Week 1: Informatieve teksten
Genreconventies:
- Communicatief doel
- Context
- Inhoud
- Structuur
- Linguïstische kenmerken
- (Grafische vormgeving)
Tekstdoelen:
- Cognitieve verandering (verandering mentale toestand van de lezer).
- Gedragsverandering
- Verandering van de sociale realiteit
Als genreverwachtingen worden vervuld wordt informatie sneller verwerkt.
Effecten genreschending:
→ Positief:
- Aandacht trekken
- Imago van originaliteit/creativiteit
- Veel voorkomend in persuasieve genres
→ Negatief:
- Begripsproblemen
- Oordelen over ongepastheid
- Zelden voorkomend in conventionele genres
How does the mind construct and represent stories? - Graesser 2002
Drie niveaus van mentale representatie:
- Oppervlakte representatie (surface code) = representatie van de talige informatie in de tekst
(letterlijke verwoording)
- Blijft kort in het geheugen
- Tekstbasis (tekstbase) = representatie van de betekenis van de informatie in de tekst
- Letterlijke bewoording wordt niet opgeslagen
- Vormt samen met het situatiemodel de betekenisrepresentatie van de tekst
- Situatiemodel = mentale representatie van de beschreven situatie
- Gevoed door tekst en achtergrondkennis
- Representatie bevat meer kennis dan letterlijk in de tekst staat (inferenties)
Inferenties = dingen die kunnen worden afgeleid uit de tekst
Tekstkwaliteit = mate waarin de lezer een situatiemodel kan construeren is een indicatie van
tekstbegrip. Bij een goede tekst kan de lezer relatief eenvoudig een coherente representatie van de
informatie construeren.
, Structuursignalen in informerende teksten - Sanders 2001
Onderzoek naar de rol van expliciteringen van de tekststructuur in informerende teksten.
Conclusie: de schrijvers kunnen het verwerken van de informatie uit een tekst makkelijker maken
voor de lezer door het correcte gebruik van structuursignalen. Het kost lezers dan minder cognitieve
energie om verbanden te leggen binnen de tekst (verwerking) zonder dat het ten koste gaat van het
tekstbegrip (representatie).
Coherentie = samenhang in de mentale representatie van de tekst
Cohesie = talige samenhang van de tekst (de taal)
Week 2: Informatieve teksten
Drie niveaus van tekstverwerking:
1. Formulering (surface code)
2. Tekstbasis (textbase/betekenisrepresentatie)
3. Situatiemodel (integratie textuele informatie + achtergrondinformatie)
Comparison narrative news and inverted pyramid - Emde, Klimmt & Schluetz 2016
Traditioneel nieuwsbericht heeft een omgekeerde piramidestructuur = de informatie is gerangschikt
op nieuwswaarde en belangrijkheid, belangrijkste informatie eerst.
→ Narratieve structuur als alternatief voor traditionele omgekeerde piramide
RQ: Hoe zorg je ervoor dat jongeren nieuws meer waarderen, beter verwerken en onthouden?
H1: Jongeren begrijpen narratief nieuws beter dan traditioneel nieuws.
H2: Narratief nieuws zorgt voor meer affectieve en cognitieve betrokkenheid.
Resultaten:
- Jongeren met weinig achtergrondkennis begrijpen narratief nieuws over moeilijke
onderwerpen beter dan een traditioneel bericht over hetzelfde onderwerp.
- Narrativiteit zorgt voor meer affectieve en cognitieve betrokkenheid (maar dit geldt niet voor
ieder nieuwsitem).
Discussie:
- Structuur van een nieuwsbericht beïnvloedt verwerking
- Klein positief effect van narrativiteit op tekstbegrip, maar mogelijke schending van
genreconventies (neutraliteit en objectiviteit)
Genreconventies:
- Communicatief doel
- Context
- Inhoud
- Structuur
- Linguïstische kenmerken
- (Grafische vormgeving)
Tekstdoelen:
- Cognitieve verandering (verandering mentale toestand van de lezer).
- Gedragsverandering
- Verandering van de sociale realiteit
Als genreverwachtingen worden vervuld wordt informatie sneller verwerkt.
Effecten genreschending:
→ Positief:
- Aandacht trekken
- Imago van originaliteit/creativiteit
- Veel voorkomend in persuasieve genres
→ Negatief:
- Begripsproblemen
- Oordelen over ongepastheid
- Zelden voorkomend in conventionele genres
How does the mind construct and represent stories? - Graesser 2002
Drie niveaus van mentale representatie:
- Oppervlakte representatie (surface code) = representatie van de talige informatie in de tekst
(letterlijke verwoording)
- Blijft kort in het geheugen
- Tekstbasis (tekstbase) = representatie van de betekenis van de informatie in de tekst
- Letterlijke bewoording wordt niet opgeslagen
- Vormt samen met het situatiemodel de betekenisrepresentatie van de tekst
- Situatiemodel = mentale representatie van de beschreven situatie
- Gevoed door tekst en achtergrondkennis
- Representatie bevat meer kennis dan letterlijk in de tekst staat (inferenties)
Inferenties = dingen die kunnen worden afgeleid uit de tekst
Tekstkwaliteit = mate waarin de lezer een situatiemodel kan construeren is een indicatie van
tekstbegrip. Bij een goede tekst kan de lezer relatief eenvoudig een coherente representatie van de
informatie construeren.
, Structuursignalen in informerende teksten - Sanders 2001
Onderzoek naar de rol van expliciteringen van de tekststructuur in informerende teksten.
Conclusie: de schrijvers kunnen het verwerken van de informatie uit een tekst makkelijker maken
voor de lezer door het correcte gebruik van structuursignalen. Het kost lezers dan minder cognitieve
energie om verbanden te leggen binnen de tekst (verwerking) zonder dat het ten koste gaat van het
tekstbegrip (representatie).
Coherentie = samenhang in de mentale representatie van de tekst
Cohesie = talige samenhang van de tekst (de taal)
Week 2: Informatieve teksten
Drie niveaus van tekstverwerking:
1. Formulering (surface code)
2. Tekstbasis (textbase/betekenisrepresentatie)
3. Situatiemodel (integratie textuele informatie + achtergrondinformatie)
Comparison narrative news and inverted pyramid - Emde, Klimmt & Schluetz 2016
Traditioneel nieuwsbericht heeft een omgekeerde piramidestructuur = de informatie is gerangschikt
op nieuwswaarde en belangrijkheid, belangrijkste informatie eerst.
→ Narratieve structuur als alternatief voor traditionele omgekeerde piramide
RQ: Hoe zorg je ervoor dat jongeren nieuws meer waarderen, beter verwerken en onthouden?
H1: Jongeren begrijpen narratief nieuws beter dan traditioneel nieuws.
H2: Narratief nieuws zorgt voor meer affectieve en cognitieve betrokkenheid.
Resultaten:
- Jongeren met weinig achtergrondkennis begrijpen narratief nieuws over moeilijke
onderwerpen beter dan een traditioneel bericht over hetzelfde onderwerp.
- Narrativiteit zorgt voor meer affectieve en cognitieve betrokkenheid (maar dit geldt niet voor
ieder nieuwsitem).
Discussie:
- Structuur van een nieuwsbericht beïnvloedt verwerking
- Klein positief effect van narrativiteit op tekstbegrip, maar mogelijke schending van
genreconventies (neutraliteit en objectiviteit)