Samenvatting Vastgoedrecht 1 - DEEL EGANA

Vastgoedrecht EGA




HOOFDSTUK 5: Rechtshandhaving
Gerechtelijk recht  rechtstak die regels bevat die het voor rechtssubjecten mogelijk maakt hun
subjectieve rechten af te dwingen (voor privaatrechtelijk procesrecht zie Ger W.)

Burgerlijk/Privaatrechtelijk proces  gerechtelijk wetboek (regels voor als je rechten niet worden
gerespecteerd)

(burgerlijkrecht <-> strafrecht)

Eiser (degenen die eist dat er aan zijn rechten wordt voldaan) en verweerder (wie iemands rechten
niet respecteert)

Kan ook tegen de overheid procederen (vb. geen vergunning gekregen)



Hoe verloopt een proces? (burgerlijke rechtspleging)

- Zelf naar de rechter gaan (accusatoir) (verschil met strafrecht: niet zelf eerste stap nemen)
- Je moet alles vragen, zelf u rechten kennen. + zelf bewijzen voorleggen (/advocaat voor u
laten doen)
- Hoe?
o Dagvaarding [art 700 Ger.W)
Gerechtsdeurwaarder komt dat ‘betekenen’ als je wordt gedaagd (vertellen waar en
wanneer) [zie art 702 voor verplichte inhoud dagvaarding]

o Vrijwillige verschijning

 Minnelijke schikking / verzoening (aanvragen brief/mondeling)
 Beide partijen komen vrijwillig, (vrede)rechter leidt het gesprek, maar kan
niks opleggen.
 Partijen komen zelf tot een oplossing
 Verzet niet mogelijk
 (voordeel  geen kosten gerechtsdeurwaarder)

o Rechtspleging op verzoekschrift
Partijen worden opgeroepen via gerechtsbrief (geen kosten deurwaarder)
 Enkel mogelijk als wet hierin
voorziet

DAGVAARDEN:

- Dagvaarden kost redelijk veel (+-300)  indien mogelijk kiezen velen voor andere 2 opties
- Inhoud dagvaarding  zie wetboek
- Termijn: tijd om voor te bereiden (8 dagen minimum) [uitzondering in spoedeisende
gevallen; 2 dagen]

- Inleidende zitting start na de termijn (stap 2).
Rol van zaken (zie wetboek)

,Vastgoedrecht EGA


o Verschijnen op dagvaarding: zelf gaan of advocaat laten gaan of…
 Bijzonderheden voor andere pers. die u kunnen vertegenwoordigen vb. bloed- en
aanverwanten, echtgenoot, wettelijk samenwonende etc. (zie wetboek)
Verloop:
 Korte debatten: eis wordt direct voldaan = eenvoudig, komt niet veel voor.
 Complexere zaken: zaak uitgesteld
o Niet aanwezig/vertegenwoordigd  zaak verzonden naar de rol / vonnis bij verstek

- Conclusietermijnen bepaald (stap 3) (door advocaten, tenzij het niet lukt  rechter)
 Geschreven akte: procespartij formuleert haar eis of verweer t.o.v. de andere partij en
de rechter. [art 744  wat moet er in staan]
- Instaatstelling
 Beschikking van overeenkomst tussen de partijen over welke termijnen om conclusies te
trekken + hoeveel. Lukt dit niet om overeen te komen?  rechter
 Ook de pleitdatum wordt in de beschikking vaak al vastgelegd
- Pleitzitting/terechtzitting (stap 4)
- Uitspraak (stap 5) Rechter motiveert vonnis.
 Vonnis = lagere rechtbank (arrondissement of
kanton), arrest = hogere rechtbank (een hof))
 Vonnis moet gebeuren binnen maand na sluiting debatten [art 770] (wordt niet altijd
nageleefd, soms maand verlengd met vakantie enz.  zie sancties als het te lang duurt
voordat rechter vonnis velt)
 Vonnis moet door de winnende partij nog betekent worden (deurwaarder) aan de andere
partij voordat het werkelijk in werking treed

RECHTSMIDDELEN

 Gewone rechtsmiddelen (verzet, hoger beroep)

 Buitengewone rechtsmiddelen (cassatie, derdenverzet, herroeping van gewijsde, verhaal op de
rechter)

Verzet

o Als partij bv. niet opdaagt op inleidende zitting wordt er tegen haar verstek
gevorderd. De wet laat soms toe om tegen dat verstekvonnis verzet aan te tekenen,
enkel in gevallen dat er geen beroep kan aangetekend worden.

