Bank en beurs
2022-2023
,Deel I Wetgevend en institutioneel kader
Hoofdstuk 1 – Geschiedenis
LEES IN HET BOEK PAGINA 21-23. NIET TE KENNEN
Hoofdstuk 2 – De bank binnen het financiële landschap
1 – De rol van de banken in de economie
1.1 Basisactiviteiten
Onder kredietinstelling verstaan we een Belgische of buitenlandse onderneming, waarvan de
werkzaamheden bestaan in het van het publiek in ontvangst nemen van gelddeposito’s
(zichtrekeningen, spaarrekeningen …) of van andere terugbetaalbare gelden (kasbons …) en het
verlenen van kredieten voor eigen rekening.
Traditioneel vervult het bankwezen in een economie drie kernfuncties:
Intermediatiefunctie
Er zijn verschillende manieren van financiering waarbij de banken niet altijd een rol spelen:
Directe financiering via informele financiële markten
Voorbeelden: - geld vragen aan vrienden en familie om je huis te kunnen kopen
- crowdfunding
Bij deze manier van financiering zijn veel vraagtekens te vinden zoals wat is de looptijd? Wat
zijn de grootte van de bedragen? Wat is het risico? Zijn er transactie- en informatiekosten?
De bank speelt hier dus geen rol in, waardoor er ook minder toezicht is.
Semi-directe financiering via de financiële markten
We kunnen spreken van semi-directe financiering wanneer we te maken hebben met een markt
of een georganiseerd platform.
Kenmerken zijn dan:
- Tussenpersonen (makelaars, dealers,…)
- Voordelen: Informatievoordeel, eerlijk prijsverloop, risicospreiding mogelijk, Liquiditeit,…
- Nadelen: te veel info? Kosten…
Indirecte financiering: intermediatie
Kenmerken:
, - Geen contact meer tussen sectoren
- Voordelen: KI hebben, reguleringsvoordeel, schaalvoordeel, informatievoordeel
- Nadelen: worden overgenomen door de financiële tussenpersonen
Bij deze vorm van financiering heeft de bank dus enkele voordelen als Intermediatiefunctie:
- Schaalvoordelen
- Informatievoordelen
- Reguleringsvoordeel
- Diversificatievoordeel
Daarnaast vervult de bank ook de rol als geldschepper.
Doordat zij uit ervaring weten dat niet alle klanten hun geld tegelijkertijd komen opvragen, kunnen
zij een groot deel van de deposito’s die zij van de klanten ontvangen weer verder uitlenen. Op deze
manier komt er meer geld in omloop.
Transformatiefunctie
De bank helpt haar cliënten bij het overbruggen van tijd en ruimte en neemt daarbij een aantal
risico’s van de cliënten over.
1. Looptijdtransformatie / termijnomzetting
Financiële sector absorbeert risico’s en verschuift een teveel aan liquiditeit (spaargeld) naar de
actoren die hier een tekort aan hebben (deficitsectoren)
Deposito’s (eerder KT) Bank Kredieten (eerder LT)
renterisico is een gevolg: kunnen rentevoet niet telkens aanpassen wanneer de rentevoet op
de markt wijzigt.
2. Schaaltransformatie / omvangomzetting
Deposito’s (kleine bedragen) Bank Kredieten (grote bedragen)
schaalvoordeel: vele kleine bedragen bundelen om grote bedragen uit te lenen
3. Valutatransformatie / plaatsomzetting
Deposito’s (binnenland) Bank Kredieten (buitenland)
4. Risico omzetting
Deposito’s (geen risico) Bank Kredieten (risico inschatten)
Activeren van het betaalverkeer
De bank voorziet efficiënte betaalsystemen die een bijdrage leveren aan de economische groei van
een land.
Binnenlands gebeuren verrichtingen voornamelijk via girale en elektronische kanalen.
Bv. SEPA, online banking, interbancair, PSD2,…
Voor verrichtingen in buitenlandse munten lopen de banken een wisselrisico.
