Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Samenvatting voor vak Taalbeschouwing 3.

Note
-
Vendu
2
Pages
24
Publié le
24-08-2023
Écrit en
2022/2023

Samenvatting en begrippen voor het vak Taalbeschouwing met alle informatie uit de lessen van Fontys te Tilburg.

Établissement
Cours










Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

Livre connecté

École, étude et sujet

Établissement
Cours
Cours

Infos sur le Document

Livre entier ?
Non
Quels chapitres sont résumés ?
De hoofdstukken omtrent het vormen van woorden en zinnen.
Publié le
24 août 2023
Nombre de pages
24
Écrit en
2022/2023
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

Taalbeschouwing 3
TB3a Woorden

College 1 – Woorden
Wat is een woord?
- Klankvorm: minstens 1 klinker.
- Kleinste taalelement dat zelfstandig in een zin kan staan.
o Clitica: leunen op een ander woord (hij zei dat ie nog zou komen).
 Enclises: gaat over het woord ervoor.
 Proclises: gaat over het woord erna.
- Kan zich verbinden aan andere elementen tot een zin.
- Heeft een lexicale en/of syntactische betekenis. Woordvorm is conventioneel-arbitrair.
o Onderscheid inhoudswoorden en functiewoorden.
o Uitzondering: onomatopeeën & gebarentaal.

Inhoudswoorden: specifiek, zelfstandig, open klasse, semantische betekenis. Ontleenbaar aan
andere talen, werkwoorden (behalve hulp- of koppelwerkwoorden)
Functiewoorden: grammaticale functie, abstract, gesloten klasse, hulp- of koppelwerkwoorden.

Lexicon: Woordenschat
- Van een gehele taal.
- Van één spreker (mentale lexicon).

Theorie 1: Generatieve taalkunde: woordenboek in je hoofd met uitzonderingen, betekenis en
uitspraak.
Syntaxis: abstract, grammaticale regels, regelmatigheden.
Theorie 2: Usaged-based-linguistics: geen strikt onderscheid tussen lexicon en syntaxis. Het Mentale
Lexicon bevat alle eenheden die als conventie worden opgeslagen. Het Mentale Lexicon bevat alles
wat we nodig hebben om te communiceren, door het gebruik worden nieuwe dingen geleerd en
opgeslagen.

Het mentale Lexicon:
- Werken (betekenis & zelfstandig naamwoord). Vervoegingen in Syntaxis.
- Kind  kinderen, maar wel in Mentale Lexicon, omdat dit een uitzondering is.
- Uitdrukkingen die vaststaan (de appel valt niet ver van de boom i.p.v. de appel is niet ver van
de boom gevallen)
- Combinaties met voorzetsels (Trots op i.p.v. trots naar)

Woordenboeken:
Lemma: ingang waarop je een woord kunt vinden in het woordenboek.
Lemma: hebben lexemen: hebt, heeft, gehad.
Polysemie: Een woord met meerdere betekenissen die wel onder hetzelfde Lemma vallen. Paard
Homonymie: Een woord met meerdere betekenissen die onder twee verschillende lemma’s vallen.
Vorst (vrieskou, koning)
Afhankelijk van Etymologieën.

Soorten informatie in woordenboek:
- Vorm
- Fonetiek
- Werkwoorden: Intransitief, transitief, ditransitief
- Context

, - Betekenis
- Afleidingen

Soorten woordenboeken:
- Etymologie: oorsprong
- Frequentie: hoe vaak woorden voorkomen
- Vertaling
- Thesaurius: thema, woorden gesorteerd per categorie en verwante begrippen.
- Concordantie: context
- Retrogade: hoe woorden eindigen qua klank.
- Beeld: plaatjes
- Theoretisch lexicon: grammaticale informatie

Betekenisrelaties:
Hyperoniem: overkoepelende term, categorie (vogel is hyperoniem van mus).
Hyponiem: woord dat behoort in een categorie (mus is een hyponiem van vogel).
Antoniem: tegenovergestelde
Complementair: wel of niet: bezet / beschikbaar
Gradueel: verschillende fases: donker / licht
Synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis. Volledige synonymie is vaak onmogelijk, vaak
nuanceverschillen.
Denotatie: kale betekenis van een woord.
Connotatie: gevoelswaarde (chic / ouderwets)
Collocaties: verschillende contexten (een snelle start / een vliegende start)

Lexicale verschillen tussen talen:
Lexicaal gat: het ontbreken van een woord om iets te beschrijven in een taal. Vaak cultureel bepaald.
Pakjesavond bijvoorbeeld.
Niet altijd cultuur bepaald: cousin vs niece  Nederlands gewoon nicht.

Lexicale overeenkomsten tussen woorden:
Overeenkomsten door taalcontact: gemeenschappelijke vooroudertaal.
Swadesh-lijst: 207 basisconcepten, de eerste woorden, in alle tijden en landen al relevant.

, College 2 - Morfologie

Woordvormingsleer: Woorden zijn opgebouwd uit 1 of meer morfemen.

Structuur van woorden:
Ongeleed woord: één morfeem, betekenisvol deel.
Geleed woord: meerdere morfemen met betekenis.

Morfemen:
- Één klank ei, s (meervoud)
- Één lettergreep eet
- Meer lettergrepen aluminium
Vrije morfemen: kunnen zelfstandig voorkomen, lief, baby, denk, kozijn.
Gebonden morfemen: affix, moeten voor of achter een stam geplakt worden (a, s, in)

Affix:
- Suffix: achtervoegsel (sporter, baby’s, eetbaar, denkt).
- Prefix: voorvoegsel (ontsluit, gegil, verhard, ongewoon).
- Circumfix: 2 delen, 1 morfeem, wordt in 1 keer toegevoegd, moeten beide worden
toegevoegd (gezegd, gelachen, gebergte)
Let op: onpersoonlijk is geen voorbeeld van circumfix, omdat je het woord niet kunt gebruiken
zonder beide delen.
- Infix: fanfuckingtastic

Aanbiddelijk: Aan – bid - elijk
Verkleumde: ver – kleum – de

Let op: ‘er’ is een suffix, maar niet bij ieder woord.
- Sporter ( + suffix)
- Reiger (geen suffix)
- Reiziger (geen suffix)

Clitica:
Zitten tussen een los woorden en een gebonden morfeem in. Een cliticum is een gereduceerde vorm
van een stam.

Wel of geen prefix:
- Ongeluk wel allemaal prefix
- Ondankbaar
- Oneetbaar
- Onzin

- Onder geen prefix

Interne structuren:
Samenstelling: twee of meer stammen.
Geleed woord vs. Ongeleed woord
Derivatie: afleiding, nieuw woord maken, vaak woordsoortvariatie. (eetbaar, tientje, waterig)
Inflectie: vervoeging, geen nieuw woord, voor grammaticale correctheid (prachtige, cadeaus,
Pepijns)
Flexie: het onderdeel dat je toevoegt aan de inflectie om de taal correct te maken.
€6,49
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
riannethomas Fontys Hogeschool
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
68
Membre depuis
2 année
Nombre de followers
36
Documents
12
Dernière vente
4 semaines de cela

4,4

7 revues

5
3
4
4
3
0
2
0
1
0

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions