NEUROPSYCHOLOGIE
Menselijke hersenen onderverdelen in verschillende soorten van gebieden
• Primaire en secundaire cortices
o Gebieden die zintuig specifiek zijn ➔ zorgen voor perceptie van zintuiglijke info
o ➔ sensibele input + motorische output
o Info uit ogen projecteert zich in occipitale regio (rood)
o Auditieve info gaat via oren zich projecteren op primaire (donkergroen) en secundaire (lichtgroen)
auditieve cortex
o Olfactorische cortex voor geurwaarneming
o Gustatieve cortex voor smaakwaarneming
o Sensibele somatosensorische info vanuit lichaam (pijn, tast, druk, temperatuurszin) komen toe in
primaire somatosensorische cortex geassocieerd met de secundaire somatosensorische cortex
(geel & oranje)
o Uitvoering van gedrag/bewegingen door primaire motorische cortex en secundaire/ pre motorische
cortex (grijs)
▪ Onderste zone = zone van Broca
o
o Gemeenschappelijk: zeer topisch georganiseerd
▪ Elk plekje uit lichaam/visueel veld/ elke frequentie uit gehoorveld is specifiek gelokaliseerd
in het brein
▪ Bij beschadiging van een deel kan er geen info in de cortex worden ontvangen
▪ Bij beschadiging van de cortex zal de functie uitvallen
o Bij mens veel kleinere oppervlakte dan bij andere zoogdieren
▪ Meer plaats voor associatiecortices bij mens
• Associatiecortex
o Gebieden van brein waar geen primaire of secundaire cortices zitten
o Vnl regio’s die vallen in posterieur pariëtale en temporale regio
o Achteraan = posterieure associatiecortex
o Temporaal vooraan = limbische associatiecortex
o Vooraan = anterieure/frontale associatiecortex
o Vormen brug tussen verschillende primaire en secundaire cortices
o Zorgen voor hogere verwerking van materiaal dat is binnengekomen
▪ Processen toelaten op de waarnemingen
1
, o
Vergelijking tussen menselijk brein en dierenbrein
• Grotere dieren hebben groter brein
• Lichaamsgewicht in verhouding tot hersenmassa uitdrukken met curve
o Sommige diersoorten hebben in verhouding een minder sterk ontwikkelt brein
o Andere diersoorten hebben een meer gevorderd/groter brein ivm lichaamsgewicht
• Corticale massa tov hersengewicht uitdrukken met curve
o Hersenschors is maar een kleine fractie van de hersenmassa
o Aantal diersoorten hebben verhoudingsgewijs meer corticale massa ivm hersengewicht
• Gyrificatie
o Hersenen kunnen niet oneindig groeien
▪ Zitten in gesloten ‘pot’ ➔ schedel
o Cortex is belangrijk, vooral corticale oppervlakken
o Hoe creëer je in een gesloten oppervlakte meer cortices? ➔ STERKE WINDINGEN
o Lisencephaal brein ➔ zonder windingen en groeven
o Primaten halen extreme scores
▪ Zeer sociale diersoorten
▪ Kunnen gedrag op flexibele en slimme manier aanpassen aan omstandigheden
Homo habilis = handige mens
• Vroegste telg van het geslacht Homo
• Leefde 1.5 tot 2.5 miljoen jaar geleden
• Ongeveer 1.2-1.5m groot
• Herseninhoud 650 cm³
• Bipedale voortbeweging ➔ op 2 voeten
o zoals Australopithecus
• Maker van ruwe stenen gebruiksvoorwerpen
o niet zoals Australopithecus
▪ kan wel voorwerpen gebruikt hebben, MAAR bewerkte ze niet
homo erectus
• Leefde 1.9 miljoen tot 150.000 jaar geleden
• Ongeveer 1.8m groot
o Veel groter dan homo habilis
2
, • Herseninhoud 850 cm³
• Bipedale voortbeweging
• Maker van verfijnde stenen gebruiksvoorwerpen
o Vereist kunde en oefening
• Eerste jagers-verzamelaars
• Gebruik van vuur en koken van voedsel
• Vermoedelijk gebruik van proto-taal
• Verzorgen van zieken/gewonden.
• Bleef vnl in Afrika
•
Homo sapiens
• Nog enige levende soort van het geslacht Homo
• Vanaf 200.000 jaar geleden
• Ongeveer 1.7m groot
• Herseninhoud 1350 cm³
• Bipedale voortbeweging
• Uitbundige gereedschapsmakers en gebruikers
• Ontwikkelen gesproken en geschreven taal
• Complexe sociale structuur
• Ontwikkelen van cultuur en kunst
Volgorde
• Genus australopithecus
o Bipedale voortbeweging
o Opponeerbare duim
o Nature facts?
• Homo habilis
3
, o Primitieve vorm van steenindustrie
• Homo erectus/egaster
o Meer complexe industrie van voorwerpen
o Primitieve taal
o Controle van vuur
• Homo heiderbergensis
• Homo neanderthalensis
o Kunstvoorwerpen
o Levallois techniek
• Homo sapiens
o Grotschilderingen
▪ Muur met handen: meestal linkerhanden geschilderd WANT blaaspijp met rechterhand
gebruiken
➔ rechts- en linkshandigheid was dus al aanwezig
o Great leap forward ➔ heleboel ontdekkingen en prestaties
Uniek menselijke eigenschappen
• Bipedale voortbeweging
o Sommige dieren ook maar voor andere redenen
o Grote impact op evolutie
o Komt ook met een kost ➔ last aan wervelkolom en heupen
o Vraagt zeer complexe coördinatie van het lichaam om rechtop lopend te kunnen voortbewegen
▪ Heel goed evenwichtssysteem nodig dat voortdurend in contact staat met neurologisch
apparaat
▪ Vraagt veel inspanning van zenuwen
o Maakt bovenste ledematen vrij
o Zeer efficiënt
o Niet zo snel, maar lang vol te houden
• Gereedschapsgebruik
o Mensapen, zeeotters, primaten, aantal vogels ook
o MAAR niemand met zoveel enthousiasme als mensen
o Wij maken en gebruiken elke dag gereedschap
• Taal
• Kunst
o Dieren kunnen kunst maken, maar dit is onbewust
o Nest van prieelvogel = maakt mooi nest om vrouwtje te verleiden
Wat drijft al deze ontwikkelingen?
• Wat heeft de mens ertoe gebracht om grotere hersenen te ontwikkelen?
• Diersoorten passen zich aan aan omstandigheden
o Vaak klimatologische omstandigheden
• Temperatuur
o Vroeger veel warmer, veel minder variatie
o Nu: veel kouder, meer schommelingen
▪ Diersoorten moesten ervoor zorgen dat ze zich aan de verschillende temperaturen konden
aanpassen
• Hoe past een soort zich aan aan omstandigheden?
o Directionele selectie
▪ Een type van selectie waarbij een extreem fenotype het haalt van andere fenotypes
▪ waardoor de allel frequentie gaandeweg verschuift in de richting van dat fenotype
4
Menselijke hersenen onderverdelen in verschillende soorten van gebieden
• Primaire en secundaire cortices
o Gebieden die zintuig specifiek zijn ➔ zorgen voor perceptie van zintuiglijke info
o ➔ sensibele input + motorische output
o Info uit ogen projecteert zich in occipitale regio (rood)
o Auditieve info gaat via oren zich projecteren op primaire (donkergroen) en secundaire (lichtgroen)
auditieve cortex
o Olfactorische cortex voor geurwaarneming
o Gustatieve cortex voor smaakwaarneming
o Sensibele somatosensorische info vanuit lichaam (pijn, tast, druk, temperatuurszin) komen toe in
primaire somatosensorische cortex geassocieerd met de secundaire somatosensorische cortex
(geel & oranje)
o Uitvoering van gedrag/bewegingen door primaire motorische cortex en secundaire/ pre motorische
cortex (grijs)
▪ Onderste zone = zone van Broca
o
o Gemeenschappelijk: zeer topisch georganiseerd
▪ Elk plekje uit lichaam/visueel veld/ elke frequentie uit gehoorveld is specifiek gelokaliseerd
in het brein
▪ Bij beschadiging van een deel kan er geen info in de cortex worden ontvangen
▪ Bij beschadiging van de cortex zal de functie uitvallen
o Bij mens veel kleinere oppervlakte dan bij andere zoogdieren
▪ Meer plaats voor associatiecortices bij mens
• Associatiecortex
o Gebieden van brein waar geen primaire of secundaire cortices zitten
o Vnl regio’s die vallen in posterieur pariëtale en temporale regio
o Achteraan = posterieure associatiecortex
o Temporaal vooraan = limbische associatiecortex
o Vooraan = anterieure/frontale associatiecortex
o Vormen brug tussen verschillende primaire en secundaire cortices
o Zorgen voor hogere verwerking van materiaal dat is binnengekomen
▪ Processen toelaten op de waarnemingen
1
, o
Vergelijking tussen menselijk brein en dierenbrein
• Grotere dieren hebben groter brein
• Lichaamsgewicht in verhouding tot hersenmassa uitdrukken met curve
o Sommige diersoorten hebben in verhouding een minder sterk ontwikkelt brein
o Andere diersoorten hebben een meer gevorderd/groter brein ivm lichaamsgewicht
• Corticale massa tov hersengewicht uitdrukken met curve
o Hersenschors is maar een kleine fractie van de hersenmassa
o Aantal diersoorten hebben verhoudingsgewijs meer corticale massa ivm hersengewicht
• Gyrificatie
o Hersenen kunnen niet oneindig groeien
▪ Zitten in gesloten ‘pot’ ➔ schedel
o Cortex is belangrijk, vooral corticale oppervlakken
o Hoe creëer je in een gesloten oppervlakte meer cortices? ➔ STERKE WINDINGEN
o Lisencephaal brein ➔ zonder windingen en groeven
o Primaten halen extreme scores
▪ Zeer sociale diersoorten
▪ Kunnen gedrag op flexibele en slimme manier aanpassen aan omstandigheden
Homo habilis = handige mens
• Vroegste telg van het geslacht Homo
• Leefde 1.5 tot 2.5 miljoen jaar geleden
• Ongeveer 1.2-1.5m groot
• Herseninhoud 650 cm³
• Bipedale voortbeweging ➔ op 2 voeten
o zoals Australopithecus
• Maker van ruwe stenen gebruiksvoorwerpen
o niet zoals Australopithecus
▪ kan wel voorwerpen gebruikt hebben, MAAR bewerkte ze niet
homo erectus
• Leefde 1.9 miljoen tot 150.000 jaar geleden
• Ongeveer 1.8m groot
o Veel groter dan homo habilis
2
, • Herseninhoud 850 cm³
• Bipedale voortbeweging
• Maker van verfijnde stenen gebruiksvoorwerpen
o Vereist kunde en oefening
• Eerste jagers-verzamelaars
• Gebruik van vuur en koken van voedsel
• Vermoedelijk gebruik van proto-taal
• Verzorgen van zieken/gewonden.
• Bleef vnl in Afrika
•
Homo sapiens
• Nog enige levende soort van het geslacht Homo
• Vanaf 200.000 jaar geleden
• Ongeveer 1.7m groot
• Herseninhoud 1350 cm³
• Bipedale voortbeweging
• Uitbundige gereedschapsmakers en gebruikers
• Ontwikkelen gesproken en geschreven taal
• Complexe sociale structuur
• Ontwikkelen van cultuur en kunst
Volgorde
• Genus australopithecus
o Bipedale voortbeweging
o Opponeerbare duim
o Nature facts?
• Homo habilis
3
, o Primitieve vorm van steenindustrie
• Homo erectus/egaster
o Meer complexe industrie van voorwerpen
o Primitieve taal
o Controle van vuur
• Homo heiderbergensis
• Homo neanderthalensis
o Kunstvoorwerpen
o Levallois techniek
• Homo sapiens
o Grotschilderingen
▪ Muur met handen: meestal linkerhanden geschilderd WANT blaaspijp met rechterhand
gebruiken
➔ rechts- en linkshandigheid was dus al aanwezig
o Great leap forward ➔ heleboel ontdekkingen en prestaties
Uniek menselijke eigenschappen
• Bipedale voortbeweging
o Sommige dieren ook maar voor andere redenen
o Grote impact op evolutie
o Komt ook met een kost ➔ last aan wervelkolom en heupen
o Vraagt zeer complexe coördinatie van het lichaam om rechtop lopend te kunnen voortbewegen
▪ Heel goed evenwichtssysteem nodig dat voortdurend in contact staat met neurologisch
apparaat
▪ Vraagt veel inspanning van zenuwen
o Maakt bovenste ledematen vrij
o Zeer efficiënt
o Niet zo snel, maar lang vol te houden
• Gereedschapsgebruik
o Mensapen, zeeotters, primaten, aantal vogels ook
o MAAR niemand met zoveel enthousiasme als mensen
o Wij maken en gebruiken elke dag gereedschap
• Taal
• Kunst
o Dieren kunnen kunst maken, maar dit is onbewust
o Nest van prieelvogel = maakt mooi nest om vrouwtje te verleiden
Wat drijft al deze ontwikkelingen?
• Wat heeft de mens ertoe gebracht om grotere hersenen te ontwikkelen?
• Diersoorten passen zich aan aan omstandigheden
o Vaak klimatologische omstandigheden
• Temperatuur
o Vroeger veel warmer, veel minder variatie
o Nu: veel kouder, meer schommelingen
▪ Diersoorten moesten ervoor zorgen dat ze zich aan de verschillende temperaturen konden
aanpassen
• Hoe past een soort zich aan aan omstandigheden?
o Directionele selectie
▪ Een type van selectie waarbij een extreem fenotype het haalt van andere fenotypes
▪ waardoor de allel frequentie gaandeweg verschuift in de richting van dat fenotype
4