, 1.2 Marktverruimende activiteiten
Onder druk van de wereldwijde concurrentie (met als gevolg dalende inkomsten) zijn banken op zoek
gegaan naar extra inkomsten. Branchevervaging
Voorbeelden van andere activiteiten:
Beleggingsadvies
Vermogensadvies
Verzekeringen aanbieden
Fiscaal advies
Cash management
Bij vorige voorbeelden verdienen de banken hun geld door commissies
2 - Oprichtingsvoorwaarden voor een kredietinstelling
NIET TE KENNEN
3 - Belangrijkste evoluties in de Belgische bankreglementering
LEES IN BOEK P.30 – 32 NIET TE KENNEN
4 – Belangrijkste evoluties in de Europese bankreglementering
4.1 Inleiding
Doordat de meeste banken hun werkzaamheden niet enkel tot de eigen lands markt beperkten,
moesten de interne wetgevingen zich op elkaar afstemmen:
De eerste bankrichtlijn (1977) realiseert de harmonisering van de minimale toetredings-
voorwaarden. Overal in de Europese Unie gelden dezelfde toetredingsvoorwaarden.
De tweede bankrichtlijn (1989) omvat 2 delen:
1) Harmonisatiebepalingen van nationale wetgeving
2) Bepalingen inzake de vrije vestiging en vrije dienstverlening
De tweede bankrichtlijn geeft uiting aan de gemeenschappelijke basisbeginselen in de fin. Sector:
Enige vergunning (waarbij een KI met één licentie binnen heel de EU kan werken)
Home country control (controle gebeurt door controleautoriteit van land van oorsprong)
Minimale harmonisatie
Sinds de derde bankrichtlijn (1993) zijn de mogelijkheden heel wat verruimd.
De derde bankrichtlijn, ook bekend als CRD III, was een Europese regelgeving die in 2006 werd
aangenomen. Het stelde strengere kapitaalvereisten voor banken, bevorderde risicobeheer, versterkte
toezicht en reguleerde beloningsbeleid om de financiële stabiliteit te vergroten.
5 – De interbankenmarkt
De interbankenmarkt is een markt waar banken aan elkaar geld kunnen lenen op korte termijn (voor
één dag, één maand…), tegen betaling van een rentevoet.
De basisrentevoet op de interbankenmarkt is de Euribor (Euro Interbank Offered Rate). Deze rentevoet
wordt ook gebruikt voor andere marktprijzen en is het gemiddelde van de rentevoeten van een aantal
banken in het Eurogebied.
In moeilijkere tijden gaan ze wel niet snel bij elkaar lenen, maar eerder bij de ECB.
2022-2023
,Deel I Wetgevend en institutioneel kader
Hoofdstuk 1 – Geschiedenis
LEES IN HET BOEK PAGINA 21-23. NIET TE KENNEN
Hoofdstuk 2 – De bank binnen het financiële landschap
1 – De rol van de banken in de economie
1.1 Basisactiviteiten
Onder kredietinstelling verstaan we een Belgische of buitenlandse onderneming, waarvan de
werkzaamheden bestaan in het van het publiek in ontvangst nemen van gelddeposito’s
(zichtrekeningen, spaarrekeningen …) of van andere terugbetaalbare gelden (kasbons …) en het
verlenen van kredieten voor eigen rekening.
Traditioneel vervult het bankwezen in een economie drie kernfuncties:
Intermediatiefunctie
Er zijn verschillende manieren van financiering waarbij de banken niet altijd een rol spelen:
Directe financiering via informele financiële markten
Voorbeelden: - geld vragen aan vrienden en familie om je huis te kunnen kopen
- crowdfunding
Bij deze manier van financiering zijn veel vraagtekens te vinden zoals wat is de looptijd? Wat
zijn de grootte van de bedragen? Wat is het risico? Zijn er transactie- en informatiekosten?
De bank speelt hier dus geen rol in, waardoor er ook minder toezicht is.
Semi-directe financiering via de financiële markten
We kunnen spreken van semi-directe financiering wanneer we te maken hebben met een markt
of een georganiseerd platform.
Kenmerken zijn dan:
- Tussenpersonen (makelaars, dealers,…)
- Voordelen: Informatievoordeel, eerlijk prijsverloop, risicospreiding mogelijk, Liquiditeit,…
- Nadelen: te veel info? Kosten…
Indirecte financiering: intermediatie
Kenmerken:
, - Geen contact meer tussen sectoren
- Voordelen: KI hebben, reguleringsvoordeel, schaalvoordeel, informatievoordeel
- Nadelen: worden overgenomen door de financiële tussenpersonen
Bij deze vorm van financiering heeft de bank dus enkele voordelen als Intermediatiefunctie:
- Schaalvoordelen
- Informatievoordelen
- Reguleringsvoordeel
- Diversificatievoordeel
Daarnaast vervult de bank ook de rol als geldschepper.
