Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Samenvatting Sociale Psychologie SEW

Note
-
Vendu
2
Pages
35
Publié le
02-01-2023
Écrit en
2022/2023

Samenvatting van het vak Sociale Psychologie uit de richting SEW op UA. Samenvatting gebaseerd op het boek 'Sociale psychologie, derde editie' van Alain Van Hiel en Arne Roets en op de Slides van Prof A.DeSmet. Inhoud: alle hoofdstukken behandeld in de lessen en die te kennen zijn voor het examen. Ik hou zelf niet van samenvattingen van 100+ pagina's, daarom is mijn samenvatting niet meer dan 35 pagina's. Het is een beknopte, maar volledige en overzichtelijke samenvatting! Zeer sterk aan te raden voor mensen die niet graag leren van samenvattingen die bijna even groot zijn als het boek :) Ik heb vorig jaar 19/20 gehaald met deze samenvatting!

Montrer plus Lire moins











Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

Infos sur le Document

Livre entier ?
Non
Quels chapitres sont résumés ?
Alle hoofdstukken behalve h8, h12, h16
Publié le
2 janvier 2023
Fichier mis à jour le
2 janvier 2023
Nombre de pages
35
Écrit en
2022/2023
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

Samenvatting sociale psychologie
SEW1
Tyas Van Antwerpen
2022-2023




1

,Inhoud
H1: INLEIDING................................................................................................................................................................................... 3
H2: ONDERZOEKSMETHODEN .......................................................................................................................................................... 4
H0: CONDITIONERING EN LEREN ...................................................................................................................................................... 6
H3: HET SOCIALE ZELF ...................................................................................................................................................................... 7
H4: SOCIALE PERCEPTIE .................................................................................................................................................................. 11
H5: SOCIALE BEÏNVLOEDING .......................................................................................................................................................... 14
H7: ATTITUDES ............................................................................................................................................................................... 17
H9: ANDEREN HELPEN .................................................................................................................................................................... 20
H10: AGRESSIE ................................................................................................................................................................................ 22
H11: GROEPEN ............................................................................................................................................................................... 25
H13: STEREOTYPEN, VOOROORDELEN EN DISCRIMINATIE............................................................................................................. 28
H14: MULTICULTURELE/DIVERSE SAMENLEVING ........................................................................................................................... 30
H15: DUURZAAMHEID .................................................................................................................................................................... 32
H17: DE POLITIEKE WERELD ........................................................................................................................................................... 33




2

,H1: INLEIDING
1.1 Definitie en verwante disciplines
▪ Wetenschappelijke studie naar hoe gedachten, gevoelens, motivaties en gedrag van mensen worden beïnvloed
door aanwezigheid van anderen en hoe we zelf een invloed hebben op anderen
▪ Wetenschappelijk: methoden uit exact-wetenschappelijke disciplines, maar door de complexiteit van gedrag is de
theorie vaak minder goed volledig toetsbaar
▪ Gedrag: overt (waarneembaar) en covert (= cognitieve [denkprocessen], affectieve [emoties] en
motivatiecomponenten [drijfveren])
▪ Aanwezigheid van anderen: feitelijk, voorgesteld of geïmpliceerd, mening van personen die niet aanwezig zijn,
onzichtbare instanties (veronderstelde aanwezigheid, maatschappelijke norm, sociale afkeuring)
▪ Sociologie: ruimere focus op maatschappij, vooral grootschalig bevolkingsonderzoek, beide maatschappelijk belang
▪ Voorbeeld: sociale steun [naasten] (psychologie) – sociaal kapitaal [netwerk] (sociologie)

1.2 De geschiedenis van sociale psychologie
▪ Jaren van bevestiging (1936-1960): onder invloed van beurscrash en WO2 (Hitler), ‘vader van sociale psychologie’
Kurt Lewin (gedrag wordt bepaald door hoe we wereld zien en interpreteren; afhankelijk van persoon en omgeving;
sociale psychologie om maatschappelijke problemen op te lossen)
- Fundamenteel onderzoek: onderzoek met oog op begrip van gedrag door het toetsen van hypothesen die uit
theorie zijn afgeleid
- Toegepast onderzoek: onderzoek met oog op het verbeteren van onze kennis over natuurlijke gebeurtenissen en
het oplossen van praktische problemen
▪ Groei en debat (1960-1975): sociale psychologie toegepast op steeds meer domeinen, teleurstellend in oplossen
maatschappelijke problemen, labo experimenten waren vaak niet oplossend, ethische kritiek op experimenten,
gedomineerd door (blanke) mannelijke onderzoekers
▪ Methodologisch en inhoudelijk pluralisme (1975-heden): sociale cognitie (hoe we info over onszelf en anderen
waarnemen, onthouden en interpreteren), pluralisme (zowel cognitie [koel] als emotie/motivatie [heet]),
internationalisering, variaties op methodologisch vlak (niet enkel labo)
▪ Sociale psychologie in 21ste eeuw: uitbreiding sociale neurowetenschap (link hersenen en sociale processen +
biologische processen), internet (zorgt voor nieuwe onderzoeksmogelijkheden), crosscultureel (studie naar mensen
uit verschillende culturen) en multicultureel (studie naar mensen uit raciale en etnische groepen binnen dezelfde
cultuur), open science (openheid, transparantie, repliceerbaarheid om fraude tegen te gaan → vooral na
Stapelgate-fraude [verzon eigen gegevens in zijn onderzoek])




