pleziergebied overgevoelig is kan impact v verliefdheid veel groter maken
9.5 SOCIALE BEÏNVLOEDING
Onderzoek eigen keuzes VS keuzes v leeftijdsgenoten
Principe: deelnemers mogen bepaalde dingen bestempelen als leuk of niet leuk, achteraf krijgen ze de keuze v
leeftijdsgenoten te zien
Resultaat: keuze persoon ≠ keuze leeftijdsgenoten -> alarmnetwerk/pijnnetwerk wordt geactiveerd + gedrag
(keuze) wordt aangepast in vervolgsessie
Onderzoek bikinimodellen
Principe: deelnemers mogen bikinimodellen bestempelen als normaal of te dun, achteraf krijgen ze de keuze v
leeftijdsgenoten te zien
Resultaat: keuze persoon ≠ keuze leeftijdsgenoten -> alarmnetwerk/pijnnetwerk wordt geactiveerd MAAR
alarmreactie was sterker bij meisjes met weinig zelfvertrouwen
9.6 IS DE INVLOED V LEEFTIJDSGENOTEN ENKEL NEGATIEF?
Nee!
- Jongeren kunnen elkaar ook aanmoedigen om positief gedrag te stellen (vb. volgen v verkeersregels,
recycleren…)
o Vloggers en influencers hebben hierin belangrijke rol
- Meer activiteit in mediale frontale cortex wanneer anderen meekijken
H7. GENEN EN GEDRAG
1. SITUERING
Genetica: tak v d wetenschap die zich bezighoudt met de manier waarop eigenschappen op ons overgedragen
worden door onze voorouders (vb. oogkleur, haarkleur…) (≈ erfelijkheidsleer)
Verklaring voor uiterlijk, ziekten en gedrag
Genetici: wetenschappers die genen bestuderen
37
,2. INLEIDENDE BEGRIPPEN
2.1 DE CEL
Alles wat leeft is opgebouwd uit cellen
Volwassen mens heeft 10- tot 100duizend miljard cellen
Onderdelen
- Celmembraan: membraan dat de cel samenhoudt en dat zorgt voor selectieve uitwisseling tss h
inwendige v d cel en haar omgeving
- Cytoplasma: soort sap waarin stofwisselingsprocessen v cel plaatsvinden (≈ celsap)
- Celkern: deel v d cel dat het erfelijk materiaal bevat (≈ nucleus)
o Chromatine: fijnkorrelige, donkere vlekken in celkern (≈ kernkleurstof)
o Chromosomen: chromatine die zich vervormt tot duidelijke structuren wanneer de cel zich
klaarmaakt om te delen
2.2 CHROMOSOMEN
Chromatinedraadjes -> celdeling -> chromosomen
Chromosomen: gekleurde lichaampjes die slechts zichtbaar worden in de celkern op het moment dat de cel
zich gaat delen
Bevat een kort arm (≈ p-arm) en een lange arm (≈ q-arm)
Homologe chromosomen: het feit dat de 46 chromosomen in een cel twee parallelle groepjes vormen v
telkens 23 verschillende exemplaren (≈ overeenkomstige chromosomen)
Bevatten eenzelfde soort info, maar geen identieke info (vb. allebei info over oogkleur, 1tje bruin en
1tje blauw)
Binnen 1 groepjes telkens 1 v moeder en 1 v vader
Autosomen: de 44 chromosomen die hetzelfde zijn bij mannen en vrouwen
Geslachtschromosomen: de 2 chromosomen die in hun combinatie het geslacht bepalen en dus verschillen bij
mannen en vrouwen
Vrouw: 2 grote X-chromosomen
Man: 1 groot X-chromosoom, 1 klein Y-chromosoom
Karyotype: beknopte omschrijving v d chromosomen v een individu
Vrouw: 46, XX
38
, Man: 46, XY
! Uiterlijk en functioneren v organisme wordt bepaald door genen die op chromosomen liggen !
2.3 DE ROL V H X-CHROMOSOOM
X-chromosoom bevat veel genen
Meer dan 300 functionele genen gevonden
250 aandoeningen te wijten aan genetisch defect op X-chromosoom
1 X-chromosoom -> ontstaan eierstokken en kiemcellen
2 X-chromosomen -> behouden eierstokken en kiemcellen
X-chromosoom = passief geslachtschromosoom WANT géén Y-chromosoom is altijd vrouwelijk
2.4 DE ROL V H Y-CHROMOSOOM
Y-chromosoom is één v d kleinste chromosomen
Slechts 25 genen gevonden
Geslachtsbepaling als belangrijkste functie
Y-chromosoom = actief geslachtshormoon WANT Y-chromosoom is altijd mannelijk
2.5 DE CHROMOSOMEN IN BEELD
Verschillende manieren om chromosomen v individu in kaart te brengen
Hieronder worden er twee besproken
2.5.1 KARYOGRAM/CHROMOSOMENKAART
Karyogram: overzicht v d geordende chromosomen v een individu (≈ chromosomenkaart)
Homologe chromosomen worden in groepjes gezet
Groepjes worden volgens criteria gerangschikt
Sommige aandoeningen zijn direct zichtbaar in karyogram (vb. syndroom v
Patau/trisomie-13)
39