MOB 3A WPO
Extremiteiten
Phebe Goris
2020-2021
, ENKEL-VOET
INLEIDING
Doel SFO
Specifieker onderzoek naar functiestoornissen in het gewricht
Bv artritis, immobilisatie, degeneratie
BFO SFO
SFO
o Brug naar de therapie
o Elasticiteit van het gewrichtskapsel onderzoeken
o Invloed translatie(-angulatie) op ROM en reactiviteit nagaan
Kennis artrokinematica is cruciaal
Beweging beschrijven obv de vorm van de gewrichten
Beweging = rotatie + translatie
→ Opgelet: convex-concaaf regel vs biomechanische 3D-studies
Translatie wordt:
→ Hierdoor blijft de druk verdeeld in het gewricht + kapselspanning niet te overmatig
o Passief gestuurd door kapsulo-ligamentaire spanning
o Actief gestuurd door spierwerking
Mechanische eigenschappen van bindweefsel:
o Load-deformation
o Elastische vs plastische deformatie
o Kruipgedrag
o Stress-relaxatie
o Strainrate dependency (vanWingerden,1997)
Principe:
Tibia = concaaf
Talus = convex
CCR = convex-concaaf regel
N-CCR = niet convex-concaaf
regel
1
,Mechanische eigenschappen bindweefsel
Elastische deformatie = toe region
Plastische deformatie = linear region
→ Actuele eindgrens verschuiven naar fysiologische
eindgrens door aangehouden rek met weinig maar
constant aangehouden kracht obv het verbreken van
intermoleculaire cross-links:
o H-verbindingen zijn relatief makkelijk te verbreken
o N-verbindingen zijn moeilijk te verbreken
Kruipgedrag = toenemende bindweefsel-vervorming in de tijd bij constant aangehouden kracht die na
een tijd een plateau bereikt
Stress-relaxation = bij het constant op rek brengen van bindweefsel zal er initieel een sterke mate van
spanning waarneembaar zijn die na verloop van tijd zal afnemen
Strain rate dependent = weerstand tegen rek zal groter zijn wanneer bindweefsel snel op rek wordt in
vgl met iets traag op rek brengen
Artrokinematica Art. talocruralis
= bovenste spronggewricht
Volgens convex- concaaf regel:
o DF: talus rolt naar ventraal, translatie (glijden) naar dorsaal
o PF: talus rolt naar dorsaal, translatie naar ventraal
→ Hier wordt enkel rekening gehouden met puur 2 botstukken
Maar: 3D studies De asla (2006) & Caputo (2009) = niet-convex-concaaf regel
o DF: translatie talus naar ventraal
o PF: translatie talus naar dorsaal
→ Hier wordt ook rekening gehouden met ligamentaire structuren die een invloed hebben alsook de
Fz.
Artrokinematica tibiofibulair
Tibiofibulaire syndesmose: bij 3D onderzoek (Nault et al 2017) van PF naar DF ziet men:
o Translatoire mobiliteit vnl te detecteren vanuit PF naar neutrale stand
o Exorotatie en laterale verplaatsing fibula
o Minimale translatie van fibula naar dorsaal tov tibia
Anterieure verplaatsing fibula tov tibia: plantaire flexie
Dorsale verplaatsing fibula tov tibia: dorsiflexie
2
, JOINTPLAY ENKEL
Talocruraal: dorsiflexie (N-CCR, fysiologisch)
= translatie talus naar ventraal
UH P: zijlig, flexie knie, flexie heup, enkel in dorsiflexie
UH T: staand, voet van P thv je navel (je kan je buikspieren eventueel opspannen), met je schouders
over de P hangen, je buik is richting de patiënt
Uitvoering: met je ene hand ga je de tibia stabiliseren naar dorsaal. De andere hand omvat de talus
langs dorsaal (hand net onder de maleoli). Zorg ervoor dat je onderarmen loodrecht op de enkel
staan. We gaan nu vanuit een zekere actuele eindstand nagaan of er een translatoire beweging
mogelijk is naar ventraal.
Talocruraal: dorsiflexie (N-CCR)
= translatie talus naar ventraal
UH P: in kniezit, voet over de rand van de tafel, kussen als ondersteuning
UH T: staand, voet van P op het bovenbeen
Uitvoering: met onze niet-gelijknamige hand gaan we het onderbeen stabiliseren tegen de tafel. We
brengen de voet in een zekere dorsiflexie. We plaatsen ons zwemvlies van de gelijknamige hand op de
achterkant van de talus (onder de maleoli) en voeren dan een translatie naar ventraal uit. De arm
moet loodrecht op de enkel staan.
Talocruraal: dorsiflexie (CCR, afysiologisch)
= translatie talus naar dorsaal
Volgens 3-dimensioneel onderzoek gebeurt dit niet echt, maar toch is dit soms interessant na
immobilisatie waarbij het achterste gewrichtskapsel verkort is of wanneer er bij de patiënt een
vermoeden is van een geblokkeerd gewricht (de talus zit niet helemaal op zijn plaats).
