Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Autre

ZSA Opkomende infectieziekten (Emerging infectious diseases)

Note
-
Vendu
-
Pages
25
Publié le
13-10-2022
Écrit en
2021/2022

ZSA Opkomende infectieziekten (Emerging infectious diseases)

Établissement
Cours










Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

École, étude et sujet

Établissement
Cours
Cours

Infos sur le Document

Publié le
13 octobre 2022
Nombre de pages
25
Écrit en
2021/2022
Type
Autre
Personne
Inconnu

Sujets

Aperçu du contenu

ZSA Opkomende
infectieziekten (Emerging
infectious diseases)
Hoofdstuk 18: Zoönosen
Zoönosen = infectieziekte van dier op mens of andersom overgaat. Europese lidstaten
melden elk jaar aan het ECDC (European Centers for Disease Prevention and Control)
de bij mensen vastgestelde zoönosen. De veterinair aangifteplichtige zoönosen
worden gemeld bij de European Food Safety Authority (EFSA).


Zoönosen voor speciale risicogroepen: zwangeren, chronisch zieken,
immuungecompromiteerden en beroepsziekten.
Dit geldt ook voor een aantal zoönosen, zoals infecties veroorzaakt door
- Toxoplasma gondii,
- Chlamydia abortus,
- Listeria monocytogenes,
- Campylobacter,
- Salmonella,
- Yersinia pseudotuberculosis,
- Coxiella burnetii,
- Leptospira,
- brucellasoorten en
- schimmels.

Daarom dienen mensen met een verminderde weerstand zoals jonge kinderen,
ouderen en zwangere vrouwen rondom de partus geen direct én indirect contact met
kleine herkauwers te hebben, ook niet wanneer zij ogenschijnlijk gezond zijn, omdat
een deel van de besmettingen symptoom- loos kan verlopen. Sommige zoönosen
worden vooral gezien bij bepaalde beroepsgroepen, zoals erysipeloïd (vlekziekte ofwel
visroos, een wondinfectie bij o.a. varkenshouders met de bacterie Erysipelothrix rhu-
siopathiae) of melkerskoorts (infectie bij melkers met Leptospira interrogans serovar
Hardjo).

One Health
Voor infectieziekten in Nederland betreft dit nauwe samenwerking tussen de
verschillende instituten en organisa- ties die zich bezighouden met volksgezondheid,
zoals het Cen- trum voor Infectieziektenbestrijding (CIb) van het RIVM en de
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).

18.2 Epidemiologie zoönosen

,- Ecologie: diersoorten, klimaat, temp, vochtigheidsgehalte, bodemgesteldheid en
leefterrein. Reservoirdieren (vogels, plaagdieren) en vectoren (insecten, spinnen).
- Sociaal economisch: stad, bos, paddenstoelen en bosvruchten.
- Migratie dieren: trekvogels en aviaire influenza, honden kunnen teken meenemen,
vossen steeds meer leefgebied mens (vossenlintworm, Echinococcos multilocularis),
import zwerfhonden Oost-Europa of Marokko leidt tot meer rabies.
- Humane voedingsmiddelen: toename transport dieren en dierlijke producten,
onvoldoende opwarmen kant en klaar producten, snel bereiden vlees.
18.3 Overdracht van micro-organismen op de mens door direct contact
Directe overdracht bij contact tussen mens en dier vindt plaats bij brucellose, antrax,
bartonellose, rabiës, Q-koorts, psittacose, severe acute respiratory syndrome (SARS)
en aviaire influenza.

- Brucellose: niet meer in NL, import ziekte. Intracellulaire bac. Consumptie
besmette zuivel zoals rauwmelkse kaas.
- Symptomen: koorts golvend patroon (febris undulans) gevolgd door septische
(oligo)artitis van de grote gewrichten en wervelkolom.
- Diagnose: serologie, bloedkweek, punctiemateriaal of PCR.
- Onverwacht positieve test op het lab: alle medewerkers postexpositieprofylaxe.

- Miltvuur of antrax: B. Antharis bacterie. Transmissie: inademen sporen na
opgraven besmet kadaver, wondjes (port d’entree) of het eten van onvoldoende
verhit, besmet vlees. Komt voor bij mensen die werken met dierenhuiden. Incidentie
zeer laag sinds Destructiewet jaren vijftig en de Wet dieren.