3

, H2: ONDERZOEKSMETHODEN
2.1 Woord vooraf
▪ Onderzoek over menselijk gedrag: niet via natuurwetten want invloed door vrije wil en controle over eigen keuzes
▪ Cyclisch proces: ideeën ontwikkelen (hypothesen) → ideeën verfijnen (operationaliseren) → ideeën testen
(onderzoeksplannen) → theorie opstellen → nieuwe hypothesen en onderzoeken

2.2 Ideeën ontwikkelen
▪ Hypothese = specifiek voorspelling (vb. mediageweld leidt tot agressie)
▪ Vanuit observatie en praktijkervaring
▪ Vanuit een bestaande theorie
▪ Vanuit wetenschappelijke, sociaalpsychologische literatuur: primaire bronnen (oorspronkelijk onderzoek) en
secundaire bronnen (rapporteren over primaire bron)

2.3 Ideeën verfijnen
▪ Conceptuele variabelen: abstracte variabelen waarop de hypothese betrekking heeft
(vb. attitude, geweld, discriminatie, groepsdruk, agressie,…)
▪ Operationalisering van conceptuele variabelen: nodig om hypothese te toetsen/meten
▪ Operationele variabelen: de manier waarop de conceptuele variabelen worden gemanipuleerd/gemeten
(vb. shockintensiteit, tijd, afstand,…)
▪ Begripsvaliditeit: mate waarin de operationele variabelen de conceptuele variabelen manipuleren of meten
▪ Operationalisering van variabelen d.m.v. zelfbeschrijving: methode waarbij de onderzoeksdeelnemer zelf
gedachten, gevoelens, verlangens en gedrag beschrijft (via vragenlijsten, meervoudige schalen)
- Interne consistentie: de mate waarin items van een vragenlijst/schaal met elkaar samenhangen of correleren
- Beperkingen: sociale wenselijkheid (neiging zichzelf zo positief mogelijk te presenteren), inwilligingstendens
(neiging om akkoord te gaan met veronderstellingen waardoor affirmatief geantwoord wordt), suggestieve vragen
vermijden, effect van antwoordenschaal (neiging om geen extreme antwoorden te geven)
▪ Operationalisering van variabelen d.m.v. gedragsobservatie: codeerschema’s voor moeilijke & concrete observaties
- Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid: mate van overeenstemming tussen de waarnemingen van twee of meer
waarnemers die hetzelfde gedrag beoordelen (best ook werken met objectieve registratie [vb. camera])
- Beperkingen: sociale wenselijkheid (bij besef van observatie, zullen mensen zich anders gedragen), volgorde-effect
(eerste wordt meestal kritischer beoordeeld van laatste)

2.4 Ideeën testen
▪ Beschrijvend onderzoek: gedrag/gevoelens/gedachten van personen beschrijven → interessante hypothesen op het
spoor komen (vragen naar trends en tendensen)
- Observationeel: systematisch observeren van personen, meestal in natuurlijke situaties
(vb. hoeveel mensen geven geld aan bedelaars in een drukke winkelstraat?)
- Archiefonderzoek: studie van bestaande verslagen en documenten (krantenartikelen, misdaadstatistieken,…)
(vb. hoe vaak werden kinderen te vondeling gelegd voor de introductie van de vondelingenschuif en erna?)
- Opiniepeilingen: enquêtes met vragen over attitudes, meningen, gedragingen in een steekproef die representatief
is voor de bestudeerde populatie (opgepast voor representativiteit en vraagstelling)
(vb. hoe groot is het percentage Vlamingen dat zich wil afscheiden van Wallonië?)
▪ Correlationeel onderzoek: zoeken naar verbanden tussen variabelen op basis van beschrijvend onderzoek
- Correlatiecoëfficiënt: statistische indicator die de sterkte en richting v/h verband weergeeft (tussen -1 en +1)
- Enkel bij kwantitatieve variabelen: score, lengte, aantal x, mate van stress,…
- Bij kwalitatieve variabelen: geslacht, woonplaats, afkomst,… → verbanden zoeken tussen variabelen apart voor
bepaalde groepen en dan vergelijken → interactie-effecten
- Voordelen: ethisch onverantwoorde zaken zo soms wel te onderzoeken, talrijke variabelen kunnen tegelijkertijd
worden bestudeerd, grote vrijheid (in labo of ‘in het veld’)
- Nadelen: kan geen oorzaak-gevolg relatie vaststellen (veroorzaakt A B of andersom? Of is er een 3 e factor C?)
→ longitudinaal correlationeel onderzoek: bestudeerde variabelen meten op minstens 2 tijdsmomenten




4

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
tyasvanantwerpen Universiteit Antwerpen
Voir profil
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
31
Membre depuis
2 année
Nombre de followers
20
Documents
13
Dernière vente
6 mois de cela

5,0

9 revues

5
9
4
0
3
0
2
0
1
0

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions