Fysiologische verloskunde: partus
Definitie fysiologische partus
Fysiologische of ongecompliceerde partus of eutocie =
Spontaan begin van de arbeid
Verloop arbeid en uitdrijving = spontaan en zonder
complicaties
Foetus wordt geboren in een hoofdligging, vertex of
occiputplaatsing
Placenta en vliezen worden spontaan geboren
Bloedverlies is beperkt tot 500 ml
Perineum is gaaf, of er is sprake van een eerste – of tweede
graadsruptuur, (of een episiotomie is geplaatst, maar
zonder kunstverlossing)
De neonaat heeft na de geboorte een APGARscore na 5
minuten van >7 en heeft geen nood aan extra nazorg
(Enkel medisch niet het psychologische welzijn)
Fysiologische partus is enkel retrospectief te bepalen je kan
alleen na de bevalling zeggen of het een eutocie was of niet
1
, Theorie: partus
Baringskanaal = kanaal waardoor foetus wordt uitgedreven bij geboorte
Beenderig bekken + weke baringskanaal
Beenderig bekken wordt gevormd door:
Binnenwanden van kleine bekken met
bekkeningang, bekkenholte en bekkenuitgang
Weke baringskanaal wordt gevormd door:
Uterus met onderste uterussegment
Cervix
Vagina
Bekkenbodemspieren
Perineum
Het beenderige bekken
Het bekken zelf
Kenmerken:
Kromvormige structuur (zonder bodem)
Vrouwelijk bekken = ondieper en wijder dan mannelijk bekken
Vrouwelij bekken heeft hoek onder pubisboog van ongeveer 90°
Bij zijwaartse doorsnede door midden van bekken zien we dat het
bekken een gebogen vorm heeft
Beenderig bekken heeft ongeveer gebogen cilindervormige structuur
Uitwendig kan je de vorm van je bekken voelen:
Heupkammen
Zitbeenknobbels
Symfyse
Sacrum
Functies:
1) Beschermt en biedt steun aan bovenliggende organen zoals uterus,
blaas en darmen
2) Draagt het gewicht van het lichaam bij rechtopstaande of zittende
positie
3) Bekken = aanhechtingsplaats voor spieren en ligamenten en
onderste ledematen
4) Moet breed genoeg zijn om foetus door te laten, mits aanpassingen
van foetale hoofd
2
,Onderdelen:
Beenderig bekken:
Os coxae of heupbeenderen (bestaat uit 3 aaneengegroeide beenderen)
Os sacrum
Os coccys
Os coxae of heupbeenderen
Os illium of darmbeen (= grootst)
o Eminentia iliopectinae (=kleine verdikking op
overgang tussen ilium en pubis aan bovenzijde
os pubis)
o Linea innominata of linea terminalis vormt
overgang tussen groot en klein bekken
Os ischium of zitbeen
o Tuber ischiadica = zitbeenknobbel
o Spina ischiadica
Os pubis of schaambeen
o Pubisboog: de hoek die gemaakt wordt door onderkanten
van os pubis tot aan symfyse minstens 90° om passage
foetaal hoofd mogelijk te maken
o Linea terminalis
Os sacrum: = 5 met elkaar vergroeide wervels met openingen waaruit de
zenuwen komen
1ste wervel = het promontorium
o Springt meer naar binnenkant van bekken + is van
verloskundig belang
Os coccys: (= 4 met elkaar vergroeide wervels, = driehoekig van
vorm)
Kantelt naar achter tijdens de baring
3
, Onderdelen:
Os coxae – heupbeen (2,3,4 samen)
o Os ilium – darmbeen (2)
o Os ischium - zitbeen (3)
o Os pubis – schaambeen (4)
met symfyse (5)
Os sacrum – heiligbeen (1)
Os coccys - staartbeen (8)
Linea arcuata – terminalis of
bekkeningang
Gewrichten in het bekken
De verschillende beenderen van het bekken zijn verbonden met elkaar via
gewrichten en ligamenten
Gewrichten ondergaan onder invloed van voornamelijk relaxine en
prostaglandine tijdens ZS en bevalling een aantal veranderingen zodat
doorgang bekken iets vergroot nodig voor doorgang foetus mogelijk te
maken
Gewrichten:
Symfyse
o Verbindt beide pubisbeenderen met elkaar
o Tijdens ZS verbreedr deze verbinding van 4 naar 7mm
Sacro iliacaal gewrichten (fascies auriculares 3)
o Maakt verbinding tussen sacrum & illium
o Punt waar dit gewricht begint noemt men fascies auriculares
