Bewegen en presteren
Les 1
Voeding
Voeding is een bron van energie → de capaciteit om arbeid te verrichten
Voedingsstoffen:
- Koolhydraten
- Vetten
- Eiwitten
- Vitaminen
- Mineralen
- Water
Bevatten energie
Koolhydraten
- Koolhydraten bestaan uit Koolstof (C) , Waterstof (H) , en zuurstof (O).
- Je hebt enkelvoudige en meervoudige koolhydraten, je hebt in voeiding enkelvoudige
(o.a zoet, suiker, snoepgoed, fruit )en meervoudige koolhydraten (o.a aardappelen,
brood, pasta)
, - Glucose→ enkelvoudige koolhydraten in het bloed
- Glycogeen→ meervoudige koolhydraat in spier of lever
Vet
Vet is een Tri-glyceride. Energierijke tri-glycerides moeten afgebroken worden voordat er
energie vrijgemaakt kan worden.
- Vet is moeilijker af te breken als koolhydraten, er is wordt bij vet afbreken meer
zuurstof gebruikt
- FFA betekent in het nederlands vrije vetzuren, ook een keten van C ( koolstof ) , H (
water ) en O ( zuurstof )
- Dus bij zuurstof gebrek = zware inspanning: meer KH- verbranding dan
vetverbranding
Eiwitten
- Meerdere aminozuren bij elkaar maakt een eiwit
- Eiwitten zijn hoofdzakelijk bouwstoffen
- 21 verschillende aminozuren → basis voor honderden verschillende eiwitten
- Indien nodig kunnen aminozuren als brandstof gebruikt worden → dan eerst omzetting
- Omzetting van eiwit naar glucose voor brandstof = gluconeogenese
- Aanvulling van vetvoorraad uit FFA of glucose.
- Als een eiwit wordt omgezet in vet heet het lipogenese. (Dit gebeurt als je te weinig
vet hebt )
Energie
- Koolhydraten, vetten en eiwitten bevatten energie
- Gemeten in kilo-joules ( KJ) of in kilo-calorieën ( kcal ) , 1 kcal is gelijk aan 4.2 KJ
- Standaard heeft ( een gezond persoon ) 500-800 gram koolhydraten voorraad in het
lichaam ( ongetr. Getr.)
1 gram koolhydraat bevat 4,1 kcal energie
1 gram vet ( vrije vetzuren ) bevat 9,4 kcal energie
ATP is de energiebron voor alle lichaamsfuncties
- ATP staat voor adenosine tri fosfaat
- ATP wordt continue gerecycled
- Bij afbraak van ATP komt energie vrij
,ATP – resynthese
- De voorraad ATP is heel beperkt, daarom wordt ATP continue en snel gerycycled,
daarvoor is energie nodig
- Het vrijmaken van energie voor de opbouw van ATP kan vanuit 3 energiesystemen en
verloopt door afbraak van brandstoffen met behulp van enzymen
Enzymen
- Te herkennen aan de toevoeging -ase ( bijv ATP-ase)
- Hulp voor afbraak ( = katabolisme) van een stof
Bij katabolisme van een stof komt energie vrij
Energiesystemen
- Resynthese van ATP door de afbraak van brandstoffen in 3 energiesystemen
, - fosfaat-systeem
- Melkzuur-systeem
- Zuurstof-systeem
- De intensiteit bepaalt welk systeem wordt gebruikt
- De 3 energiesystemen gebruiken de
volgende brandstoffen:
1. Fosfaatsysteem: creatine fosfaat ( bij
super hoge intensiteit )
2. Melkzuursysteem: glycogeen ( bij hoge
intensiteit )
3. Zuurstofsysteem: glycogeen en FFA (
bij lage(re) intensiteit )
Les 2
Aeroob is eigenlijk onze primaire
energiebron, aeroob is met zuurstof
Waar nodig is springen de anaerobe (
zonder zuurstof ) bij:
- Als het aeroob systeem nog
onvoldoende op gang is gekomen
- Als het aeroob systeem onvoldoende energie kan leveren
Les 1
Voeding
Voeding is een bron van energie → de capaciteit om arbeid te verrichten
Voedingsstoffen:
- Koolhydraten
- Vetten
- Eiwitten
- Vitaminen
- Mineralen
- Water
Bevatten energie
Koolhydraten
- Koolhydraten bestaan uit Koolstof (C) , Waterstof (H) , en zuurstof (O).
