Tentamenstof Psychodiagnostiek (Alle vereiste testen en college-aantekeningen)
39 vues 4 fois vendu
Cours
Psychodiagnostiek
Établissement
Universiteit Leiden (UL)
Dit document bevat alle informatie die je moet weten voor het tentamen, wat betreft testen die belangrijk zijn en uitwerkingen van de colleges van Psychodiagnostiek.
PSYCHODIAGNOSTIEK OVERZICHT VOOR
TENTAMEN
WEEK 1: I NTRODUCTIE EN GESCHIEDENIS
Aantekeningen algemeen (colleges)
Psychodiagnostiek: maakt gebruik van de empirische cyclus van observeren, inductie, deductie, testen en
evaluatie. De diagnostische cyclus genoemd:
1. Beoordeling van de klachten van cliënt: intake, hulpvraag, historie cliënt
2. Beoordeling van de problemen: clusteren van problemen, risico’s etc.
3. Testen en diagnosticeren: hypotheses, testen kiezen, evaluatie en integratie testresultaten
4. Indicatie: bepalen van interventie of hulp en aanbeveling
Bij de jeugddiagnostiek neem je ook een interview met ouders en docent af. Van het kind doe je vaak ook
observaties maken.
Bij diagnostiek maken we gebruik van een classificatie systeem: de DSM-V of de ICD-10. Problemen hiermee zijn:
1. Je hebt het of wel of niet
2. Niet alle stoornissen in de kindertijd vallen in één groep
3. Waardevolle informatie gaat verloren bij diagnosticeren
4. Diagnostische criteria kunnen makkelijk anders geïnterpreteerd worden
5. Geen goede procedure voor het bepalen van een diagnose
Needs based assesment (NBA):
1. Het toenemen van klinische relevantie van beoordelen van data door informatie te vervangen in
aanbevelingen voor interventies
2. Doelgericht diagnose proces: gericht op de hulpvraag
3. Het richten op relevante risico en protectieve factoren
4. Het combineren van wetenschappelijke kennis met coaching skills
Galton: de vader van het mentale testen.
Soorten testen:
1. Geschiktheidstests: index van een duidelijk omschreven / specifieke vaardigheid die wordt gebruikt om
succes te voorspellen in onderwijs / beroep
2. Projectieve tests: index van onbewuste motieven, behoeften, emoties
3. Persoonlijkheidstests: index van eigenschappen, kwaliteiten of gedragingen. Voorspellen van toekomstig
gedrag
4. Interesse-inventaris: index van een voorkeur voor bepaalde activiteiten
5. Neuropsychologische testen: index van een groot aantal vaardigheden om de plaats, mate, en
gedragsmatige gevolgen van hersenletsel
Hoofdstuk 1: n.v.t.
,Hoofdstuk 2: Geschiedenis
Chinese test BC: Psychologische test waarbij chinezen werden getest om Mandarijnen te kunnen worden.
Beoordeeld of ze goed bij het werk zouden passen. Werden getest op burgerlijke wet, militaire conflicten,
agricultuur, geografie en opbrengsten. Diegene die deze test haalden werden Mandarijnen. Erg subjectieve test.
Fysiognomie: psychologische testen voornamelijk gebaseerd op de beoordeling van het uiterlijk van mensen.
Door Aristoteles (de ziel zie je terug in het uiterlijk van het lichaam) en Lavatar (persoonlijkheid en karakter kun
je beoordelen op gezichtskenmerken).
Frenologie: het aflezen van knobbels van het hoofd van mensen geeft een index van mentale functies (Gall). De
psychograaf, ontwikkelt door Lavery, zorgde voor de meting van deze knobbels. Een knobbel = een ontwikkeling
van een mentale functie die gezorgd heeft voor het groter worden van dat breingebied.
Brass-instrumenten: vroege experimentele psychologie focuste op introspectie van intelligentie, door reactietijd
te meten en te letten op sensorische informatieverwerking. Dit ging over op objectieve procedures die
gerepliceerd konden worden.
Binet-Simon scale: Schaal voor het meten van intelligentie, met voornamelijk verbale vaardigheden. Bedoeld voor
kinderen met lage intelligentie, in speciaal onderwijs. Alfred Binet introduceerde voor het eerst: mentale leeftijd.
Stanford-Binet: Intelligentietest die voor het eerst het IQ introduceert. Latere versies geven een basis voor
kwantiatieve analyse van verbale en non-verbale intelligentie en andere sub-componenten van intelligentie. Deze
test bevat instructies voor het afnemen van de test, is voor een breed publiek en maakt gebruik van
gestandaardiseerde maten.
Army Alpha en Beta examinaties: test of rekruten geschikt waren, ze werden geclassificeerd en op deze manier
op de juiste functie ingezet. Alfa = 8 verbale testen voor goed/hoog gemiddeld functioneren. Beta = non-verbaal
en bedoeld voor ongeletterden met andere moedertaal. Goede test want er is veel ervaring opgedaan over
psychometrie en testconstructen.