wordt losser in loop ZS
4
Definitie fysiologische partus
Fysiologische of ongecompliceerde partus of eutocie =
Spontaan begin van de arbeid
Verloop arbeid en uitdrijving = spontaan en zonder
complicaties
Foetus wordt geboren in een hoofdligging, vertex of
occiputplaatsing
Placenta en vliezen worden spontaan geboren
Bloedverlies is beperkt tot 500 ml
Perineum is gaaf, of er is sprake van een eerste – of tweede
graadsruptuur, (of een episiotomie is geplaatst, maar
zonder kunstverlossing)
De neonaat heeft na de geboorte een APGARscore na 5
minuten van >7 en heeft geen nood aan extra nazorg
(Enkel medisch niet het psychologische welzijn)
Fysiologische partus is enkel retrospectief te bepalen je kan
alleen na de bevalling zeggen of het een eutocie was of niet
1
, Theorie: partus
Baringskanaal = kanaal waardoor foetus wordt uitgedreven bij geboorte
Beenderig bekken + weke baringskanaal
Beenderig bekken wordt gevormd door:
Binnenwanden van kleine bekken met
bekkeningang, bekkenholte en bekkenuitgang
Weke baringskanaal wordt gevormd door:
Uterus met onderste uterussegment
Cervix
Vagina
Bekkenbodemspieren
Perineum
Het beenderige bekken
Het bekken zelf
Kenmerken:
Kromvormige structuur (zonder bodem)
Vrouwelijk bekken = ondieper en wijder dan mannelijk bekken
Vrouwelij bekken heeft hoek onder pubisboog van ongeveer 90°
Bij zijwaartse doorsnede door midden van bekken zien we dat het
bekken een gebogen vorm heeft
Beenderig bekken heeft ongeveer gebogen cilindervormige structuur
Uitwendig kan je de vorm van je bekken voelen:
Heupkammen
Zitbeenknobbels
Symfyse
Sacrum
Functies:
1) Beschermt en biedt steun aan bovenliggende organen zoals uterus,
blaas en darmen
2) Draagt het gewicht van het lichaam bij rechtopstaande of zittende
positie
3) Bekken = aanhechtingsplaats voor spieren en ligamenten en
onderste ledematen
4) Moet breed genoeg zijn om foetus door te laten, mits aanpassingen
van foetale hoofd
2
,Onderdelen:
Beenderig bekken:
Os coxae of heupbeenderen (bestaat uit 3 aaneengegroeide beenderen)
Os sacrum
Os coccys
Os coxae of heupbeenderen
Os illium of darmbeen (= grootst)
o Eminentia iliopectinae (=kleine verdikking op
overgang tussen ilium en pubis aan bovenzijde
os pubis)
o Linea innominata of linea terminalis vormt
overgang tussen groot en klein bekken
Os ischium of zitbeen
o Tuber ischiadica = zitbeenknobbel
o Spina ischiadica
Os pubis of schaambeen
o Pubisboog: de hoek die gemaakt wordt door onderkanten
van os pubis tot aan symfyse minstens 90° om passage
foetaal hoofd mogelijk te maken
o Linea terminalis
Os sacrum: = 5 met elkaar vergroeide wervels met openingen waaruit de
zenuwen komen
1ste wervel = het promontorium
o Springt meer naar binnenkant van bekken + is van
verloskundig belang
Os coccys: (= 4 met elkaar vergroeide wervels, = driehoekig van
vorm)
Kantelt naar achter tijdens de baring
3
, Onderdelen:
Os coxae – heupbeen (2,3,4 samen)
o Os ilium – darmbeen (2)
o Os ischium - zitbeen (3)
o Os pubis – schaambeen (4)
met symfyse (5)
Os sacrum – heiligbeen (1)
Os coccys - staartbeen (8)
Linea arcuata – terminalis of
bekkeningang
Gewrichten in het bekken
De verschillende beenderen van het bekken zijn verbonden met elkaar via
gewrichten en ligamenten
Gewrichten ondergaan onder invloed van voornamelijk relaxine en
prostaglandine tijdens ZS en bevalling een aantal veranderingen zodat
doorgang bekken iets vergroot nodig voor doorgang foetus mogelijk te
maken
Gewrichten:
Symfyse
o Verbindt beide pubisbeenderen met elkaar
o Tijdens ZS verbreedr deze verbinding van 4 naar 7mm
Sacro iliacaal gewrichten (fascies auriculares 3)
o Maakt verbinding tussen sacrum & illium
o Punt waar dit gewricht begint noemt men fascies auriculares
wordt losser in loop ZS
4
