Examentaak Kleuters doen groeien 2

Kleuters doen groeien 2 – opdracht differentiatie 22-23

Student: Lenneke Pieters


1 KLASSIKALE ACTIVITEIT

Benaming aanbod: Rolhoek

Ontwikkelingsdomein/ontwikkelveld: Beweging

Leeftijd kleuters: 2.5 jaar




Beginsituatie

Algemeen:
- De kleuters kunnen zich aan gemaakte afspraken houden tijdens het spelen van een spel.
- De kleuters vinden het fijn om spellen met elkaar te spelen.

Niveau 1: De kleuters kunnen al gericht naar een fles rollen met een bal.
Niveau 2: De kleuters kunnen gericht naar een fles rollen en deze ook omrollen met een bal.
Niveau 3: De kleuters kunnen gericht naar een fles rollen, deze omrollen en tussen 2 flessen
rollen met een bal.



Doelen (1 leerplandoel: indien Zill ook ontwikkelstap vermelden)

Leerplandoel: MZrt1 - Alleen of samen, een plaats innemen tegenover objecten,
ruimteaanduidingen of personen en daarbij rekening houden met de ruimtelijke begrenzingen.
o 2.5-4j Onderzoeken van de begrippen in, op, boven, onder, naast, voor, achter, eerste,
laatste, tussen, schuin, op elkaar, ver weg, dicht bij, binnen, buiten, omhoog en omlaag
door actief ervaringen op te doen.

Concreet doel niveau 1: De kleuters kunnen met een bal een fles omrollen (gele kegel).

Concreet doel niveau 2: De kleuters kunnen met een bal tussen flessen rollen (groene kegel).

Concreet doel niveau 3: De kleuters kunnen met een bal verschillende flessen aanrollen (oranje
kegel).




Opdracht/instructie

Algemene instructie: Ik leg uit wat een activiteit inhoudt, daarna demonstreer ik het met een
aantal kleuters voor de hele klas. Ik zeg: “Jullie zien nu 3 kegels staan. Een gele, groene en




1