Samenvatting personen met een berperking

Samenvatting: personen met een beperking:

1. Het begrip handicap en beperking.
Ø Bespreek: Welke is de gangbare terminologie voor personen met een berpeking?

Ø Bespreek: waarom spreken we niet meer van mindervalide, invalide,
gehandikapten,..
 Wereldgezondheidsorganisatie + Raad van Europa:
 Geen ander mensen soort
 Geen andersvaliden
 Op sommige vlakken anders maar niet minder waard.
Ø Wat is het verschil met de huidige terminologie?
 Vroeger:
 Debielen
 Idioten
 Andersvaliden
 Mindervaliden
 Abnormalen
 Dorpsgekken
 Onvolwaardigen
 …
 Nu:
 personen met een berpeking.
 Personen met een handicap
1.1. Inleiding.
 Handicap= gangbate maatschappelijke normen omtrent het functioeren van
mensen in de samenleving.
 Normen vertonen doorgeen de tijdsgeest aantal constanten naast een aantal
variabelen.
 De manier waarop over mensen met een berpeking wordt gesproken= onthult
de tijdsgeest en sociaaleconomische situatie.
o Benamingen zoals: onvolwaardigen, abnormalen, idioten,
mindervaliden, andersvaliden, achterlijken, idototen,…. => verraden
een geringschattend betekenis en gevoeks van afkeer.
o Mensen met een beperking= eerste slachtoffer tijdens oologen,
rampen, epidemische ziekten,…
o Socaal zwakkeren = als eerst d.m.v besparkingsmaatregelen.
 Xenofobie= angst voor vreemde, onbekende.

1.2. Vandaag en morgen?
 Historische lijn:
o Elilminatie, segregatie, discriminatie door stigmatisering, verpeping
en isolering = diepe sporen nagelaten.

1.3. Rechten van personen met een beperking.

1.3.1. Ontstaan.
 1945 VN (Verenigde Naties)  doel: Beschermen en verbeteren van de
mensenrechten.
 1946 = Commissie voor Rechten van Mens:

, o Het internationaal Statuut van de RECHTEN van de Mens.
(international Bill of Rights)
o Namen Bill of Rights al leidraad bij het opstellen van hun grondwet.

1.3.2. Soorten rechten.
 De burgerrechten en politieke rechten of klassieke mensenrechten
o
 De sociale en economische, culturele en collectieve rechten
o Sociale en economische rechten:
 Sociale voorziening
 onderwijs
o Culturele rechten:
 Eigen taal
 Eigen naam
 Vrijheid van wett. onderzoek
o Collectieve rechten:
 Voor ontwikkeling en bescherming volk

1.4. De universele verklaring van de rechten van de mens.
 1948 = UVRM = universele verklaring voor de rechten van de mens.

1.5. Rechten van Personen met een berperking.

1.5.1. Bekangrijke artikels.
Ø Doelstelling van het Verdrag inzake de rechten van personen met een
beperking:
 Het volledige genot door alle personen met een beperking van alle
mensenrechten, fundamentele vrijheden op voet van gelijkheid te
bevorderen, beschermen en waarborgen, en ook de eerbiediging van hun
inherente waardigheid te bevorderen.
 Idereen die een beperking heeft, heeft evenzeer recht op alle
mensenrechten die in de UVRM staan, en moet met respect en eerbied
behandeld worden.
 Respect voor de inherente waardigheid, persoonlijke autonomie met
inbegrip van de vrijheid zelf keuzen te majen en de onhafhankelijkheid
van personen:
 Non-discriminatie
 Volledige en daadwerkelijke participatie in, en opname in de samenleving;
 Respect voor verschillen en aanvaarding dat personen met een beperking
deel uitmaken van de mensheid en menselijke diversiteit
 Gelijke kansen
 Toegankelijkheid
 Gelijkheid van man en vrouw
 Respect voor de zich ontwikkeldende capaciteiten van kinderen met een
beperking en eerbieding van het recht van kinderen met een beperking op
het behoud van hun eigen identiteit.

1.6. Rechtstreekse gevolgen voor de sector personen met ene beperking.
Ø Wat hield Perspectief 2020 in?

,  Was het actieplan waarin de Vlaamse regereing 2016 het welzijn van
personen met een beperking herbekeek.
 Baseline= zoveel mogelijk gewoon in de samenleving en zo weinig
mogelijk uitzonderlijk en afzonderlijk.
 Personen met een beperking = volwaardige burgers.  persoonelijke
autonomie, rechten en capaciteiten gerespecteerd moeten worden.
 Isoloment vermijden.
 Sociaal ondernemerschap in sector te bevorderen.
 Budgetten  persoon met beperking zelf!
 Niet naar dagcentrum/instelling.
 = meer keuzevrijheid (kan zelf bepalen hoe ondersteuning zal
organiseren)

1.6.1. Beleidsnota 2019-2024
 Beleidsnota=
o Tekst waarin bevoegde ministers weergeven hoe ze bepaalde zaken
willen realiseren binnen hun legislatuur.
o Verschillende thema’s:
 Armoede
 Welzijnswerk
 Woonzorg
 Revalidatieventra
 Psychaiatrishe verzorigingstehuizen

1.6.1.1. Personen met een beperking – CONCREET
 KWALITEIT
 Persoonsvolgende financiering: PVF
o Zorgt ervoor dat zorgvragers zich vrijer en op basis van eigen keuze
door het zorglandschap kunnen bewegen.
o Vereenvoudigen van administratie en regelgeving..
 Wachtlijsten verkleinen?
o Vernieuwde initiatieven gestimuleerd
 Online hulpverlening
 Particuliere woon en dagondersteuningsinitiatieven
 Kleinschalige privéinitatieven voor PMB
 Ouderinititatieven
o Sociaal ondernemen:
 Bedrijven/ initiatieven een specifieke maatschappelijke
meerwaarde nastreven.
 WINST gedreven
 Non-profit

, 1.6.2. Overzicht finannciering.
1.6.2.1. Voor minderjarigen: Het persoonlijk Assistentie Budget
Ø Beschrijf hoe de financiering voor PmB in elkaar zit.
Ø Wie krijgt wat?
Ø Hoe vraag je dit aan?
Ø Gebruik hierbij je juiste termen (PVF; PAB, BOB, PVB, RTH:
 PVF
 Persoons volgende financiering
 PAB
 Het PERSOONLIJK Assistentie Budget
 Assistensie thuis, op school of op het werk te organiseren en te betalen.
 Geld = kinderen en jongeren ontvangen om personen die hen helpen
bij te betalen (huishoudelijke taken, lichaamsverzorging, dagbesteding
en verplaatsing)
 Hoeveel je PAB bedraagt = hangt af van je nood aan assistentie.
 Commissie bepaalt de hoogte van het budget
 Aanvrage, bij de Integrale Toegangspoort via  multidiciplinair team
(MBT)
 Meerderjarigen kunnen geen PAB aanvragen.
 MBT
 aanvraag met persoon in kwestie overlopen = maken
aanvraagdocument op (A-document)  wordt contactpersoon-
aanmelder + zal mensen verder begeleiden bij hun aanvraag.
 Meet de zorgvraag van het kind. = inschalen
 Formuleren op basis daarvan = voorstel tot budgethoogte en het
team inicatiestelling van ITP zal deze inschatting bespreken en
de definitieve budgethoogte bepalen.
 Helpt bij checklist (voorang)
 Intersectorale Regionale Prioriteitencommissie (IRPC)
beoordeeld checklist en bepaalt wie budget krijgt.
 Meest dringende dossieren voorrang  cheklist invullen