PERSONEN MET EEN VERSTANDELIJKE
BEPERKING
INLEIDING
TERMINOLOGIE
o Word door meer dan alleen intelligentie bepaald.
o VAPH vestigt op drie criteria:
1. Duidelijke beperking in het intellectueel functioneren -> IQ = (-) 70
2. Problemen in het dagelijkse adaptief functioneren. (conceptueel, sociaal en
praktisch vlak)
3. Beperking is voor 18 jaar begonnen. -> ontwikkelingsstoornis.
o Steeds meer aandacht voor de sociaalecologische visie.
o Niet meer gezien als enkel een stoornis in het cognitief functioneren -> wel als
behoefte om ondersteuning te krijgen bij het uitvoeren en deelnemen aan activiteiten.
Intelligentie
o Intelligentie = het vermogen om doelgericht te handelen, rationeel te denken, en
effectief met de omgeving om te aan.
o IQ word via normering bepaald. De scores van jouw leeftijdsgenoten in jouw regio ->
normgroep.
Adaptief functioneren
o Het aanpassingsvermogen van personen om met uitdagingen in het dagelijkse leven
om te gaan.
o Drie domeinen worden onderscheden:
1. Conceptuele domein:
abstracte vaardigheden, zoals: lezen, schrijven, rekenen, redeneren, …
2. Sociale domein:
sociaal-communicatieve vaardigheden die het contact en de interactie met
andere versterkt
3. Praktische domein:
alledaagse vaardigheden in functie van zelfstandigheid, zelfredzaamheid
o Adaptief functioneren en intelligentie vertonen een sterke samenhang.
CIJFERS
o WHO (2007)1: voorkomen van verstandelijke beperking wereldwijd: 1-4%
o Schattingen verschillen volgens:
- Gemiddeld inkomen van landen: minder prenatale screening en zorg , vaker hoge
leeftijd moeder, vaker bloedverwantschap ...
- Leeftijd van de onderzochte populatie: grotere prevalentie bij kinderen > lagere
levensverwachting bij ernstige VB
- De onderzoeksmethode: enkel IQ of ook adaptief functioneren?
BEELDVORMING
WAT TYPEERT DEZE DOELGROEP?
o Zeer brede doelgroep
o 3 gemeenschappelijkheden:
1. Ontwikkelingsachterstand: uit zich op verschillende levensdomeinen.
2. Disharmonische ontwikkeling: algemene ontwikkeling is uit balans. Op
bepaalde domeinen kennen ze een duidelijk ander ontwikkelingstempo. Bv.
lichaam normaal, motorisch trager.
3. Vaker medische en gedragsproblemen.
BEPERKING
INLEIDING
TERMINOLOGIE
o Word door meer dan alleen intelligentie bepaald.
o VAPH vestigt op drie criteria:
1. Duidelijke beperking in het intellectueel functioneren -> IQ = (-) 70
2. Problemen in het dagelijkse adaptief functioneren. (conceptueel, sociaal en
praktisch vlak)
3. Beperking is voor 18 jaar begonnen. -> ontwikkelingsstoornis.
o Steeds meer aandacht voor de sociaalecologische visie.
o Niet meer gezien als enkel een stoornis in het cognitief functioneren -> wel als
behoefte om ondersteuning te krijgen bij het uitvoeren en deelnemen aan activiteiten.
Intelligentie
o Intelligentie = het vermogen om doelgericht te handelen, rationeel te denken, en
effectief met de omgeving om te aan.
o IQ word via normering bepaald. De scores van jouw leeftijdsgenoten in jouw regio ->
normgroep.
Adaptief functioneren
o Het aanpassingsvermogen van personen om met uitdagingen in het dagelijkse leven
om te gaan.
o Drie domeinen worden onderscheden:
1. Conceptuele domein:
abstracte vaardigheden, zoals: lezen, schrijven, rekenen, redeneren, …
2. Sociale domein:
sociaal-communicatieve vaardigheden die het contact en de interactie met
andere versterkt
3. Praktische domein:
alledaagse vaardigheden in functie van zelfstandigheid, zelfredzaamheid
o Adaptief functioneren en intelligentie vertonen een sterke samenhang.
CIJFERS
o WHO (2007)1: voorkomen van verstandelijke beperking wereldwijd: 1-4%
o Schattingen verschillen volgens:
- Gemiddeld inkomen van landen: minder prenatale screening en zorg , vaker hoge
leeftijd moeder, vaker bloedverwantschap ...
- Leeftijd van de onderzochte populatie: grotere prevalentie bij kinderen > lagere
levensverwachting bij ernstige VB
- De onderzoeksmethode: enkel IQ of ook adaptief functioneren?
BEELDVORMING
WAT TYPEERT DEZE DOELGROEP?
o Zeer brede doelgroep
o 3 gemeenschappelijkheden:
1. Ontwikkelingsachterstand: uit zich op verschillende levensdomeinen.
2. Disharmonische ontwikkeling: algemene ontwikkeling is uit balans. Op
bepaalde domeinen kennen ze een duidelijk ander ontwikkelingstempo. Bv.
lichaam normaal, motorisch trager.
3. Vaker medische en gedragsproblemen.