- Je hebt enkelvoudige en meervoudige koolhydraten, je hebt in voeiding enkelvoudige
(o.a zoet, suiker, snoepgoed, fruit )en meervoudige koolhydraten (o.a aardappelen,
brood, pasta)
, - Glucose→ enkelvoudige koolhydraten in het bloed
- Glycogeen→ meervoudige koolhydraat in spier of lever
Vet
Vet is een Tri-glyceride. Energierijke tri-glycerides moeten afgebroken worden voordat er
energie vrijgemaakt kan worden.
- Vet is moeilijker af te breken als koolhydraten, er is wordt bij vet afbreken meer
zuurstof gebruikt
- FFA betekent in het nederlands vrije vetzuren, ook een keten van C ( koolstof ) , H (
water ) en O ( zuurstof )
- Dus bij zuurstof gebrek = zware inspanning: meer KH- verbranding dan
vetverbranding
Eiwitten
- Meerdere aminozuren bij elkaar maakt een eiwit
- Eiwitten zijn hoofdzakelijk bouwstoffen
- 21 verschillende aminozuren → basis voor honderden verschillende eiwitten
- Indien nodig kunnen aminozuren als brandstof gebruikt worden → dan eerst omzetting
- Omzetting van eiwit naar glucose voor brandstof = gluconeogenese
- Aanvulling van vetvoorraad uit FFA of glucose.
- Als een eiwit wordt omgezet in vet heet het lipogenese. (Dit gebeurt als je te weinig
vet hebt )
Energie
- Koolhydraten, vetten en eiwitten bevatten energie
- Gemeten in kilo-joules ( KJ) of in kilo-calorieën ( kcal ) , 1 kcal is gelijk aan 4.2 KJ
- Standaard heeft ( een gezond persoon ) 500-800 gram koolhydraten voorraad in het
lichaam ( ongetr. Getr.)
1 gram koolhydraat bevat 4,1 kcal energie
1 gram vet ( vrije vetzuren ) bevat 9,4 kcal energie
ATP is de energiebron voor alle lichaamsfuncties
- ATP staat voor adenosine tri fosfaat
- ATP wordt continue gerecycled
- Bij afbraak van ATP komt energie vrij
,ATP – resynthese
- De voorraad ATP is heel beperkt, daarom wordt ATP continue en snel gerycycled,
daarvoor is energie nodig
- Het vrijmaken van energie voor de opbouw van ATP kan vanuit 3 energiesystemen en
verloopt door afbraak van brandstoffen met behulp van enzymen
Enzymen
- Te herkennen aan de toevoeging -ase ( bijv ATP-ase)
- Hulp voor afbraak ( = katabolisme) van een stof
Bij katabolisme van een stof komt energie vrij
Energiesystemen
- Resynthese van ATP door de afbraak van brandstoffen in 3 energiesystemen
, - fosfaat-systeem
- Melkzuur-systeem
- Zuurstof-systeem
- De intensiteit bepaalt welk systeem wordt gebruikt
- De 3 energiesystemen gebruiken de
volgende brandstoffen:
1. Fosfaatsysteem: creatine fosfaat ( bij
super hoge intensiteit )
2. Melkzuursysteem: glycogeen ( bij hoge
intensiteit )
3. Zuurstofsysteem: glycogeen en FFA (
bij lage(re) intensiteit )
Les 2
Aeroob is eigenlijk onze primaire
energiebron, aeroob is met zuurstof
Waar nodig is springen de anaerobe (
zonder zuurstof ) bij:
- Als het aeroob systeem nog
onvoldoende op gang is gekomen
- Als het aeroob systeem onvoldoende energie kan leveren