Trilhaarepitheel Epitheel waarvan de buitenste laag uit
trilhaarcellen bestaat, bijv. het neusslijmvlies
Stembanden Stevige vliezen die gaan trillen als er lucht langs
komt
Bronchiolen Fijne zijtakjes van de bronchiën bevatten
spierweefsel i.p.v. kraakbeenringen
Diffusie Verplaatsing van een stof van een hoge
concentratie naar een lage concentratie
Longvlies Bekleding van de longen. Het longvlies is door
een vloeistof gescheiden met het borstvlies
Borstvlies Vlies dat is vergroeid met de ribben, binnenste
tussenribspieren en het middenrif
Ribademhaling (borstademhaling) Bij de ademhaling bewegen de ribben en het
borstbeen omhoog en omlaag
Middenrifademhaling (buikademhaling) Bij de ademhaling beweegt het middenrif
omhoog en omlaag
Ademvolume De hoeveelheid lucht die bij een rustige
ademhaling wordt in- en uitgeademd
Dode ruimte Het deel van het ademhalingsstelsel dat niet
aan de gaswisseling deelneemt
Restvolume Hoeveelheid lucht die bij maximale uitademing
in je longen achter blijft
Vitale capaciteit De hoeveelheid lucht die maximaal per
ademhaling kan worden verplaatst
Longcapaciteit Vitale capaciteit + restvolume
Leverlobjes Groepje samenwerkende levercellen
Galgang Buis die gal afvoert van de galblaas naar de
twaalfvingerige darm
Ureum Organische stof, die het belangrijkste product
van de eiwitafbraak bij zoogdieren vormt
Longweefsel Is elastisch en verkeert in een uitgerekte
toestand
Nierschors Buitenste van de twee lagen in de nier. Hier
wordt de voorurine gevormd
Niermerg Binnenste van de twee lagen in de nier. Hier
wordt de echte urine gevormd
Nierbekken Deel van de nier waarin urine wordt verzameld
Urine Mengsel van afvalstoffen, lichaamsvreemde
stoffen, overtollig water en zouten,
uitgescheiden door de nieren
Niereenheid (nefron) Bestaat uit een nierkapsel, een
haarvatenkluwen in het kapsel en een
nierkanaaltje
Nierbuisje Deel van een niereenheid waarin urine wordt
gevormd; bestaat uit twee gekronkelde delen
en de lis van Henle
Verzamelbuisjes Kanaaltje in een nier waarin de urine uit de
nierkanaaltjes verzameld wordt en dat uitmondt
in het nierbekken
Nierkapsel (kapsel van Bowman) Deel van een nefron met openingen die
doorlaatbaar zijn voor kleine moleculen
trilhaarcellen bestaat, bijv. het neusslijmvlies
Stembanden Stevige vliezen die gaan trillen als er lucht langs
komt
Bronchiolen Fijne zijtakjes van de bronchiën bevatten
spierweefsel i.p.v. kraakbeenringen
Diffusie Verplaatsing van een stof van een hoge
concentratie naar een lage concentratie
Longvlies Bekleding van de longen. Het longvlies is door
een vloeistof gescheiden met het borstvlies
Borstvlies Vlies dat is vergroeid met de ribben, binnenste
tussenribspieren en het middenrif
Ribademhaling (borstademhaling) Bij de ademhaling bewegen de ribben en het
borstbeen omhoog en omlaag
Middenrifademhaling (buikademhaling) Bij de ademhaling beweegt het middenrif
omhoog en omlaag
Ademvolume De hoeveelheid lucht die bij een rustige
ademhaling wordt in- en uitgeademd
Dode ruimte Het deel van het ademhalingsstelsel dat niet
aan de gaswisseling deelneemt
Restvolume Hoeveelheid lucht die bij maximale uitademing
in je longen achter blijft
Vitale capaciteit De hoeveelheid lucht die maximaal per
ademhaling kan worden verplaatst
Longcapaciteit Vitale capaciteit + restvolume
Leverlobjes Groepje samenwerkende levercellen
Galgang Buis die gal afvoert van de galblaas naar de
twaalfvingerige darm
Ureum Organische stof, die het belangrijkste product
van de eiwitafbraak bij zoogdieren vormt
Longweefsel Is elastisch en verkeert in een uitgerekte
toestand
Nierschors Buitenste van de twee lagen in de nier. Hier
wordt de voorurine gevormd
Niermerg Binnenste van de twee lagen in de nier. Hier
wordt de echte urine gevormd
Nierbekken Deel van de nier waarin urine wordt verzameld
Urine Mengsel van afvalstoffen, lichaamsvreemde
stoffen, overtollig water en zouten,
uitgescheiden door de nieren
Niereenheid (nefron) Bestaat uit een nierkapsel, een
haarvatenkluwen in het kapsel en een
nierkanaaltje
Nierbuisje Deel van een niereenheid waarin urine wordt
gevormd; bestaat uit twee gekronkelde delen
en de lis van Henle
Verzamelbuisjes Kanaaltje in een nier waarin de urine uit de
nierkanaaltjes verzameld wordt en dat uitmondt
in het nierbekken
Nierkapsel (kapsel van Bowman) Deel van een nefron met openingen die
doorlaatbaar zijn voor kleine moleculen