Deel 1: voedergewassen
Waarom voedergewassen?
- Voeder grote huisdieren
- Veevoeding
- Voeding paard: niet geselecteerd op de voederconversie = hoeveelheid kg er nodig is om in
feces om te zetten
- Paarden moeten we individueel voederen
Maar praktisch?
- Wat
- Hoe
- Hoeveel
Er zijn ook diersoortverschillen
Rund is een herkauwer en is een forgut fermenteerder (fermentatie in pens)
Paard hindgut fermenteerder (fermentatie in de dikke darm)
1. hoofdeigenschappen plantaardige voedermiddelen
1.1 plantaardig vs. dierlijke cel
Verschillen:
een dierlijke cel heeft nooit een celwand
Celwand bestaat structurele koolhydraten zoals cellulose, hemicellulose, pectine
Alle plantaardige voeding bevat bepaald % ruwe celstof
➢ Met uitzondering melasse (!!!) is een kleefstof en die zorgt ervoor dat de paarden
graag krachtvoer eten
Dierlijke producten zijn ruwvezelvrij
➢ Soms wordt biergist toegevoegd
- Een bepaald voedermiddel bevat altijd een percentage water en percentage droge stof
Droge stof bestaat vooral uit organische stof en beperkte hoeveelheid as
➢ Dit bepaald de voederwaarde van het voedermiddel
➢ Meeste interessante want bevat: eiwit, suikers, vet, zetmeel en RC
- Celwand (ruwe celstof) kan het dier wel enzymatisch verteren
Paard kan dit maar voor 50% verteren en celinhoud wel helemaal
,Schema tussenzetten
Bv. Gras heeft 80-85% vocht
We behouden bij het drogen in de oven 20% droge stof
Meer droge stof, meer voederwaarde
1.2 ruwvoeders vs. krachtvoeder
Is luzerne nu een krachtvoer of een ruwvoer?
Beide
Ruwvoeder (RV)
- Laag energetisch
- Bevatten veel vocht
- Laag droge stof gehalte
- = RC rijk (>15% ds)
- + weinig vermalen/ verkleind
• Bv. Luzernekorrels is niet hetzelfde ruwvoer
• Luzernehooi = ruwvoeder (strikt)
➔ Krachtvoeder geeft veel energie
➢ Hoog droge stof gehalte en weinig RC
➢ Typisch verkleind of vermalen
1.3 economische belang
- Voedergewassen = basisvoeding paarden en herkauwers
- Belangrijke factor besdrijfsrendabiliteit
Belangrijk kostenplaatje
Belang gezondheid en prestatie
,Vb.
- ideaal moment is in juli om hooi te kopen voor heel jaar => laagste prijs
- maart-april: prijs gaat stijgen
- 2013: 120 euro/ton
- Vandaag: 170 euro/ ton
- Verschil: 50 euro per ton => hoe zwaar weegt dit door
Stel een paard weegt 600 kg en neemt 2% van LG op in droge stof
Voeder: goedkoop = vaak slechte koop
2. ruwvoeders
- Vers verstrekt = groenvoeders
- Geconserveerd ruwvoeders = gedroogd/ ingekuild voeders
- Bedrijfsruwvoeders => productie op bedrijf zelf
Vb. gras, mais, haver
- Industriële ruwvoeders => productie door industrie
Vb. bier => draf, suikerbieten => pulp
2.1 groenvoeders (vers)/ verse ruwvoeders
= typische bedrijfsruwvoeders
2.1.1 algemeen
- Gramineeën
Grassen
Snijgranen
- Leguminosen
Klavers
, - Cruciferen (=kruisbloemigen)
Koolsoorten
Groenvoeder:
1) RC, eiwit en vetgehalte
- Watterrijk
- Ds: eiwitrijk
➔ Groen en vers vervoederd = eiwitrijk!
- Variabiliteit in Samenstelling
Afh van seizoen en weeromstandigheden
Eiwit, RC, Energie
➢ Ouder gewas bevat meer RC en zijn minder goed verteerbaar
➢ Oudere gewassen bevatten minder eiwit en zijn dus minder bruikbaar voor de
dieren
RC ongeveer gelijk aan 1/RE (RC is omgekeerd evenredig met RE)
➢ Blad bevat meer eiwit
➢ Stengel bevat meer RC
Netto-energie (= energie welke het dier na metaboliseren van voeder werkelijk ter
beschikking krijgt voor onderhoud en productie) in groenvoeders
➢ Niet herkauwers: laag
- door hoge RC
- door laag zetmeel
➢ Herkauwers
- ze kunnen de celwanden van RV beter verteren
- lignificatiegraad (=ouderdom): energie daalt
- maar ds opbrengst/ha stijgt met ouderdom
=> max VEM-opbrengst/ha is afh van verschil in oogstopbrengst