SAMENVATTING VISIE OP BEGELEIDEN
1. VISIE OP BEGELEIDEN: DYNAMISCH BEGRIP
a. MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
2. GESCHIEDENIS
a. MEDISCH MODEL
b. ONTWIKKELINGSMODEL
i. NORMALISATIE
ii. INTEGRATIE
c. BURGERSCHAPSMODEL
i. KENMERKEN
ii. INCLUSIE
iii. SOCIALE NETWERKEN
3. EMPOWERMENT
a. THEORETISCHE SITUERING
b. KRACHTGERICHTE ACTIVERINGSMETHODIEKEN OP VERSCH NIVEAUS
i. INDIVIDUEEL NIVEAU
ii. ORGANISATIENIVEAU
iii. GEMEENSCHAPSNIVEAU
c. KERNCONCEPTEN
i. EEN KRACHTENPERSPECTIEF, …
ii. … IN EEN RELATIONEEL PERSPECTIEF …
iii. … MET PARTICIPATIE ALS MOTOR …
d. PERSOONLIJK EMPOWERMENT BINNEN HULPVERLENING
e. VIJF PIJLERS VAN EEN EMPOWERENDE HULPVERLENING
4. VERMAATSCHAPPELIJK VAN DE ZORG
a. DEFINITIE
b. UITDAGINGEN VOOR TOEKOMST
c. WAT IS GOEDE ZORG?
d. MOBILISATIE VAN EEN SOCIAAL KAPITAAL
e. WAT VERMAATSCHAPPELIJKING NIET IS
f. KRITIEK
g. GEVOLGEN
h. MEERVOUDIGHEID: CIRKELMODEL
5. EMANCIPATORISCH WERKEN
a. DEFINITIE
b. BASISHOUDING BINNEN DE BEGELEIDINGSCONTEXT
c. EMANCIPATORISCHE HULPVERLENINGSRELATIE
d. EMANCIPATORISCH OPVOEDEN
e. SPANNINGSVELDEN
f. EMANCIPATIE: KIEZEN WAT JE WILT
i. ZELFKEUZE: SPANNINGSVELD ORGANISATIE VS INDIVIDU
ii. ZELFKEUZE: SPANNINGSVELD GROEP VS INDIVIDU
iii. ZELFKEUZE: SPANNINGSVELD REGELS VS INDIVIDU
, g. EMANCIPATIE: ALLEEN KUNNEN ZIJN – IETS VAN EN VOOR JEZELF – PRIVACY
h. EMANCIPATIE: EIGEN LEVEN KUNNEN LEIDEN
i. OMGAAN MET GEVOELENS
j. OMGAAN MET WEIGERACHTIGHEID EN WEERSTAND
6. HET NIEUWE PARADIGMA: QUALITY OF LIFE
a. PERSOONSGERICHTE ONDERSTEUNINGSMETHODIEK
b. UITGANGSPUNTEN MBT KWALITEIT VAN BESTAAN
c. DOMEINEN KWALITEIT VAN BESTAAN (SCHALOCK & VERDUGO)
d. DRIE FACTOREN IN KWALITEIT VAN BESTAAN
i. PERSOONSGERICHT ONDERSTEUNINGSSYSTEEM
1. INPUT
2. THROUGHPUT
3. OUTPUT
7. DE NIEUWE AUTORITEIT
, 1. VISIE OP BEGELEIDEN: DYNAMISCH BEGRIP
a. MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
i. NAAR EEN MULTICULTURELE SAMENLEVING
- Van unicultuur tot multicultuur
- Diversiteit aan culturele werkelijkheden
ii. VLOED AAN COMMUNICATIEMOGELIJKHEDEN
- Informatiestroom wordt breder en toegankelijker
- Is minder betrouwbaar
- Mensen bepalen zelf wat belangrijk is, waar ze betekenis aan geven
iii. POSTMODERNISTISCHE SAMENLEVING
- Van modernisme naar postmodernisme
- Modernisme:
Aanvaarding van een alles betekende metawaarheid
- Postmodernisme:
Aanvaarding van verschillende waarheden. Mensen vallen terug op zichzelf om het
leven betekenis te geven.
iv. KRITISCHE HOUDING TOT HET GEZAG
- Waarden als kritische ingesteldheid, creativiteit en zelfontplooiing winnen aan
belang
- De overheid wordt meer ter verantwoording geroepen
- Beslissing worden niet zomaar meer aanvaard: vakbonden, klachtendiensten,
meldpunten
v. INDIVIDUALISERING SAMENLEVING
- Van standaardgezin naar nieuwere gezinsvormen
- Meer verantwoordelijkheid voor eigen succes en eigen falen
- Mensen zijn meer op zichzelf aangewezen
- De groep is minder dan vroeger een krachtbron
- Vervreemding, vereenzaming: Jordy Brouillard
vi. TOENEMENDE VERZAKELIJKING
- Economische conjunturele ontwikkeling
- Minder middelen, meer hulpvragen
- Toezicht op ‘de organisatie van de hulpverlening’ vanuit de overheid
- Kwantiteit of kwaliteit?
