Let erop dat de luchtkamer tegen de huid van de patiënt
aanligt.
Bij een eerste meting, niet gekende bloeddruk:
Zoek eerst naar de grootteorde van de systolische bloeddruk door
palpatie van de radialispols:
Palpeer ter hoogte van de duimzijde van de pols de a. radialis
Pomp vervolgens de manchet op en laat ze leeglopen totdat de
arteria radialispulsaties weer voelbaar zijn (en de arterie dus niet
meer is dichtgedrukt).
Ondersteun de bovenarm tot op harthoogte.
Plaats dan de stethoscoop ter hoogte van de elleboogplooi.
Pomp de manchet op tot 30mmHg hoger dan de daarnet geschatte systolische
bloeddruk.
Laat voorzichtig de druk uit de luchtkamer lopen, aan een snelheid van 2
mmHg per seconde.
Op een bepaald ogenblik is de druk in de luchtkamer gelijk aan de druk tijdens
de systole van het hart. Hier hoor je het eerste geruis, veroorzaakt door
turbulentie van het bloed dat door de arterie stroomt. Men spreekt van
de eerste Kortotkofftoon. Op dit ogenblik lees je op de manometer de
systolische bloeddruk af.
Laat de druk in de luchtkamer verder zakken. Op een bepaald ogenblik is de
druk gelijk aan de druk tijdens de diastole van het hart. Je hoort nu geen
geruis meer. Men spreekt van de vijfde Korotkofftoon. Op dit ogenblik lees je
op de manometer de diastolische bloeddruk af.
Bloedvaten
o A. temporalis
o A. carotis
Tss larynx en mediale kop van M. sternocleidomastoideus
NOOIT a. carotis links en rechts tegelijk palperen, dit kan syncope uitlokken
o A. brachialis