2020 – Inleiding Straf- en Strafprocesrecht – Week 6
2020 – Inleiding Straf- en Strafprocesrecht – Week 6
Onderwerpen:
- Instrumentaliteit en rechtsbescherming
- Verdachte en verdenking
- Opsporing
Data colleges:
Zie Osiris voor nadere informatie omtrent de data en tijdstippen van het online
werkcollege. Je kunt het werkcollege volgen via Canvas > Conferences door de link
aan te klikken. De online bijeenkomst wordt een kwartier voor aanvang opengezet
zodat je op tijd kunt inloggen.
Studieadvies:
1. Bestudeer de onderstaande verplichte literatuur en jurisprudentie;
2. Bekijk de opnames van het hoorcollege behorend bij week 6 (zie Canvas >
Modules > Week 6) en betrek daarbij de slides die ook op Canvas te vinden zijn;
3. Bereid de opdrachten uit deze syllabus voor (inclusief de zelfstudie-opdrachten);
4. Neem actief deel aan het online werkcollege;
5. Maak een goede samenvatting ter voorbereiding van het tentamen.
Verplichte literatuur (alleen tekst in grote letters; de kleine letters mogen worden
overgeslagen):
- Corstens/Borgers en Kooijmans – Het Nederlands Strafprocesrecht:
- HS 1
- HS 2
- HS 3 par. 1 en 2
- HS 4 par. 3
- HS 10 par. 1, p. 297-300 (tot aan ‘vroegsporing’) en par. 4
1
, 2020 – Inleiding Straf- en Strafprocesrecht – Week 6
Verplichte jurisprudentie:
1. Muilkorf, HR 12 april 1897, W6954
2. Hollende kleurling, Hof Amsterdam 3 juni 1977, NJ 1978/601
3. Braak bij binnentreden, HR 12 december 1978, NJ 1979/142 (m.nt. GEM)
4. Plastic boodschappentasje, HR 29 september 1981, NJ 1982/258
5. Damrak, HR 6 december 1983, NJ 1984/442
6. Verhoor, HR 6 november 2018, NJ 2019/309 (m.nt. T. Kooijmans)
Aanbevolen literatuur:
- Corstens/Borgers en Kooijmans – Het Nederlands Strafprocesrecht:
- HS 4 par. 5, 7 en 9
- T. Kooijmans, ‘Europeanisering van het strafprocesrecht: het strafvorderlijk
legaliteitsbeginsel gemuilkorfd?’, RM Themis, 2019/6
Aanbevolen jurisprudentie:
1. Salduz, EHRM 27 november 2008, NJ 2009/14
2. Blowverbod, HR 13 oktober 2015, NJ 2015/468 (m.nt. N. Rozemond)
Leerdoelen:
Na bestudering van de literatuur en de jurisprudentie en na actieve deelname aan de
colleges:
- kan een student de doelen van het Nederlandse strafprocesrecht benoemen;
- kan een student het karakter van het Nederlandse strafprocesrecht beredeneren;
- is een student in staat om de bronnen van het strafprocesrecht te benoemen en de
onderlinge verhouding ervan uit te leggen;
- kan een student de betekenis van art. 1 Sv weergeven;
- is een student in staat om weer te geven wat onder opsporing en strafvordering
wordt verstaan;
- kan een student de uitgangspunten met betrekking tot de verdenking weergeven in
een beargumenteerd betoog;
- kan een student beargumenteren of in een bepaalde zaak gesproken kan worden
van een verdachte;
2
2020 – Inleiding Straf- en Strafprocesrecht – Week 6
Onderwerpen:
- Instrumentaliteit en rechtsbescherming
- Verdachte en verdenking
- Opsporing
Data colleges:
Zie Osiris voor nadere informatie omtrent de data en tijdstippen van het online
werkcollege. Je kunt het werkcollege volgen via Canvas > Conferences door de link
aan te klikken. De online bijeenkomst wordt een kwartier voor aanvang opengezet
zodat je op tijd kunt inloggen.
Studieadvies:
1. Bestudeer de onderstaande verplichte literatuur en jurisprudentie;
2. Bekijk de opnames van het hoorcollege behorend bij week 6 (zie Canvas >
Modules > Week 6) en betrek daarbij de slides die ook op Canvas te vinden zijn;
3. Bereid de opdrachten uit deze syllabus voor (inclusief de zelfstudie-opdrachten);
4. Neem actief deel aan het online werkcollege;
5. Maak een goede samenvatting ter voorbereiding van het tentamen.
Verplichte literatuur (alleen tekst in grote letters; de kleine letters mogen worden
overgeslagen):
- Corstens/Borgers en Kooijmans – Het Nederlands Strafprocesrecht:
- HS 1
- HS 2
- HS 3 par. 1 en 2
- HS 4 par. 3
- HS 10 par. 1, p. 297-300 (tot aan ‘vroegsporing’) en par. 4
1
, 2020 – Inleiding Straf- en Strafprocesrecht – Week 6
Verplichte jurisprudentie:
1. Muilkorf, HR 12 april 1897, W6954
2. Hollende kleurling, Hof Amsterdam 3 juni 1977, NJ 1978/601
3. Braak bij binnentreden, HR 12 december 1978, NJ 1979/142 (m.nt. GEM)
4. Plastic boodschappentasje, HR 29 september 1981, NJ 1982/258
5. Damrak, HR 6 december 1983, NJ 1984/442
6. Verhoor, HR 6 november 2018, NJ 2019/309 (m.nt. T. Kooijmans)
Aanbevolen literatuur:
- Corstens/Borgers en Kooijmans – Het Nederlands Strafprocesrecht:
- HS 4 par. 5, 7 en 9
- T. Kooijmans, ‘Europeanisering van het strafprocesrecht: het strafvorderlijk
legaliteitsbeginsel gemuilkorfd?’, RM Themis, 2019/6
Aanbevolen jurisprudentie:
1. Salduz, EHRM 27 november 2008, NJ 2009/14
2. Blowverbod, HR 13 oktober 2015, NJ 2015/468 (m.nt. N. Rozemond)
Leerdoelen:
Na bestudering van de literatuur en de jurisprudentie en na actieve deelname aan de
colleges:
- kan een student de doelen van het Nederlandse strafprocesrecht benoemen;
- kan een student het karakter van het Nederlandse strafprocesrecht beredeneren;
- is een student in staat om de bronnen van het strafprocesrecht te benoemen en de
onderlinge verhouding ervan uit te leggen;
- kan een student de betekenis van art. 1 Sv weergeven;
- is een student in staat om weer te geven wat onder opsporing en strafvordering
wordt verstaan;
- kan een student de uitgangspunten met betrekking tot de verdenking weergeven in
een beargumenteerd betoog;
- kan een student beargumenteren of in een bepaalde zaak gesproken kan worden
van een verdachte;
2