Doordat zij uit ervaring weten dat niet alle klanten hun geld tegelijkertijd komen opvragen, kunnen
zij een groot deel van de deposito’s die zij van de klanten ontvangen weer verder uitlenen. Op deze
manier komt er meer geld in omloop.
Transformatiefunctie
De bank helpt haar cliënten bij het overbruggen van tijd en ruimte en neemt daarbij een aantal
risico’s van de cliënten over.
1. Looptijdtransformatie / termijnomzetting
Financiële sector absorbeert risico’s en verschuift een teveel aan liquiditeit (spaargeld) naar de
actoren die hier een tekort aan hebben (deficitsectoren)
Deposito’s (eerder KT) Bank Kredieten (eerder LT)
renterisico is een gevolg: kunnen rentevoet niet telkens aanpassen wanneer de rentevoet op
de markt wijzigt.
2. Schaaltransformatie / omvangomzetting
Deposito’s (kleine bedragen) Bank Kredieten (grote bedragen)
schaalvoordeel: vele kleine bedragen bundelen om grote bedragen uit te lenen
3. Valutatransformatie / plaatsomzetting
Deposito’s (binnenland) Bank Kredieten (buitenland)
4. Risico omzetting
Deposito’s (geen risico) Bank Kredieten (risico inschatten)
Activeren van het betaalverkeer
De bank voorziet efficiënte betaalsystemen die een bijdrage leveren aan de economische groei van
een land.
Binnenlands gebeuren verrichtingen voornamelijk via girale en elektronische kanalen.
Bv. SEPA, online banking, interbancair, PSD2,…
Voor verrichtingen in buitenlandse munten lopen de banken een wisselrisico.
, 1.2 Marktverruimende activiteiten
Onder druk van de wereldwijde concurrentie (met als gevolg dalende inkomsten) zijn banken op zoek
gegaan naar extra inkomsten. Branchevervaging
Voorbeelden van andere activiteiten:
Beleggingsadvies
Vermogensadvies
Verzekeringen aanbieden
Fiscaal advies
Cash management
Bij vorige voorbeelden verdienen de banken hun geld door commissies
2 - Oprichtingsvoorwaarden voor een kredietinstelling
NIET TE KENNEN
3 - Belangrijkste evoluties in de Belgische bankreglementering
LEES IN BOEK P.30 – 32 NIET TE KENNEN
4 – Belangrijkste evoluties in de Europese bankreglementering
4.1 Inleiding
Doordat de meeste banken hun werkzaamheden niet enkel tot de eigen lands markt beperkten,
moesten de interne wetgevingen zich op elkaar afstemmen:
De eerste bankrichtlijn (1977) realiseert de harmonisering van de minimale toetredings-
voorwaarden. Overal in de Europese Unie gelden dezelfde toetredingsvoorwaarden.
De tweede bankrichtlijn (1989) omvat 2 delen:
1) Harmonisatiebepalingen van nationale wetgeving
2) Bepalingen inzake de vrije vestiging en vrije dienstverlening
De tweede bankrichtlijn geeft uiting aan de gemeenschappelijke basisbeginselen in de fin. Sector:
Enige vergunning (waarbij een KI met één licentie binnen heel de EU kan werken)
Home country control (controle gebeurt door controleautoriteit van land van oorsprong)
Minimale harmonisatie
Sinds de derde bankrichtlijn (1993) zijn de mogelijkheden heel wat verruimd.
De derde bankrichtlijn, ook bekend als CRD III, was een Europese regelgeving die in 2006 werd
aangenomen. Het stelde strengere kapitaalvereisten voor banken, bevorderde risicobeheer, versterkte
toezicht en reguleerde beloningsbeleid om de financiële stabiliteit te vergroten.
5 – De interbankenmarkt
De interbankenmarkt is een markt waar banken aan elkaar geld kunnen lenen op korte termijn (voor
één dag, één maand…), tegen betaling van een rentevoet.
De basisrentevoet op de interbankenmarkt is de Euribor (Euro Interbank Offered Rate). Deze rentevoet
wordt ook gebruikt voor andere marktprijzen en is het gemiddelde van de rentevoeten van een aantal
banken in het Eurogebied.
In moeilijkere tijden gaan ze wel niet snel bij elkaar lenen, maar eerder bij de ECB.