O&D deel 1: module 1
Hoorcollege 24 sep 2020
Leerdoelen
Beschrijf kennisbronnen en hoe deze zich verhouden tot het gebruik van bewijsmateriaal in de praktijk
Definieer klinisch onderzoek en beschrijf het doel
Definieer en geef voorbeelden van kwantitatief en kwalitatief onderzoek
Beschrijf de stappen in het onderzoeksproces.
Definieer en geef voorbeelden van translationeel onderzoek
Bespreek het verschil tussen werkzaamheid en effectiviteit
Beschrijf kenmerken van gerandomiseerde en pragmatische onderzoeken
Beschrijf het translationele continuüm in onderzoek
Definieer en geef voorbeelden van EBP
Leg uit hoe EBP bijdraagt aan klinische besluitvorming
1. Bronnen van kennis
Tr
ad
iti
e
Autoriteit
Ervaring
Deductief & inductief
redeneren
Wetenschappelijk bewijs
Deductief VS inductief redeneren
Deductief:
- Uitgaande van een bepaalde theorie
- Er is een bestaande hypothese
- Je kan dit testen
- Theorie al dan niet bevestigen: conclusie trekken
- Kwantitatief onderzoek
Inductief:
- Niet uitgaande v/e bepaalde theorie
- Observeren; praten, zelf ervaren
- Ziet een bepaald patroon
- Voorlopige hypothese opstellen
- Kwalitatief onderzoek
2. Research types
2.1 Kwantitatief vs kwalitatief onderzoek
Kwalitatief:
Doel: begrijpen/beschrijven
- Ideen ontwikkelen en theoriën formuleren
- Zelf hypotheses opstellen
Basis: inductief
, - Sociaal constructivisme = realiteit is iets sociaals en je kan alleen maar begrijpen als je zelf
iets ervaart
Metingen: subjectieve info
- Geen cijfers of nummers
- Enkel info door te praten met mensen
Methodologie: kleinere groepen
- Interviews afnemen
- Observeren
Steekproefgrootte: eerder klein
Analyse: thema’s identificeren en patronen
OPM: kwalitatief onderzoek word meestal gebruikt om hypotheses op te stellen en die vervolgens te
toetsen adhv kwantitatief onderzoek
Voorbeeld: Als baas van een bedrijf wil je weten hoe tevreden de medewerkers in uw bedrijf zijn.
Voordat u uw enquête gaat opstellen (kwantitatief onderzoek), is het een goed idee om interviews af
te nemen en zo context te verzamelen over de bedrijfscultuur, werkomstandigheden en andere
zaken die specifiek zijn voor uw bedrijf of vakgebied. Tijdens een interview kunt u bovendien
doorvragen, iemands lichaamstaal lezen en andere, meer subtiele hints observeren die bij een meer
kwantitatieve methode over het hoofd worden gezien.
Kwantitatief:
Doel: kwantificeren/generaliseren/voorspellen
- Hypotheses testen
- Bestaande literatuur begrijpen
- Vraagstelling opstellen
- Bias* verminderen
Basis: deductief
- Logisch positivisme = menselijke ervaring is gebaseerd op logische en gecontroleerde
relaties tussen dingen; dingen zijn logisch en volgen een bepaalde structuur, dingen zijn
voorspelbaar, het is waar te nemen
Vb: uit menselijke ervaring leert men dat als je een glas laat vallen, dat het breekt. Wanneer je
aan mensen gaat vragen wat er met het glas zal gebeuren als het valt dan zullen ze het ook zo
voorspellen. Dat is logisch want het is al eens gebeurd.
- Wetenschappelijke methode* (oorzaak-gevolg)
Metingen: meetbaar
- Kunnen getallen op plakken (vandaar KWANTItatief)
- Objectief of subjectief/empirisch = is gebaseerd op een waarneming
Methodologie: grotere groep
- Gebaseerd op Power analyse
- Enquêtes, online surveys en interventies
Steekproefgrootte: eerder groot
Analyse: statitische analyse
Voorbeeld 1: Als baas van een bedrijf wil je weten hoe tevreden de medewerkers in uw bedrijf zijn.
Je laat uw medewerkers hiervoor een enquete invullen.
Voorbeeld 2: Je wil weten welke socialmedia app nu het populairst is bij jonegren tussen de 12 en 18
jaar. Je kunt deze jongeren hiervoor een enquête laten invullen over hun socialmediagedrag, waarin
vragen staan over welke social media zij gebruiken, waarvoor en hoe vaak.