Ev.: Hoger beroep (tweede aanleg) na uitspraak

 Binnen de maand (vervaltermijn) (niet zeker over dit)

Art 616 en 617 Ger.W

Eiser in hoger beroep = appellant, de gedaagde = de geïntimideerde

Na tweede aanleg: in uitzonderlijke gevallen  cassatie (3de optie, geen derde aanleg want doet
geen uitspraak)

 Enkel bij procedurefouten of wet verkeerd
gebruikt/geïnterpreteerd
 Rechter gaat enkel klachten bekijken, niet
heel de zaak.

 Indien fout gevonden: terug naar hoger beroep
(hogere rechtbank)

,Vastgoedrecht EGA


(P66 handboek)

TAKKEN IN HET RECHT
Elke rechtbank => materiële en territoriale bevoegdheid

Gerechtelijke organisatie  piramidaal opgebouwd – brede basis (veel vredegerechten) en smalle
top (één Hof van Cassatie).

- Sociaalrecht:

… werkgevers – werknemers, arbeidsrelaties, kinderbijslag etc.  sociaal zekerheidsrecht.

Rechtbanken:

 Eerste aanleg: arbeidsrechtbanken
 Tweede aanleg: arbeidshof
 Cassatie (3de optie)

- Ondernemingsrecht:

 Eerste aanleg: ondernemingsrechtbank (conflicten tussen ondernemingen / 1
partij is een onderneming)
 Tweede aanleg: Hof van beroep
 Cassatie

- Burgerlijkrecht:

 Vrederechter (bevoegdheid, zie wetboek) [art 590 Ger.W.]
 Rechtbank van eerste aanleg:

o Burgerlijke rechtbank
o Familie – en jeugdrechtbank
o Fiscale rechtbank
o Correctionele rechtbank (1ste potpourri wet)
o (strafuitvoeringsrechtbank)
 Hof van beroep (burgerlijke onderverdeling)
 Cassatie

- Strafrecht:

STRAFZAKEN:

o Misdrijven
 Misdaden (Vb. moord, verkrachting etc.)

 Hof van assisen (tussen 1ste en 2de aanleg)

Geen beroep mogelijk

 Cassatie

, Vastgoedrecht EGA




 Wanbedrijf (Vb. slagen en verwondingen, diefstal etc.)

 Correctionele rechtbank (1ste aanleg)

 Hof van beroep (2de aanleg)
o Correctionele kamer

 Cassatie



 Overtreding

 Politierechtbank (1ste aanleg) (alles met verkeer/dingen met lage straffen
o.a. nachtlawaai, openbaar dronkenschap etc.)

 Rechtbank van eerste aanleg (2de aanleg)
o Correctionele rechtbank

 Cassatie


 In strafzaak kan er ook burgerlijke partij zijn. Vb. schadevergoeding vragen als slachtoffer.

(Verschil burgerlijk- en strafrecht: zie vorige les)


Hof van assisen: (2de potpourri wet)


 Volksjury (onder druk)
 Strafpleiter
 = tijdelijk rechtscollege

o Vroeger: bij verzachtende omstandigheden (limitatieve lijst)  Zaak gecorrectionaliseerd
(naar cor. Rechtbank)
o Daarna: Potpourri wet  geen limitatieve lijst meer: correctionaliseren mogelijk voor alle
misdaden
o Grondwettelijk hof  Potpourri-wet = ongrondwettig  Opnieuw limitatieve lijst



BEROEP: mogelijk?  artikel 617 Ger.W.

Cassatie altijd mogelijk, zelfs als beroep niet kan



Nog 2 specifiekere rechtbanken:

Grondwettelijk hof en raad van state