- Is de hulpverlening efficiënt genoeg?
1. VISIE OP BEGELEIDEN: DYNAMISCH BEGRIP
a. MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
2. GESCHIEDENIS
a. MEDISCH MODEL
b. ONTWIKKELINGSMODEL
i. NORMALISATIE
ii. INTEGRATIE
c. BURGERSCHAPSMODEL
i. KENMERKEN
ii. INCLUSIE
iii. SOCIALE NETWERKEN
3. EMPOWERMENT
a. THEORETISCHE SITUERING
b. KRACHTGERICHTE ACTIVERINGSMETHODIEKEN OP VERSCH NIVEAUS
i. INDIVIDUEEL NIVEAU
ii. ORGANISATIENIVEAU
iii. GEMEENSCHAPSNIVEAU
c. KERNCONCEPTEN
i. EEN KRACHTENPERSPECTIEF, …
ii. … IN EEN RELATIONEEL PERSPECTIEF …
iii. … MET PARTICIPATIE ALS MOTOR …
d. PERSOONLIJK EMPOWERMENT BINNEN HULPVERLENING
e. VIJF PIJLERS VAN EEN EMPOWERENDE HULPVERLENING
4. VERMAATSCHAPPELIJK VAN DE ZORG
a. DEFINITIE
b. UITDAGINGEN VOOR TOEKOMST
c. WAT IS GOEDE ZORG?
d. MOBILISATIE VAN EEN SOCIAAL KAPITAAL
e. WAT VERMAATSCHAPPELIJKING NIET IS
f. KRITIEK
g. GEVOLGEN
h. MEERVOUDIGHEID: CIRKELMODEL
5. EMANCIPATORISCH WERKEN
a. DEFINITIE
b. BASISHOUDING BINNEN DE BEGELEIDINGSCONTEXT
c. EMANCIPATORISCHE HULPVERLENINGSRELATIE
d. EMANCIPATORISCH OPVOEDEN
e. SPANNINGSVELDEN
f. EMANCIPATIE: KIEZEN WAT JE WILT
i. ZELFKEUZE: SPANNINGSVELD ORGANISATIE VS INDIVIDU
ii. ZELFKEUZE: SPANNINGSVELD GROEP VS INDIVIDU
iii. ZELFKEUZE: SPANNINGSVELD REGELS VS INDIVIDU
, g. EMANCIPATIE: ALLEEN KUNNEN ZIJN – IETS VAN EN VOOR JEZELF – PRIVACY
h. EMANCIPATIE: EIGEN LEVEN KUNNEN LEIDEN
i. OMGAAN MET GEVOELENS
j. OMGAAN MET WEIGERACHTIGHEID EN WEERSTAND
6. HET NIEUWE PARADIGMA: QUALITY OF LIFE
a. PERSOONSGERICHTE ONDERSTEUNINGSMETHODIEK
b. UITGANGSPUNTEN MBT KWALITEIT VAN BESTAAN
c. DOMEINEN KWALITEIT VAN BESTAAN (SCHALOCK & VERDUGO)
d. DRIE FACTOREN IN KWALITEIT VAN BESTAAN
i. PERSOONSGERICHT ONDERSTEUNINGSSYSTEEM
1. INPUT
2. THROUGHPUT
3. OUTPUT
7. DE NIEUWE AUTORITEIT
, 1. VISIE OP BEGELEIDEN: DYNAMISCH BEGRIP
a. MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
i. NAAR EEN MULTICULTURELE SAMENLEVING
- Van unicultuur tot multicultuur
- Diversiteit aan culturele werkelijkheden
ii. VLOED AAN COMMUNICATIEMOGELIJKHEDEN
- Informatiestroom wordt breder en toegankelijker
- Is minder betrouwbaar
- Mensen bepalen zelf wat belangrijk is, waar ze betekenis aan geven
iii. POSTMODERNISTISCHE SAMENLEVING
- Van modernisme naar postmodernisme
- Modernisme:
Aanvaarding van een alles betekende metawaarheid
- Postmodernisme:
Aanvaarding van verschillende waarheden. Mensen vallen terug op zichzelf om het
leven betekenis te geven.
iv. KRITISCHE HOUDING TOT HET GEZAG
- Waarden als kritische ingesteldheid, creativiteit en zelfontplooiing winnen aan
belang
- De overheid wordt meer ter verantwoording geroepen
- Beslissing worden niet zomaar meer aanvaard: vakbonden, klachtendiensten,
meldpunten
v. INDIVIDUALISERING SAMENLEVING
- Van standaardgezin naar nieuwere gezinsvormen
- Meer verantwoordelijkheid voor eigen succes en eigen falen
- Mensen zijn meer op zichzelf aangewezen
- De groep is minder dan vroeger een krachtbron
- Vervreemding, vereenzaming: Jordy Brouillard
vi. TOENEMENDE VERZAKELIJKING
- Economische conjunturele ontwikkeling
- Minder middelen, meer hulpvragen
- Toezicht op ‘de organisatie van de hulpverlening’ vanuit de overheid
- Kwantiteit of kwaliteit?
- Is de hulpverlening efficiënt genoeg?