Samenvatting Prototyping 4

PROTOTYPING 4
1 Hoofdstuk 1: Arbeidsstudie
Arbeidsstudie = het systematisch zoeken naar betere middelen,
werkmethoden, procedures, technieken, om het werk in het bedrijf vlotter en
efficiënter te laten verlopen
 Men kan daardoor de productiviteit verhogen en de
arbeidsomstandigheden verbeteren

Arbeidsstudie omvat 2 delen:
- Methodestudie
- Tijdstudie

1.1 Methodestudie
= Via aangepaste onderzoekstechnieken worden de elementen onderzocht, die
rechtstreeks het productieproces beïnvloeden, zoals:
- de schikkingvan de machines
- de inrichting van de werkpost
- de aanvoer van de gesneden onderdelen

Er wordt aandacht besteed aan alle factoren die het productieproces
onrechtstreeks beïnvloeden:
- Verlichting
- Verluchting

Methodestudie = doorgaans in 3 fasen:
1. Processtudie: de globale studie van het productieproces
2. Bewerkingsstudie: de bewerkingen analyseren waaruit het
productieproces bestaat
3. Bewegingsstudie: de bewegingen analyseren die met het uitvoeren van
een bewerking gepaard gaan.

1.1.1 Processtudie
= het bestuderen van het samenhangend geheel van bewerkingen en de nodige
materialen die noodzakelijk zijn voor het vervaardigen van een product of een
onderdeel ervan.
 De processtudie omvat een voorbereidende fase: de productanalyse

De productanalyse = bestudeerd de samenstelling van een product (3
fasen):
1. Het afleiden van de elementen waaruit het product is samengesteld
2. Het bepalen van de grondstoffen en toebehoren
3. Het vastleggen van de afwerkingen

 Het doel =
o inzicht krijgen in de opbouw van een product en in staat zijn een
analoog product te maken
o overzicht krijgen van de aard van de gebruikte materialen
o inzicht krijgen in de mogelijke vereenvoudiging van het product door
bv: overbodige materialen te elimineren, moeilijk te verwerken



1

, materialen te vervangen, ingewikkelde bewerkingen te
vereenvoudigen
 Methode =
o een prototype van het afgewerkt product
o foto's
o tekeningen
Men kan hierbij het product effectief demonteren:
1. men demonteert het product tot de hoofdelementen (= elementen 1°
rang) waaruit het is samengesteld
2. elk hoofdelement, waar mogelijk, demonteren tot deelementen waaruit het
is samengesteld (elementen 2° rang)
3. verder demonteren tot de gesneden delen of elementen die nog geen
bewerkingen ondergaan hebben (= elementen 3° rang)
4. Als laatste houdt men de toebehoren of fournituren over bv. rits,
knoop, ....

Tijdens het demonteren registreert men de specificaties over de grondstoffen en
toebehoren, en de soorten afwerkingen.

Uitvoeren van een productanalyse
In de eerste fase van de analyse worden de elementen waaruit een product is
samengesteld afgeleid en genoteerd.
 Kan grafisch of schematisch door opsomming van de delen in de vorm van
een tabel

De analyse van de delen moet steeds leiden tot het kennen van:
- de hoofdelementen waaruit een product opgebouwd wordt en hun aantal
- de elementen 2e rang waaruit de hoofdelementen worden opgebouwd en
hun aantal
- de elementen 3e rang waaruit de elementen 2e rang worden opgebouwd en
hun aantal
- de toebehoren en hun aantal


de tweede fase specificeert alle materialen en toebehoren

de derde fase duidt op een formulier de benaming van de verschillende delen
aan + hun afkorting en/of nummer.

 Zie cursus p. 14-21 voor voorbeelden + oefening op productanalyse

Fabricageschema of werkvolgrode
= de schematische voorstelling van de opeenvolgende bewerkingen bij het tot
stand komen van een product.

 doel = het bekomen van een overzichtelijk beeld van de samenhang van
het fabricagegebeuren (proces), de aard en het aantal uit te voeren
bewerkingen

 methode => er bestaan verschillende mogelijkheden om
fabricageschema’s te visualiseren
o MAAR: hiervoor moet men inzicht hebben in de manier waarop het
proces zal verlopen (dit verwerft men door vooraf een
productanalyse uit te voeren).

2