NEUROWETENSCHAPPEN
Bachelor in de orthopedagogie – Hogeschool Gent
DEPOORTER KAYLEY
, Neurowetenschappen les 1:
het zenuwstelsel
Inleiding
Algemene kennis vd bouw (neuro-anatomie) en werking/functie vh zenuwstelsel
(neurofysiologie)
Relatie hersenen – cognitie – emoties en gedrag (neuropsychologie), momenteel weten we
nog altijd heel weinig vd relatie tssn hersenen en gedrag
Toenemende kennis over het menselijk brein opent nieuwe deuren, nieuwe mogelijkheden,
nieuwe toepassingen en stelt ons voor nieuwe (ethische) vragen ‘hoe kan het dat…?’
Voortdurend in evolutie
Hersenen aan het werk
Complex orgaan
o ‘Het brein heeft in wetenschap en media alle aandacht, maar de eerlijkheid gebiedt
ons te stellen dat we nog erg weinig snappen van onze eigen hersenen’
Voor het uitvoeren v bepaalde taken en handelingen zijn miljoenen zenuwcellen nodig,
verspreid over verschillende gebieden in je brein:
o Prefrontale cortex: waar brein bewuste beslissing neemt om een taak uit te voeren
o Premotorische cortex: waar je de instructies formuleert om de taak uit te voeren
o Motorische cortex: instructies van de premotorische cortex doorgeven nr de spieren
o Kleine hersenen/cerebellum: houdt toezicht over het ganse proces
Een orkest zonder dirigent
o Geen enkel hersengebied heeft een monopolie op een bepaalde functie of gedrag
een hersencentrum dat volledig autonoom instaat bestaat niet
o Diverse hersengebieden functioneren als een soort orkest, zonder dirigent
2,5% vh lichaamsgewicht (1,5kg)
Staat in voor 20-25% v ons energieverbruik
Soms ook wel eens fouten; hersenschimmen
o De verklaring ligt in de manier waarop de hersenen interpreteren wat wij zien
Grote fouten
, o Bv. afsterven v neuronen Parkinson of Alzheimer
o Bv. bacteriële of virale infecties hersen -of hersenvliesontsteking
o Bv. stremming vd bloedtoevoer herseninfarct
o Bv. tumoren structurele beschadiging vd hersenen
o Soms ook minder aanwijsbare organische etiologie, maar wel stoornissen
o 1/3 vd totale gezondheidszorg gaat naar aandoeningen vd hersenen
o Medicijnen ter ingrijping op de werking vd hersenen: meesten werken in op de
overdracht v signalen tussen zenuwcellen (verzwakken, versterken of moduleren de
actie van neurotransmitters), sommigen voor een bescherming vh neuron
De anatomische positie
Vanuit welke richting/as kijken we naar een anatomische structuur?
o Richting 1: craniaal, caudaal, ventraal, dorsaal
Craniaal: bewegen naar het hoofd
Caudaal: bewegen naar de voeten
Ventraal: bewegen naar de neus
Dorsaal: bewegen naar de rug
o Richting 2: mediaal, lateraal, proximaal, distaal
Mediaal: bewegen naar het midden
Lateraal: bewegen naar de zijkanten
Proximaal: positie op het lidmaat dichter bij de romp
Distaal: positie op het lidmaat verder van de romp
, o Richting 3: contraletaal, ipsilateraal, bilateraal
Contraletaal: twee structuren id tegenovergestelde lichaams/hersenhelften
Ipsilateraal: twee structuren liggen in dezelfde lichaams/hersenhelft
Bilateraal: structuren die in beide lichaams/hersenhelften gelegen zijn
o Richting 4: afferent, efferent
Afferent:
= aanvoerend
Naar het centraal zenuwstelsel toe
Ontvangen info
Periferie CZS
Efferent:
= afvoerend
Van het centraal zenuwtstelsel af
Sturen info
CZS periferie
Bachelor in de orthopedagogie – Hogeschool Gent
DEPOORTER KAYLEY
, Neurowetenschappen les 1:
het zenuwstelsel
Inleiding
Algemene kennis vd bouw (neuro-anatomie) en werking/functie vh zenuwstelsel
(neurofysiologie)
Relatie hersenen – cognitie – emoties en gedrag (neuropsychologie), momenteel weten we
nog altijd heel weinig vd relatie tssn hersenen en gedrag
Toenemende kennis over het menselijk brein opent nieuwe deuren, nieuwe mogelijkheden,
nieuwe toepassingen en stelt ons voor nieuwe (ethische) vragen ‘hoe kan het dat…?’
Voortdurend in evolutie
Hersenen aan het werk
Complex orgaan
o ‘Het brein heeft in wetenschap en media alle aandacht, maar de eerlijkheid gebiedt
ons te stellen dat we nog erg weinig snappen van onze eigen hersenen’
Voor het uitvoeren v bepaalde taken en handelingen zijn miljoenen zenuwcellen nodig,
verspreid over verschillende gebieden in je brein:
o Prefrontale cortex: waar brein bewuste beslissing neemt om een taak uit te voeren
o Premotorische cortex: waar je de instructies formuleert om de taak uit te voeren
o Motorische cortex: instructies van de premotorische cortex doorgeven nr de spieren
o Kleine hersenen/cerebellum: houdt toezicht over het ganse proces
Een orkest zonder dirigent
o Geen enkel hersengebied heeft een monopolie op een bepaalde functie of gedrag
een hersencentrum dat volledig autonoom instaat bestaat niet
o Diverse hersengebieden functioneren als een soort orkest, zonder dirigent
2,5% vh lichaamsgewicht (1,5kg)
Staat in voor 20-25% v ons energieverbruik
Soms ook wel eens fouten; hersenschimmen
o De verklaring ligt in de manier waarop de hersenen interpreteren wat wij zien
Grote fouten
, o Bv. afsterven v neuronen Parkinson of Alzheimer
o Bv. bacteriële of virale infecties hersen -of hersenvliesontsteking
o Bv. stremming vd bloedtoevoer herseninfarct
o Bv. tumoren structurele beschadiging vd hersenen
o Soms ook minder aanwijsbare organische etiologie, maar wel stoornissen
o 1/3 vd totale gezondheidszorg gaat naar aandoeningen vd hersenen
o Medicijnen ter ingrijping op de werking vd hersenen: meesten werken in op de
overdracht v signalen tussen zenuwcellen (verzwakken, versterken of moduleren de
actie van neurotransmitters), sommigen voor een bescherming vh neuron
De anatomische positie
Vanuit welke richting/as kijken we naar een anatomische structuur?
o Richting 1: craniaal, caudaal, ventraal, dorsaal
Craniaal: bewegen naar het hoofd
Caudaal: bewegen naar de voeten
Ventraal: bewegen naar de neus
Dorsaal: bewegen naar de rug
o Richting 2: mediaal, lateraal, proximaal, distaal
Mediaal: bewegen naar het midden
Lateraal: bewegen naar de zijkanten
Proximaal: positie op het lidmaat dichter bij de romp
Distaal: positie op het lidmaat verder van de romp
, o Richting 3: contraletaal, ipsilateraal, bilateraal
Contraletaal: twee structuren id tegenovergestelde lichaams/hersenhelften
Ipsilateraal: twee structuren liggen in dezelfde lichaams/hersenhelft
Bilateraal: structuren die in beide lichaams/hersenhelften gelegen zijn
o Richting 4: afferent, efferent
Afferent:
= aanvoerend
Naar het centraal zenuwstelsel toe
Ontvangen info
Periferie CZS
Efferent:
= afvoerend
Van het centraal zenuwtstelsel af
Sturen info
CZS periferie