3
Extremiteiten
Phebe Goris
2020-2021
, ENKEL-VOET
INLEIDING
Doel SFO
Specifieker onderzoek naar functiestoornissen in het gewricht
Bv artritis, immobilisatie, degeneratie
BFO SFO
SFO
o Brug naar de therapie
o Elasticiteit van het gewrichtskapsel onderzoeken
o Invloed translatie(-angulatie) op ROM en reactiviteit nagaan
Kennis artrokinematica is cruciaal
Beweging beschrijven obv de vorm van de gewrichten
Beweging = rotatie + translatie
→ Opgelet: convex-concaaf regel vs biomechanische 3D-studies
Translatie wordt:
→ Hierdoor blijft de druk verdeeld in het gewricht + kapselspanning niet te overmatig
o Passief gestuurd door kapsulo-ligamentaire spanning
o Actief gestuurd door spierwerking
Mechanische eigenschappen van bindweefsel:
o Load-deformation
o Elastische vs plastische deformatie
o Kruipgedrag
o Stress-relaxatie
o Strainrate dependency (vanWingerden,1997)
Principe:
Tibia = concaaf
Talus = convex
CCR = convex-concaaf regel
N-CCR = niet convex-concaaf
regel
1
,Mechanische eigenschappen bindweefsel
Elastische deformatie = toe region
Plastische deformatie = linear region
→ Actuele eindgrens verschuiven naar fysiologische
eindgrens door aangehouden rek met weinig maar
constant aangehouden kracht obv het verbreken van
intermoleculaire cross-links:
o H-verbindingen zijn relatief makkelijk te verbreken
o N-verbindingen zijn moeilijk te verbreken
Kruipgedrag = toenemende bindweefsel-vervorming in de tijd bij constant aangehouden kracht die na
een tijd een plateau bereikt
Stress-relaxation = bij het constant op rek brengen van bindweefsel zal er initieel een sterke mate van
spanning waarneembaar zijn die na verloop van tijd zal afnemen
Strain rate dependent = weerstand tegen rek zal groter zijn wanneer bindweefsel snel op rek wordt in
vgl met iets traag op rek brengen
Artrokinematica Art. talocruralis
= bovenste spronggewricht
Volgens convex- concaaf regel:
o DF: talus rolt naar ventraal, translatie (glijden) naar dorsaal
o PF: talus rolt naar dorsaal, translatie naar ventraal
→ Hier wordt enkel rekening gehouden met puur 2 botstukken
Maar: 3D studies De asla (2006) & Caputo (2009) = niet-convex-concaaf regel
o DF: translatie talus naar ventraal
o PF: translatie talus naar dorsaal
→ Hier wordt ook rekening gehouden met ligamentaire structuren die een invloed hebben alsook de
Fz.
Artrokinematica tibiofibulair
Tibiofibulaire syndesmose: bij 3D onderzoek (Nault et al 2017) van PF naar DF ziet men:
o Translatoire mobiliteit vnl te detecteren vanuit PF naar neutrale stand
o Exorotatie en laterale verplaatsing fibula
o Minimale translatie van fibula naar dorsaal tov tibia
Anterieure verplaatsing fibula tov tibia: plantaire flexie
Dorsale verplaatsing fibula tov tibia: dorsiflexie
2
, JOINTPLAY ENKEL
Talocruraal: dorsiflexie (N-CCR, fysiologisch)
= translatie talus naar ventraal
UH P: zijlig, flexie knie, flexie heup, enkel in dorsiflexie
UH T: staand, voet van P thv je navel (je kan je buikspieren eventueel opspannen), met je schouders
over de P hangen, je buik is richting de patiënt
Uitvoering: met je ene hand ga je de tibia stabiliseren naar dorsaal. De andere hand omvat de talus
langs dorsaal (hand net onder de maleoli). Zorg ervoor dat je onderarmen loodrecht op de enkel
staan. We gaan nu vanuit een zekere actuele eindstand nagaan of er een translatoire beweging
mogelijk is naar ventraal.
Talocruraal: dorsiflexie (N-CCR)
= translatie talus naar ventraal
UH P: in kniezit, voet over de rand van de tafel, kussen als ondersteuning
UH T: staand, voet van P op het bovenbeen
Uitvoering: met onze niet-gelijknamige hand gaan we het onderbeen stabiliseren tegen de tafel. We
brengen de voet in een zekere dorsiflexie. We plaatsen ons zwemvlies van de gelijknamige hand op de
achterkant van de talus (onder de maleoli) en voeren dan een translatie naar ventraal uit. De arm
moet loodrecht op de enkel staan.
Talocruraal: dorsiflexie (CCR, afysiologisch)
= translatie talus naar dorsaal
Volgens 3-dimensioneel onderzoek gebeurt dit niet echt, maar toch is dit soms interessant na
immobilisatie waarbij het achterste gewrichtskapsel verkort is of wanneer er bij de patiënt een
vermoeden is van een geblokkeerd gewricht (de talus zit niet helemaal op zijn plaats).
3
