Seriëren:
- Aanbrengen van een volgorde.
Classificeren:
- Groeperen op basis van gemeenschappelijke kenmerken.
Conserveren:
- Inzien dat een hoeveelheid hetzelfde blijft. (Bijv. 5 blokjes op een rij)
Subiteren:
- Het direct of onmiddellijk zien van een kleine hoeveelheid.
Corresponderen:
- 1-op-1 relatie
- Belangrijk bij synchroon tellen.
Aantal (kardinaal):
- Hoeveelheid (bijv. 5 dropjes)
Telgetal (ordinaal):
- nummer 5 in de rij
Meetgetal:
- 5 jaar
Naamgetal:
- bus 5
Rekengetal:
- Twee erbij 3 is 5
Fasen van telontwikkeling:
- Akoestisch tellen
- Van asynchroon naar synchroon tellen, één op één relatie
- Resultatief tellen
- Verschillende betekenissen van getallen
- Verkorte telstrategieën en terugtellen
Tentamen Getallen en bewerkingen
Boek: hele getallen & wiskunde in de praktijk – kennisbasis
InHolland
,Grondregels voor resultatief tellen
- De telrij in de juiste volgorde opzeggen en geen telwoord of voorwerp overslaan.
- Het tellen moet synchroon verlopen (tegelijkertijd aanwijzen en opzeggen, één op één relatie)
- Het laatst uitgesproken telwoord geeft de hoeveelheid aan (kardinaal getal)
Niveaus van ontwikkeling
- T1: betekenisvol tellen (kaarsjes op een verjaardagstaart) ongestructureerd tellen
- T2: Tellen van dingen zonder specifieke betekenis (blokken en fiches) gestructureerde tellen
- T3: formeel tellen is de meest abstracte vorm van tellen, los van context of objecten
Tentamen Getallen en bewerkingen
Boek: hele getallen & wiskunde in de praktijk – kennisbasis
InHolland
, Hoofdstuk 3 – Aanvankelijk rekenen
Wat komt er aan de orde in groep 3 en 4?
- Verkort tellen en gestructureerd tellen eerst tot 20 later tot 100
- Splitsingen tot 10
- Optellen en aftrekken tot 10
- Optellen en aftrekken tussen 10 en 20
- Optellen en aftrekken tot 20 (sprong over het tiental)
- Optellen en aftrekken tot 100
- Getalbegrip tot 1000
- Vermenigvuldigen
De 3 basis strategieën
Rijgmethode - Aanvullen tot 10
- 6 heb ik, ik doe er 4 bij dus dan heb ik 7,8,9,10 en dan tel ik er nog 3 bij dus 11,12,13 –>
rekenen via de 10
Splitsmethode
- splits de 7 in 4 en 3, dan 6 en 4 maakt 10, en 10 en 3 maakt 13
Varia-strategieën
- Bijv. de dubbelstructuur, kralenbeeld op rekenrek (6 boven en 7 onder, je ziet dubbel 6 dat is 12
plus 1 erbij is 13
3 structuurmodellen voor rekenen
Lijnmodel
- Denk aan een getallenlijn
Groepjesmodel Lijnmodel
- Overzichtelijk maken d.m.v. groepjes
- Bijv. turven / vingers / fiches / knopen etc.
Groepjesmodel
Combinatiemodel
- Een gecombineerde lijn-groepjesmodel
Combinatiemodel
Tentamen Getallen en bewerkingen
Boek: hele getallen & wiskunde in de praktijk – kennisbasis
InHolland