College 6: Enable others to act (30/03/2023) (Online)
“Foster collaboration” & “strengthen others” (Kouzes & Posner, 2018)
Dit zijn twee gedragingen die belangrijk zijn als je effectief de leiderschapspraktijk enable
others to act in praktijk wil gaan omzetten. Dat doe je door foster collaboration =
samenwerking te gaan ontwikkelen en strengten others = anderen gaan versterken in het eigen
doen.
Complexiteit
We leven in een VUCA wereld, een heel
veranderende wereld. Niets is meer
eenvoudig en lineair, maar alles is heel
complex. De wereld is volatiel, veel
onzekerheid en veel ambiguïteit. Dat maakt
dat we niet eenvoudig kunnen zeggen ‘dit is
het probleem en dat is de oplossing, maar
het is meer complexer dan dat’.
Er wordt ook gesproken over de CAS:
het basisprincipe als we het hebben
over complexity theory, is dat de
relatie tussen de onderdelen van een
systeem bv een organisatie, dat die
belangrijker zijn dan de delen op zich.
De relatie tussen de onderdelen maken
dat je die complexiteit mee in rekening
kan brengen.
Organisatie als een complex adaptief systeem (CAS): “a collection of individual components
with freedom to act in ways that are not always totally predictable, and whose actions are
interconnected, so that the action of one part changes the context for other components”
Je zou een organisatie kunnen bekijken als een CAS: als je ergens aan sleutelt dan verandert
overal iets in de CAS. Men spreekt hier van organisaties, maar andere vb zijn: als je kijkt naar
zwermvogels en hoe die met elkaar bewegen en op elkaar afgestemd zijn om te bewegen.
Andere vb. file: dit is ook een CAS waar dat iets verandert grote gevolgen kan hebben voor
andere componenten in de file.
1
,Kenmerken van CAS:
Inter-actie
Co-evolutie
Zelforganisatie
Minimumspecificaties = krijtlijnen
‘edge of chaos’
Non-lineariteit
Aim of this lecture?
- Wat zijn de basisprincipes van leiderschapspraktijk rond enable others to
act
- Wat betekent dit in mijn huidige praktijk of toekomstgericht wat kan ik
hier in de toekomst mee?
I. INTRODUCTION
Gebaseerd op ‘De vijf praktijken van voorbeeldig leiderschap’ (boek met
oplage van > 2,5 m
Model met 5 ‘praktijken’, verder omschreven in 10 gedragingen
Aspect : challenge
Meetinstrument: Leadership Practices Inventory (LPI)
Vijf praktijken van sterk leiderschap
2
, II. ENABLE OTHERS TO ACT
In deze leiderschapsstijl gaat het over het gaan
faciliteren. De leider wordt gezien als iemand die
samenwerking gaat bevorderen en die voor
empowerment zorgt. Als we het hebben over
empowerment dan betekent dat dat de medewerkers
gaat versterken, hen helpen in hun determinatie en
competentie te gaan verhogen.
Belangrijkste aspecten van praktijk ‘enabling’
FOSTER COLLABORATION
o Teamontwikkeling
o Effectieve teams
o Teamleren/speaking up (en psychologische veiligheid)
o Vertrouwen/rechtvaardigheid
STRENGTHEN OTHERS
o Coachend leiderschap
o Empowerment: getuigenis Jasper Vanhoof
o Zelfdeterminatie
3
“Foster collaboration” & “strengthen others” (Kouzes & Posner, 2018)
Dit zijn twee gedragingen die belangrijk zijn als je effectief de leiderschapspraktijk enable
others to act in praktijk wil gaan omzetten. Dat doe je door foster collaboration =
samenwerking te gaan ontwikkelen en strengten others = anderen gaan versterken in het eigen
doen.
Complexiteit
We leven in een VUCA wereld, een heel
veranderende wereld. Niets is meer
eenvoudig en lineair, maar alles is heel
complex. De wereld is volatiel, veel
onzekerheid en veel ambiguïteit. Dat maakt
dat we niet eenvoudig kunnen zeggen ‘dit is
het probleem en dat is de oplossing, maar
het is meer complexer dan dat’.
Er wordt ook gesproken over de CAS:
het basisprincipe als we het hebben
over complexity theory, is dat de
relatie tussen de onderdelen van een
systeem bv een organisatie, dat die
belangrijker zijn dan de delen op zich.
De relatie tussen de onderdelen maken
dat je die complexiteit mee in rekening
kan brengen.
Organisatie als een complex adaptief systeem (CAS): “a collection of individual components
with freedom to act in ways that are not always totally predictable, and whose actions are
interconnected, so that the action of one part changes the context for other components”
Je zou een organisatie kunnen bekijken als een CAS: als je ergens aan sleutelt dan verandert
overal iets in de CAS. Men spreekt hier van organisaties, maar andere vb zijn: als je kijkt naar
zwermvogels en hoe die met elkaar bewegen en op elkaar afgestemd zijn om te bewegen.
Andere vb. file: dit is ook een CAS waar dat iets verandert grote gevolgen kan hebben voor
andere componenten in de file.
1
,Kenmerken van CAS:
Inter-actie
Co-evolutie
Zelforganisatie
Minimumspecificaties = krijtlijnen
‘edge of chaos’
Non-lineariteit
Aim of this lecture?
- Wat zijn de basisprincipes van leiderschapspraktijk rond enable others to
act
- Wat betekent dit in mijn huidige praktijk of toekomstgericht wat kan ik
hier in de toekomst mee?
I. INTRODUCTION
Gebaseerd op ‘De vijf praktijken van voorbeeldig leiderschap’ (boek met
oplage van > 2,5 m
Model met 5 ‘praktijken’, verder omschreven in 10 gedragingen
Aspect : challenge
Meetinstrument: Leadership Practices Inventory (LPI)
Vijf praktijken van sterk leiderschap
2
, II. ENABLE OTHERS TO ACT
In deze leiderschapsstijl gaat het over het gaan
faciliteren. De leider wordt gezien als iemand die
samenwerking gaat bevorderen en die voor
empowerment zorgt. Als we het hebben over
empowerment dan betekent dat dat de medewerkers
gaat versterken, hen helpen in hun determinatie en
competentie te gaan verhogen.
Belangrijkste aspecten van praktijk ‘enabling’
FOSTER COLLABORATION
o Teamontwikkeling
o Effectieve teams
o Teamleren/speaking up (en psychologische veiligheid)
o Vertrouwen/rechtvaardigheid
STRENGTHEN OTHERS
o Coachend leiderschap
o Empowerment: getuigenis Jasper Vanhoof
o Zelfdeterminatie
3