Hoeveelheid mensen met een beperking zie je niet op straat
19% vd wereldbevolking heeft beperking –> je ziet deze mensen niet en/of heel uitzonderlijk
De wereld is niet aangepast aan mensen met stoornissen bv. als je de trein wilt nemen als
rolstoelgebruiken, dan moet je NMBS-assistentie twee dagen op voorhand aanvragen
=> sociale inclusie is dus nodig !!
1. Inleiding
CRPD: Convention on the Rights of Persons with Disabilities
- Conventie van Verenigde Naties
- Doel: sociale inclusie van mensen met een beperking afdwingbaar te maken
o Non-discriminatie
o Gelijke kansen
o Volledige en daadwerkelijke participatie in en opname in de sml
in sml veel focus op ‘normaliteit’
Handicap: woord uit paardensport
= beter paard/ruiter die minder woog –> paard krijgt extra gewichten om
deel te nemen aan de race
= verzwaring rond de nek
o Je wordt gelijk behandeld door extra gewicht rond de nek
o Betekenis ervan verschoven: iemand met beperking heeft moeit
omw zijn fysieke problematiek om volledig te participeren in de mts
= beperking die je krijgt vd omgeving disability = beperking
Disability: fenomeen dat ontstaat wanneer iemand met een beperking/stoornis/label op een
negatieve manier geconfronteerd wordt met gebouwde, fysieke, sociale, georganiseerde en
culturele omgevingen
Disability studies: onderzoeken van beperking/strns/label + effect op (mogelijke negatieve)
confrontatie met omgeving
Doel: beperkingsdenken stoppen
Interdisciplinariteit: vers modellen gebruiken om naar beperking/strns/label te kijken –> eco-
bio-psycho-sociaal model (ICF-model)
United Nations: waar mensen met een beperking rechten kunnen claimen
Inclusief spelen
- Gewoon spel: spelen is een fundamenteel kinderrecht en essentieel voor de positieve
fysieke, intellectuele en sociale ontwikkeling van kinderen
- Inclusief spel: belangrijke stap naar inclusie van kinderen met een beperking in scholen,
sportclubs en verenigingen
Selectieve waarneming (Optica = licht; Albert Einstein): hoe je kijkt naar beperking, welk beeld
je hebt, zal bepalen wat je effectief gaat waarnemen – het gaat over wat je ziet
- Angsten zijn irrationele gedachten + aangeleerd via conditioneringsprocessen bv. baby
wilt spin in haar mond stoppen – mama roept heel hard – kind schrikt en wordt bang –>
kind is bang van spinnen
- Waar jij toevallig bent opgegroeid, is er aangeleerd dat jij op bepaalde zaken gaat
reageren – niet altijd rationeel
o Anders zijn wordt ook aangeleerd – dwerg komt binnen gewandeld en heel de aula
lacht/fronst
We moeten ons ervan bewust worden dat deze irrationele gedachten kunnen spelen bij
anderen en bij ons
Bv. beeld dat wij hebben van mensen in armoede: zijn profiteurs
1.1. William Boeva
Zie artikels Open Brief, Down the Road
Inclusie is zoals een trein
- Er zijn al heel wat wagons vertrokken: mensen van kleur, lgbtq-groep
- Mensen met een beperking staan nog op het perron + ze kunnen er niet op want trein is
niet aangepast
,Uitsluitingsmechanisme ontmaskeren als wat ze zijn = excluses: excuses om iemand uit te
sluiten
1.2. Cursus
1.2.1. Modellen
1) Moreelmodel
- Verklaring 1
o Handicap = straf (daad van God of almachtige entiteit)
o Reden: zonde begaan door persoon zelf of gezin
o Gebrek/overtreden van naleving van soc normen, moraliteit en religieuze
proclamaties die waarschuwen tegen bepaald gedrag
- Verklaring 2
o Handicap = test vh geloof of weg naar verlossing
o Een ind en/of zijn gezin worden speciaal door God gekozen – krijgen een
kans om zichzelf te verlossen adhv uithoudingsvermogen, veerkracht en
vroomheid (= deugdzaamheid, gevoel van eerbied)
- Verklaring 3
o Handicap = kans om karakter te ontwikkelen (bv. geduld of moed)
- Verklaring 4
o Handicap = metafysische zegen
o Het verbetert automatische de werking van andere zintuigen bv. persoon is
verleend met speciale vaardigheden om waar te nemen, te reflecteren, te
transcenderen, spiritueel te zijn
2) Charitasmodel
- Handicap = persoon is een slachtoffer