Hoorcollege 24 sep 2020
Leerdoelen
Beschrijf kennisbronnen en hoe deze zich verhouden tot het gebruik van bewijsmateriaal in de praktijk
Definieer klinisch onderzoek en beschrijf het doel
Definieer en geef voorbeelden van kwantitatief en kwalitatief onderzoek
Beschrijf de stappen in het onderzoeksproces.
Definieer en geef voorbeelden van translationeel onderzoek
Bespreek het verschil tussen werkzaamheid en effectiviteit
Beschrijf kenmerken van gerandomiseerde en pragmatische onderzoeken
Beschrijf het translationele continuüm in onderzoek
Definieer en geef voorbeelden van EBP
Leg uit hoe EBP bijdraagt aan klinische besluitvorming
1. Bronnen van kennis
Tr
ad
iti
e
Autoriteit
Ervaring
Deductief & inductief
redeneren
Wetenschappelijk bewijs
Deductief VS inductief redeneren
Deductief:
- Uitgaande van een bepaalde theorie
- Er is een bestaande hypothese
- Je kan dit testen
- Theorie al dan niet bevestigen: conclusie trekken
- Kwantitatief onderzoek
Inductief:
- Niet uitgaande v/e bepaalde theorie
- Observeren; praten, zelf ervaren
- Ziet een bepaald patroon
- Voorlopige hypothese opstellen
- Kwalitatief onderzoek
2. Research types
2.1 Kwantitatief vs kwalitatief onderzoek
Kwalitatief:
Doel: begrijpen/beschrijven
- Ideen ontwikkelen en theoriën formuleren
- Zelf hypotheses opstellen
Basis: inductief
, - Sociaal constructivisme = realiteit is iets sociaals en je kan alleen maar begrijpen als je zelf
iets ervaart
Metingen: subjectieve info
- Geen cijfers of nummers
- Enkel info door te praten met mensen
Methodologie: kleinere groepen
- Interviews afnemen
- Observeren
Steekproefgrootte: eerder klein
Analyse: thema’s identificeren en patronen
OPM: kwalitatief onderzoek word meestal gebruikt om hypotheses op te stellen en die vervolgens te
toetsen adhv kwantitatief onderzoek
Voorbeeld: Als baas van een bedrijf wil je weten hoe tevreden de medewerkers in uw bedrijf zijn.
Voordat u uw enquête gaat opstellen (kwantitatief onderzoek), is het een goed idee om interviews af
te nemen en zo context te verzamelen over de bedrijfscultuur, werkomstandigheden en andere
zaken die specifiek zijn voor uw bedrijf of vakgebied. Tijdens een interview kunt u bovendien
doorvragen, iemands lichaamstaal lezen en andere, meer subtiele hints observeren die bij een meer
kwantitatieve methode over het hoofd worden gezien.
Kwantitatief:
Doel: kwantificeren/generaliseren/voorspellen
- Hypotheses testen
- Bestaande literatuur begrijpen
- Vraagstelling opstellen
- Bias* verminderen
Basis: deductief
- Logisch positivisme = menselijke ervaring is gebaseerd op logische en gecontroleerde
relaties tussen dingen; dingen zijn logisch en volgen een bepaalde structuur, dingen zijn
voorspelbaar, het is waar te nemen
Vb: uit menselijke ervaring leert men dat als je een glas laat vallen, dat het breekt. Wanneer je
aan mensen gaat vragen wat er met het glas zal gebeuren als het valt dan zullen ze het ook zo
voorspellen. Dat is logisch want het is al eens gebeurd.
- Wetenschappelijke methode* (oorzaak-gevolg)
Metingen: meetbaar
- Kunnen getallen op plakken (vandaar KWANTItatief)
- Objectief of subjectief/empirisch = is gebaseerd op een waarneming
Methodologie: grotere groep
- Gebaseerd op Power analyse
- Enquêtes, online surveys en interventies
Steekproefgrootte: eerder groot
Analyse: statitische analyse
Voorbeeld 1: Als baas van een bedrijf wil je weten hoe tevreden de medewerkers in uw bedrijf zijn.
Je laat uw medewerkers hiervoor een enquete invullen.
Voorbeeld 2: Je wil weten welke socialmedia app nu het populairst is bij jonegren tussen de 12 en 18
jaar. Je kunt deze jongeren hiervoor een enquête laten invullen over hun socialmediagedrag, waarin
vragen staan over welke social media zij gebruiken, waarvoor en hoe vaak.