Persoonlijke data sheet: gekeken naar de ontvankelijkheid van psychoneurose bij WOI rekruten
Paper 1 en 2: Beoordelingen voor interventies (AFI)
Ontwikkelingen in beoordelingen:
1. Beoordeling voor verbetering: wat voor de een goed is, is ook goed voor de anderen eromheen.
2. Beoordeling focussen op de needs van student en niet stoornissen
3. Beoordeling focussen op oplossingen en krachten van cliënten
4. Toename van therapeutische waarde zorgt voor meer functionele beoordeling
5. Welke leeftijd kinderen ook hebben, ze moeten participeren in het beoordelingsproces
6. De beoordeling moet zo evidence-based mogelijk zijn.
AFI is functioneel als het leidt tot het beter begrijpen van de problematische situatie (diagnose) en verdere
aanbevelingen geeft over hoe die situatie op te lossen (interventie). AFI verschilt van andere
beoordelingsmodellen doordat het praktijk-gebaseerd is en richtlijnen geeft over het combineren van kennis
vanuit verschillende invalshoeken (beoordelaar, docent, student, ouders), zodat de uitkomst het beste is voor
het kind. Het focust dus op de inhoud van de stappen van dit model. Zeven principes van AFI:
1. Doelgericht (aanbevelingen moeten betekenis hebben en nuttig zijn voor de cliënt)
2. Transactioneel perspectief (niet alleen focussen op kind, maar ook op oudersupport en docentschap)
3. Focus op educationele needs (wat heeft het kind nodig om doel te bereiken)
4. Needs docenten en ouders (wat hebben zij nodig om het kind te helpen leren)
5. Niet alleen focussen op risico factoren maar ook protectieve factoren
, 6. De psycholoog werkt samen met docent, ouders en student
7. AFI model volgt een systematisch en transparant proces
Vijf stages van AFI:
1. Intake: informatie verzamelen
2. Strategie: is stage 3 nodig of kunnen we door naar stage 4 met wat we nu hebben?
3. Onderzoek: beantwoorden van vragen die nog missen
4. Integratie, doelen en needs: hoe kan de situatie het best worden begrepen?
5. Aanbevelingen, afspraken en feedback: cliënt krijgt informatie over de uitkomsten van de beoordelingen.
Zijn/haar vragen worden beantwoord en doelen worden uitgezocht en gematcht met needs. De cliënt
kiest uiteindelijk de interventie met de hoogste kans op succes.
De participatie van ouders, docenten en studenten maakt het proces betekenisvol en zorgt voor een brug tussen
beoordeling en interventie. In het AFI-model is de psycholoog zowel een wetenschapper als een coach.
Ouderlijk support van leren: ouderlijke betrokkenheid bij de educatie van het kind, ouderlijk toezicht en
ouderlijke verwachtingen.
Rollen en verantwoordelijkheden: studenten zijn co-onderzoekers, docenten zijn educationele professionals,
ouders zijn expert door ervaring en schoolpsychologen zijn verantwoordelijk voor de beoordeling.
Veranderingsgeoriënteerde hypothese: focust op verandering met de antecedenten als veroorzakers van gedrag
en de consequenties (het gevolg van gedrag).
WEEK 2: D E I NTAKE, DE STRATEGIE EN DE GEDRAGSBEOORDELING
Aantekeningen algemeen (colleges)
De rol van een psycholoog: diagnose stellen, achtergrond informatie inzien, aanbevelingen geven, zichzelf
onderwijzen en problemen bespreken.
Het doel van de intake: verhelderen hulpvraag, begrijpen probleem, invloed ouders, ontwikkelingsbeoordeling,
interpretatie van testresultaten, inzicht in procedures geven, aan de therapeutische band werken.
7 stappen van de intake:
1. Doorverwijzing, presentatie klachten, wensen en verwachtingen
2. Klachten en positieve aspecten
3. Gedragingen die zorgen voor het objectiveren van klachten en positieve aspecten
4. Attributies: hoe ervaart de cliënt de klachten zelf?
5. Metingen en gewenste oplossingen: zijn er al metingen gedaan en wat waren toen de resultaten?
6. Details van onderwijs en ouderomgeving
7. Overeenkomst tussen cliënt en psycholoog -> diagnostische vragen en benadering
Cliënt-therapeut relatie: eerste moment contact is bij intakegesprek, daarom is het belangrijk dat er dan
vertrouwen ontstaat. Sympathie: is ergens boven staan. Empathie: is naast iemand gaan staan, connectie.
Connectie krijg je door actief luisteren tijdens het gesprek: zoveel verbaal als non-verbaal.
De anamnese (voorgeschiedenis): wanneer begonnen, oorzaken en gevolgen? Dit is specifiek. Meer level functies
zijn: emotioneel, cognitief functioneren en familierelaties etc.
Hulpvraag: is breed en geformuleerd vanuit cliënt. Specifieke vragen om de hulpvraag te kunnen beantwoorden.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur janiellehoegee02. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.