- Je moet medelijden hebben –> bekwame mensen moeten PmH helpen omdat ze
lijden onder hun situatie
- Speciale diensten in instellingen speciaal voor PmH
- Moreelmodel: neg kijk charitasmodel: humane behandeling aanmoedigen,
proberen handelen in voordeel van PmH
- Kritiek: versterkt stereotypen
o Hulpeloos
o Afhankelijk van bescherming en zorg van anderen –> gevolg: lagere soc
status
3) Medische model
- Handicap = ziekte, ind probleem
Veel diagnostische classificaties om ind medisch probleem vast te stellen
Bv. International Classification of Impairments, Disabilities and Handicaps
(ICIDH)
Bv. Diagnostic and Statistical Manuel of Mental Disorders – 5e editie (DSMV)
- Gevolg
o Focussen op pathologie en stigmatisering
o Persoonlijke medische oplossing
o Verdeling gehandicapten – niet-gehandicapten
Handicap wordt vergeleken met gezonde norm/normaliteit
Wordt beschouwd als iets dat moet wordt voorkomen of genezen
- Geen oog naar mogelijks “groeps” probleem in de sml
4) Sociaal model
- Handicap = sociale constructie, binnen de sml waarnemen
- Focus: gebrek aan huisvesting in de sml voor PmH –> mensen worden door hun
omgeving gehandicapt gemaakt
o Handicap vanuit de sml wordt bovenop de beperking geplaatst
, - Sml kan PmH helpen met positievere zelfidentiteit –> grotere openheid voor
relaties
- Begrippen
o Strns: fysieke, neurologische of medische aandoening
o Handicap: soc impact en gevolgen van strns wanneer mensen participeren
in ontoegankelijke omgeving
- UPIAS: Union of the Physically Segragation’s
o Disability = veroorzaakt door soc omstandigheden –> PmH wordt
geïsoleerd op basis van inkomen, mobiliteit of instellingen
- Kritiek
o Niet alle verschillen zijn soc gedreven bv. fysieke beperking heeft direct
impact op activiteit en mobiliteit
o Begrippen
Impairment (bijzondere waardevermindering): medische
aandoening en de beperking voor sociale constructie
Handicap: complexe dialectiek van biologische, psychologische,
culturele en soc-politieke factoren
o Mensen zijn gehandicapt door zowel soc barrières, als door hun lichaam
5) Identiteitsmodel
- Handicap = dient als identiteit
o Erbij horen
o Gemeenschappelijkheden met anderen
o Wat jou onderscheid van anderen
- Doel: pos definitie van handicapidentiteit bv. trots zijn
- Vergelijking sociaal model
o Gelijkenis: handicap is sociale constructie
o Tegenstelling: handicap als positieve identiteit
- Kritiek
o Groepsdruk dat ind kan ervaren om zich te identificeren / zich aan te passen
aan specifieke groep
6) Mensenrechten model
- Handicap = gaat over mensenrechten
- Verschuiving focus afhankelijk zijn –> onafhankelijkheid
- Focus: PmH met lidmaatschap vd sml
o Recht op toegang tot werk, onderwijs, recreatie
- Vergelijking sociaal model
o Soc model: verklaringen zoeken dat handicap creëert
o Mensenrechten: menselijke waardigheid en beleidsverandering
7) Cultureel model
- Handicap = wordt een cultuur
o Handicap wordt niet gedefinieerd, maar overweging van vers zaken ivm
niet-handicap en handicap in specifieke culturele contexten
o Kritische vermogen om info te ontleden en toepassen
o Cultureel bepaald gedrag waarin men zich ontwikkelt in
identiteit/gmschp/wereldbeeld ipv afgewezen te worden
- Interdisciplinaire kijk: meerdere wts en geesteswts samenkomen
- Tegen vorige modellen dat mensen classificeren en pathologiseren
- Vergelijking sociaal en medisch model
o Sociaal en medisch: één factorbenadering
o Cultureel: combi vers culturele factoren (medische en sociale factoren zijn
inbegrepen, maar dus ook andere elementen)
8) Economisch model
- Handicap = (on)vermogen van een persoon om deel te nemen aan de economie –
vooral arbeid en werkgelegenheidsmogelijkheden
- Analyse: hoe en in welke mate de ind beperking invloed heeft op productiviteit vd
persoon
- Gecategoriseerd worden op basis van hun bijdrage/kosten aan de sml
- Kritiek
o Arbeidsongeschiktheid wordt gereduceerd tot kosten-bastenanalyse
(producent en consument van goederen)
o Zorgt voor ontmenselijking van PmH