- Katten-krab-ziekte: verwekker is B. Henselae. Bartonella zeer kleine intracellulaire
gramnegatieve staafjes. Kattenkrabziekte en bacillaire angiomatose. Moeilijk te
kweken.
- Pathofysiologie: op port d’entree van krab of beet ontstaat na 3-6 dgen vesiculaire
laesie die na enkele dagen geneest. 1/3 pten lichte koorts, hoofdpijn en algemene
malaise. 1-2 wken na laesie ontstaat regionale lymfadenitis (hals oksel lies). Lymfe
pijnlijk, groot en zachten, draineren naar oppervlakte. Soms spontane genezing,
zichtbare chronische granulomateuze lymfadenitis op preparaat.
- Immuungecomprimenteerde: osteomyelitis, endocarditis, ontsteking lever, milt,
longen of CZS.
- HIV: op de huid subcutaan tumorachtige noduli met ulceratie en korstvorming;
bacilaire angiomatose.
- Epidemiologie: vooral kinderen en jongvolwassenen. NL: 300-1000 per jaar.
Augustus - januari. Kat besmet door vlooienuitwerpselen, vooral katten <24 mnden.
- Diagnostiek: PCR op pus en biopsiemateriaal. Kweek op zilverimpregnatiekleringen
in weefsel, echter enkel zichtbaar acute fase infectie. IgM en IgG aantonen met
ELISA of immunofluorescentietechnieken, minder bruikbaar want ook gezonde
mensen.
- Behandeling: zelflimiterend. Draineren pus opgezette klier. Bij IG pten azitromycine,
erytromycine of doxycycline.

, - Preventie: vlooien bestrijding kat, wond direct spoelen.

- Rabies: honddolheid, rabiesvirus = negatiefstrengs RNA-virus uit familie
rhabdovirussen, met lipide envelop en helicale nucleocapside. Diverse gastheren
zoals vossen, honden, knaagdieren en vleermuizen (bij hen dodelijke encefalicitis).
- Overdracht: speeksel via een bijtwond
- Epidemiologie: jaarlijks 50.000 sterfegevallen wereldwijd, met name Azië.
Beroepsrisico is advies te vaccineren. Het klassieke rabiësvirus (genotype 1)
circuleert niet meer in Nederland, maar de verwante European bat-lyssavirussen
(EBLV 1 en 2) circuleren wel onder vleermuizen.
- Preventie: direct profylaxe in de vorm van vaccinatie na een bijtwond. De
vaccinatiestatus vóór expo- sitie bepaalt het aantal vaccinaties en tevens of er ook
mense- lijk antirabiësimmunoglubuline (MARIG) wordt toegediend. MARIG wordt
alleen uitgeleverd na goedkeuring door het Landelijk Centrum voor
Infectieziektebestrijding (RIVM-LCI).
- Behandeling: Pogingen om rabiëspatiënten te behandelen met geïnduceerd coma
en toediening van rivabirine en amantadine, het zoge- noemde Milwaukee-protocol,
hebben gefaald en dienen niet meer te worden toegepast.

- Q-koorts: verwekker C. Burnetti. Obligaat intracellulaire bacterie, moeilijk te
kweken moet in BioSafetyLevel-3-lab. Kleine, gramnegatieve coccobacillus. Buiten
gastheer als kleine spore, goed bestand tegen wisselde omstandigheden.
- Pathofysiologie: inhalatie, lokale granulomateuze ontsteking die 60% pten
symptoomloos verloopt. Incubatietijd 2-3 wken, extremen 3-30 dgen.
- Acute Q-koorts: asymptomatisch, kan griepachtig ziektebeeld met koorts en
hoofdpijn geven. X-thorax normaal. Longontsteking kan. Eventueel een
symptoomloze hepatitis. Zeldzame complicaties: pericarditis, myocarditis,
aseptische menigitis en encefalitis.
- Chronische Q-koorts: in 1-5% pten kan na jaren acute Q-koorts een chronische vorm
ontstaan. Vasculitis en, minder frequent, endocarditis.
- Epidemiologie: wereldwijd behalve Nieuw-Zeeland. Rundvee, schapen en geiten
dierlijk reservoir. Q-koorts abortusstorm bij dieren, die nauwelijks ziek zijn maar wel
Bac uitscheiden in urine, feces, placentair weefsel en vruchtwater. Grote golf in
2007-2011, daarna verplicht vaccinatie geiten en schapen. Sinds 2013 20-30
gevallen per jaar, met name mannen.
- Diagnostiek: IgM en IgG tegen fase-I en fase-II antigenen, steeds vaker PCR die in de
eerste weken al bacteremie kan aantonen bij acute ziekte of endocarditis.
- Behandeling: meestal zelflimiterend. Symptomatisch doxycycline of quinolonen.
- Preventie: bestrijden infectie veestapel door vaccinatie, beschermen medewerkers.
Pasteuriseren melk.
- Melding: groep C meldingsplicht (geen wettelijke maatregelen, wel vrijwillig)

- Psittacose of ornithose = papegaaienziekte. Verwekker Chlamydia psittaci. Bij
veel vogels. Wisselende klachtenpresentatie, vaak koorts en hoofdpijn. Mogelijk:
faryngitis, hepatosplenomegalie en lymfadenopathie. Diagnose: antistoffen serum
€2,99
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
donnavaneijden Universiteit van Amsterdam
S'abonner Vous devez être connecté afin de suivre les étudiants ou les cours
Vendu
48
Membre depuis
4 année
Nombre de followers
24
Documents
139
Dernière vente
2 mois de cela

3,7

3 revues

5
2
4
0
3
0
2
0
1
1

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions