Biologie
Thema 4: Classificeren van dieren
Basiskenmerken van dieren
- Meercellig
- Eukaryoot
- Geen bladgroenkorrels
- Geen celwand
- Heterotroof
- Ingewikkelde lichaamsbouw
Lichaamssymmetrie
1) Niet-symmetrisch
- Op geen enkele manier symmetrisch
Bv. sponzen
2) Veelzijdig symmetrisch
- Op meerdere manieren 2 spiegelende helften
Bv. zeester
3) Tweezijdig symmetrisch
- Op 1 manier 2 spiegelende helften
- Nooit exact gelijk
Bv. mens
Darmzak of doorlopend darmkanaal?
1) Geen spijsverteringsstelsel
- Water filteren via kleine poriën
- Kraagcellen = gespecialiseerde voedingscellen nemen voeding op
Bv. sponzen
2) Darmzak
- Mond functioneert ook als anus
Bv. Kwal / platworm
3) Doorlopend darmkanaal
- Buis met 2 openingen mond + anus
- Meeste andere dieren
Segmentatie
= geleed = opgebouwd uit achter elkaar gelegen (+/- gelijke) delen of
segmenten
, Perfect gesegmenteerd dier bestaat niet steeds kleine verschillen
Ringwormen (= gelede wormen) zowel uit- als inwendig
gesegmenteerd
Geleedpotigen enkel uitwendig gesegmenteerd met elkaar
vergroeid
Chordadieren wervelkolom vertoont segmenten
Gelede aanhangsels?
= gepaarde aanhangsels
- Komt voor bij de geleedpotigen
- Lichaam = geleed (= achter elkaar gelegen delen, die min of meer
gelijkvormig zijn)
Skelet
= onderdelen die zorgen voor stevigheid en bescherming
Exoskelet = uitwendig skelet
- Skelet aan de buitenkant
- vb. mossel, geleedpotigen, …
Endoskelet = inwendig skelet
- Skelet aan de binnenkant
- vb. mens, spons, zeester, …
Hydroskelet = geen echt skelet
- Stevigheid ontstaat door opzwelling d.m.v. lichaamsvocht
- vb. regenworm, oorkwal, …
Chorda
= plooibare staaf van elastisch steunmateriaal geeft extra steun in de
rug
Gewervelden = vertebraten
Thema 4: Classificeren van dieren
Basiskenmerken van dieren
- Meercellig
- Eukaryoot
- Geen bladgroenkorrels
- Geen celwand
- Heterotroof
- Ingewikkelde lichaamsbouw
Lichaamssymmetrie
1) Niet-symmetrisch
- Op geen enkele manier symmetrisch
Bv. sponzen
2) Veelzijdig symmetrisch
- Op meerdere manieren 2 spiegelende helften
Bv. zeester
3) Tweezijdig symmetrisch
- Op 1 manier 2 spiegelende helften
- Nooit exact gelijk
Bv. mens
Darmzak of doorlopend darmkanaal?
1) Geen spijsverteringsstelsel
- Water filteren via kleine poriën
- Kraagcellen = gespecialiseerde voedingscellen nemen voeding op
Bv. sponzen
2) Darmzak
- Mond functioneert ook als anus
Bv. Kwal / platworm
3) Doorlopend darmkanaal
- Buis met 2 openingen mond + anus
- Meeste andere dieren
Segmentatie
= geleed = opgebouwd uit achter elkaar gelegen (+/- gelijke) delen of
segmenten
, Perfect gesegmenteerd dier bestaat niet steeds kleine verschillen
Ringwormen (= gelede wormen) zowel uit- als inwendig
gesegmenteerd
Geleedpotigen enkel uitwendig gesegmenteerd met elkaar
vergroeid
Chordadieren wervelkolom vertoont segmenten
Gelede aanhangsels?
= gepaarde aanhangsels
- Komt voor bij de geleedpotigen
- Lichaam = geleed (= achter elkaar gelegen delen, die min of meer
gelijkvormig zijn)
Skelet
= onderdelen die zorgen voor stevigheid en bescherming
Exoskelet = uitwendig skelet
- Skelet aan de buitenkant
- vb. mossel, geleedpotigen, …
Endoskelet = inwendig skelet
- Skelet aan de binnenkant
- vb. mens, spons, zeester, …
Hydroskelet = geen echt skelet
- Stevigheid ontstaat door opzwelling d.m.v. lichaamsvocht
- vb. regenworm, oorkwal, …
Chorda
= plooibare staaf van elastisch steunmateriaal geeft extra steun in de
rug
Gewervelden = vertebraten