Biologie: thema 2: orde scheppen in een verscheidenheid aan soorten
1. Tree of life
1.1. Ontstaan van soorten
Biodiversiteit of totale verscheidenheid aan soorten op aarde is het
resultaat van meer dan 3,5 miljard jaar aan evolutie en 1,75 miljoen
soorten.
Charles Darwin verklaring rond het ontstaan van nieuwe soorten
1.1.1. Natuurlijke selectie volgens Darwin
3 steeds terugkomende vaststellingen:
1) Alle organismen binnen 1 soort zijn lichtjes verschillend
(variatie):
Er bestaat tussen elke soort heel wat variatie
2) Kinderen gelijken op hun ouders (overerving):
Kenmerken van de ouders worden overgeërfd door de
nakomelingen.
Omdat die kenmerken worden overgedragen op volgende
generaties, spreken we van erfelijke kenmerken. Het
doorgeven van kenmerken zelf noemen we overerving.
DNA = erfelijk materiaal in de celkern
bepaald hoe erfelijk materiaal tot stand komt
Genetische code of erfelijke code = code in DNA –
moleculen
bepaalt hoe en wat er in ons lichaam gemaakt moet
worden en hoe we eruit zien en hoe ons lichaam werkt
Gen = een bepaald stukje van het DNA (DNA – fragment)
bepalen hoe we eruit zien en functioneren
3) In de natuur is er voortdurend strijd en een tekort aan
middelen (omgevingsdruk)
roofdieren beperken het aantal
de beschikbaarheid van voedsel en water is beperkt
in geval van beperkte beschikbaarheid
voedselconcurrenten
Dat alles zorgt ervoor dat de helft tot driekwart sterft nog
voor ze voor nageslacht kunnen zorgen.
Omgevingsdrukde omgeving zet het aantal voortdurend
onder druk
1.1.2. Verwantschappen
hoe dichter twee organismen met elkaar verbonden zijn, hoe
meer hun erfelijk materiaal op elkaar gelijkt.
DNA stamt af van dezelfde voorouder.
, gorilla chimansee
gemeenschappelijk mens
e voorouder
1.2. Diversiteit aan verwante soorten: tree of life
Tree of live = een boomstructuur die de evolutie van alle leven op
aarde vanuit de oercel weergeeft
Om de tree of life op te bouwen, onderzoekt men de erfelijke code
van verschillende soorten.
Na grondig puzzelen konden wetenschappers de verwantschappen en
voorouders van een grote hoeveelheid soorten in een grote
boomstructuur samenleggen.
De nabijheid van twee takken geeft de mate van verwantschap weer
de overeenkomt in erfelijk materiaal
1.3. Drie domeinen
1.3.1. Domein van bacteriën
Voorkomen
Komen bijna overal voor en vaak in enorme hoeveelheden
Grootte en bouw (zie tekening p43)
Heel klein 1 tot 10 µm
Niet te zien met het blote oog
Dragen hun erfelijk materiaal los in cytoplasma
geen celcompartimentering
1. Tree of life
1.1. Ontstaan van soorten
Biodiversiteit of totale verscheidenheid aan soorten op aarde is het
resultaat van meer dan 3,5 miljard jaar aan evolutie en 1,75 miljoen
soorten.
Charles Darwin verklaring rond het ontstaan van nieuwe soorten
1.1.1. Natuurlijke selectie volgens Darwin
3 steeds terugkomende vaststellingen:
1) Alle organismen binnen 1 soort zijn lichtjes verschillend
(variatie):
Er bestaat tussen elke soort heel wat variatie
2) Kinderen gelijken op hun ouders (overerving):
Kenmerken van de ouders worden overgeërfd door de
nakomelingen.
Omdat die kenmerken worden overgedragen op volgende
generaties, spreken we van erfelijke kenmerken. Het
doorgeven van kenmerken zelf noemen we overerving.
DNA = erfelijk materiaal in de celkern
bepaald hoe erfelijk materiaal tot stand komt
Genetische code of erfelijke code = code in DNA –
moleculen
bepaalt hoe en wat er in ons lichaam gemaakt moet
worden en hoe we eruit zien en hoe ons lichaam werkt
Gen = een bepaald stukje van het DNA (DNA – fragment)
bepalen hoe we eruit zien en functioneren
3) In de natuur is er voortdurend strijd en een tekort aan
middelen (omgevingsdruk)
roofdieren beperken het aantal
de beschikbaarheid van voedsel en water is beperkt
in geval van beperkte beschikbaarheid
voedselconcurrenten
Dat alles zorgt ervoor dat de helft tot driekwart sterft nog
voor ze voor nageslacht kunnen zorgen.
Omgevingsdrukde omgeving zet het aantal voortdurend
onder druk
1.1.2. Verwantschappen
hoe dichter twee organismen met elkaar verbonden zijn, hoe
meer hun erfelijk materiaal op elkaar gelijkt.
DNA stamt af van dezelfde voorouder.
, gorilla chimansee
gemeenschappelijk mens
e voorouder
1.2. Diversiteit aan verwante soorten: tree of life
Tree of live = een boomstructuur die de evolutie van alle leven op
aarde vanuit de oercel weergeeft
Om de tree of life op te bouwen, onderzoekt men de erfelijke code
van verschillende soorten.
Na grondig puzzelen konden wetenschappers de verwantschappen en
voorouders van een grote hoeveelheid soorten in een grote
boomstructuur samenleggen.
De nabijheid van twee takken geeft de mate van verwantschap weer
de overeenkomt in erfelijk materiaal
1.3. Drie domeinen
1.3.1. Domein van bacteriën
Voorkomen
Komen bijna overal voor en vaak in enorme hoeveelheden
Grootte en bouw (zie tekening p43)
Heel klein 1 tot 10 µm
Niet te zien met het blote oog
Dragen hun erfelijk materiaal los in cytoplasma
geen celcompartimentering