Aantekeningen Hoorcollege 4 2015-2016
Gelijke behandeling en vakantie
Wat betreft doorwerking van Europees recht moet je een onderscheid maken tussen primaire en
secundaire recht. Primair recht is de VEU (unieverdrag) en VWEU (werkingsverdrag). Voor de
bepalingen in deze verdragen geldt dat als ze voldoende duidelijk en onvoorwaardelijk zijn geformuleerd
en niet afhankelijk van een discretionaire ruimte, dat ze dan rechtstreekse horizontale werking hebben.
Dat betekent dat in een geding tussen particulieren voor de nationale rechter rechtstreeks een beroep kan
worden gedaan op bepalingen uit het VEU en VWEU die aan deze voorwaarden voldoen.
Art. 157 VWEU gelijke beloning voor man en vrouw voor gelijke of gelijkwaardige arbeid.
Deze regel lijkt gericht op de lidstaten maar in Defrenne II-arrest heeft hof gezegd dat het een
resultaatverplichting is aan de lidstaten, dat betekent dat het directe horizontale werking heeft in de
verhouding tussen werkgever en werknemer. Dus als de werkgever een bepaling opneemt in strijd met art.
157 VWEU (p. 707 bundel) dan heeft die bepaling geen rechtskracht.
Gelijke behandeling op grond van nationaliteit. Bosman-arrest: in het verleden mochten maar 3
voetballers uit het buitenland deelnemen. Hof vond dit in strijd met art. 45 VWEU. Vrij verkeer van
werknemers. Dit artikel werkt ook rechtstreeks horizontaal. Werknemers kunnen dus tegen hun werkgever
rechtstreeks een beroep doen op het EU recht.
Dat geldt ook voor verordeningen, verbindend voor de onderdanen van de lidstaten. Daar hoeft geen
omzetting van plaats te vinden in het nationale recht. Voor richtlijnen ligt het anders. Richtlijnen richten
zich in beginsel tot de lidstaten. Art. 288 VWEU, een richtlijn is verbindend teneinde van elk resultaat dat
tot de lidstaat gericht is. Voor de nationale instanties worden de vorm en middelen vrijgelaten daar
moeten ze zelf invulling aan geven. Een richtlijn kun je dus geen rechtstreekse horizontale werking
geven. De nationale rechter moet wel zoveel mogelijk conform de richtlijn uitleggen en de uitspraken van
de HvJ in acht nemen. In beginsel moeten we ons nationale recht zoveel mogelijk uitleggen conform de
uitspraken van de HvJ waar de richtlijn bepaling wordt uitgelegd. Je mag niet zo ver gaan dat je een
bepaling contra legem uitlegt (m.a.w. tegen de wet in), dat strijd met de rechtszekerheid.
Hoewel uitgangspunt is dat de richtlijnen zich tot de staten richten en dus geen horizontale werking
kunnen hebben zie je dat HvJ zegt dat ze in ieder geval niet horizontaal rechtstreeks werken. Als het om
een staat gaat ( het omvat ook B organen of genationaliseerde bedrijven) dan zegt het Hof dan werkt het
verticaal mits termijn is verstreken en de lidstaat in gebreke is gebleven en de bepalingen
onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig zijn geformuleerd. Als de nationale lidstaten niet hun werk
doen en het werkt niet rechtstreeks en je kunt het niet richtlijn conform uitleggen dan kun je de staat
aanspreken voor de schade (Francovich-arrest).
Dit is de algemene lijn maar in het gelijke behandelingsrecht zit daar iets raars. De overwegingen die van
belang zijn vind je in arrest- Van de Pol/KLM. Arrest-Swedex (ookwel Küçükdeveci), mevrouw kwam op
tegen een Duitse regeling waarin staat dat voor de berekening van de opzegtermijn de dienstjaren voor je
25ste niet meetellen. Mevrouw stelde dat regeling discriminatoir is o.g.v. leeftijd. De bepaling kunt je niet
richtlijn uitleggen want dan zou je contra legem uitleggen. Hof zei (deed ook in Mangold-zaak en die
relevante overwegingen vind je ook in Pol/KLM r.o. 4.1) beginsel van non discriminatie o.g.v. leeftijd
moet als een algemeen beginsel van recht van de unie worden beschouwd. Dus beginsel uit de richtlijn
2000/78 moet je op 1 lijn stellen met dat primaire recht. En dat betekent dat de nationale rechter zo nodig
elke met dit beginsel strijdige nationale regel buiten beschouwing moet laten. DUS als het een algemene
regel van unierecht is dan heeft het wel rechtstreekse horizontale werking in die zin dat daarmee strijdige
nationale wettelijke bepalingen buiten toepassing moeten worden gelaten. Hof vond de Duitse regeling
niet strijdig omdat deze regel geldt voor iedereen ongeacht leeftijd tijdens ontslag.