Sofisten
Relativisme: niet absolute waarheid
Doel= macht, nut> waarheid
Hoe: overtuigen, loon
retorische vraagtechnieken
welsprekendheid
Socrates
dé Waarheid: kritische dialoog + redelijke argumentatie
Apologie (= verdedigingsrede: orakel priesteres Delphi: “de meest wijze man ter wereld” Omdat ik weet dat ik niets weet)
=Eironia
3 Stellingen: Deugd= inzicht, niemand doet onwetend verkeerd: straffen= zinloos
Kennis= amnese (wederherkenning): vroedvrouw
Doel van het leven= trouw aan zichzelf: het niet beredeneerde leven is het niet waard te leven
2 Adagia: Ken uzelf: belerend, superieur
Zorg voor uzelf: waarheid> leven: manier van leven
Plato
Ideeenleer: Idee van het Goede
échte wereld: ideeën: Episteme
Schijnwereld: alledaagse: Doksa
Mensbeeld: dualisme (wagenmenner)
Ziel: we ZIJN onze ziel
Schoonheid vs afkeer van de kunst=
Lichaam: ideale gevangenis: leren sterven
Staatsopvatting: geen Democratie vs uitvinding van de school
Filosoof- koning
Wachters
Volk
Aristoteles
Hylemorfisme (zijn van de dingen: STOF en VORM)
Metafysica: 4 oorzaken: Stofoorzaak vb: hout
Vormoorzaak vb: 4 poten, 1 plat vlak
Werkoorzaak vb: timmerman
Doeloorzaak vb: om aan te eten/ studeren
3 Zielen: vegetatief: voortplanting
animaal: voortbewegen
rationeel: praten
God= Onbewogen beweger
Democratie= komen tot leefbare consensus
mens= politiek >dier
Deugd= midden, toppunt
goede leven= eudaimonia (deugdzame, stabiele ordening van het driftleven
, Epikoeros
Hedonisme (= genot): mens van nature op uit
- Ataraksia = volstrekte gemoedsrust door af te zonderen): therapy of desire
Materialisme
Allervolmaakste atomen= God
Tetra pharmacon (= 4-voudig geneesmiddel)
1: Verslavende kracht van begeerten: statische> dynamische vb: zon- auto
noodzakelijke > niet-noodzakelijke vb: eten- auto
geestelijke > lichamelijke vb: herinnering= onbegrensd
2: vermijden van pijn: omgaan met lijden
3: Angst voor de dood: gaat ons niet aan (materialisme)
4: Vrees- Goden: vereren!
Kepos: naam van de tuin
Stoïcisme
Kosmopolis: Sympatheia: universele lotsverbondenheid
Fatalisme: verzetten tegen Logos: dom en nutteloos!
Autonomie: besef dat men onvrij is
apatheia: toestand van geluk: vrijheid tegenover affecten
4 Grondpassies (= verkeerdelijk oordeelsvermogen: geperverteerd gebruik van rede)
Rationalisme
Hedone Epilhyma
Lype Phobos
Jezus Christus
Heilsleer: anti-filosofie (sprong wagen, radicale keuze)
Fideïsme: rede niet relevant voor het geloof
nederigheid= deugd in plaats van grootheidswaanzin
Vergeving is principieel
Altruïstische liefde: 1 wet en gebod
‘Ama et quod vis fac’
Genade: schuldcultuur vs schaamtecultuur
Interventie van God: positieve boodschap bij bekering: volledige wedergeboorte
Erfzonde: gevecht tegen radicale kwaad in ieder van ons (denken)
ultieme ervaring= de dood
Michel Faucoult
Pedagoog als: Arts: diagnose stellen (medicalisering)
pastoor: biecht (pastorale machtstechnologie)
Thomas van Aquino
Summa theologica
Christelijke Aristoteles
3 Ongerijmdheden: Oneindige wereld: Oorzakelijkheid
Sterfelijke ziel: rationele ziel (abstracties+ oneindig aantal representaties)
Onbewogen Beweger ‘Wezen’: essentie voorafgaand aan existentie?
Morele consequenties: Abortus: Ultieme weigering van het geschenk van God
Handenarbeid= goed (natuurwet)
Perfect wezen= God
Willem van Ockham
Voluntarisme (indien God het zo wil vb: rond vierkant)
Dubbel verraad: A ‘praktische wijsheid is niet natuurwet
C Inperking Gods almacht: “Kijken - intenties “niet gelijk aan daden?
Relativisme: niet absolute waarheid
Doel= macht, nut> waarheid
Hoe: overtuigen, loon
retorische vraagtechnieken
welsprekendheid
Socrates
dé Waarheid: kritische dialoog + redelijke argumentatie
Apologie (= verdedigingsrede: orakel priesteres Delphi: “de meest wijze man ter wereld” Omdat ik weet dat ik niets weet)
=Eironia
3 Stellingen: Deugd= inzicht, niemand doet onwetend verkeerd: straffen= zinloos
Kennis= amnese (wederherkenning): vroedvrouw
Doel van het leven= trouw aan zichzelf: het niet beredeneerde leven is het niet waard te leven
2 Adagia: Ken uzelf: belerend, superieur
Zorg voor uzelf: waarheid> leven: manier van leven
Plato
Ideeenleer: Idee van het Goede
échte wereld: ideeën: Episteme
Schijnwereld: alledaagse: Doksa
Mensbeeld: dualisme (wagenmenner)
Ziel: we ZIJN onze ziel
Schoonheid vs afkeer van de kunst=
Lichaam: ideale gevangenis: leren sterven
Staatsopvatting: geen Democratie vs uitvinding van de school
Filosoof- koning
Wachters
Volk
Aristoteles
Hylemorfisme (zijn van de dingen: STOF en VORM)
Metafysica: 4 oorzaken: Stofoorzaak vb: hout
Vormoorzaak vb: 4 poten, 1 plat vlak
Werkoorzaak vb: timmerman
Doeloorzaak vb: om aan te eten/ studeren
3 Zielen: vegetatief: voortplanting
animaal: voortbewegen
rationeel: praten
God= Onbewogen beweger
Democratie= komen tot leefbare consensus
mens= politiek >dier
Deugd= midden, toppunt
goede leven= eudaimonia (deugdzame, stabiele ordening van het driftleven
, Epikoeros
Hedonisme (= genot): mens van nature op uit
- Ataraksia = volstrekte gemoedsrust door af te zonderen): therapy of desire
Materialisme
Allervolmaakste atomen= God
Tetra pharmacon (= 4-voudig geneesmiddel)
1: Verslavende kracht van begeerten: statische> dynamische vb: zon- auto
noodzakelijke > niet-noodzakelijke vb: eten- auto
geestelijke > lichamelijke vb: herinnering= onbegrensd
2: vermijden van pijn: omgaan met lijden
3: Angst voor de dood: gaat ons niet aan (materialisme)
4: Vrees- Goden: vereren!
Kepos: naam van de tuin
Stoïcisme
Kosmopolis: Sympatheia: universele lotsverbondenheid
Fatalisme: verzetten tegen Logos: dom en nutteloos!
Autonomie: besef dat men onvrij is
apatheia: toestand van geluk: vrijheid tegenover affecten
4 Grondpassies (= verkeerdelijk oordeelsvermogen: geperverteerd gebruik van rede)
Rationalisme
Hedone Epilhyma
Lype Phobos
Jezus Christus
Heilsleer: anti-filosofie (sprong wagen, radicale keuze)
Fideïsme: rede niet relevant voor het geloof
nederigheid= deugd in plaats van grootheidswaanzin
Vergeving is principieel
Altruïstische liefde: 1 wet en gebod
‘Ama et quod vis fac’
Genade: schuldcultuur vs schaamtecultuur
Interventie van God: positieve boodschap bij bekering: volledige wedergeboorte
Erfzonde: gevecht tegen radicale kwaad in ieder van ons (denken)
ultieme ervaring= de dood
Michel Faucoult
Pedagoog als: Arts: diagnose stellen (medicalisering)
pastoor: biecht (pastorale machtstechnologie)
Thomas van Aquino
Summa theologica
Christelijke Aristoteles
3 Ongerijmdheden: Oneindige wereld: Oorzakelijkheid
Sterfelijke ziel: rationele ziel (abstracties+ oneindig aantal representaties)
Onbewogen Beweger ‘Wezen’: essentie voorafgaand aan existentie?
Morele consequenties: Abortus: Ultieme weigering van het geschenk van God
Handenarbeid= goed (natuurwet)
Perfect wezen= God
Willem van Ockham
Voluntarisme (indien God het zo wil vb: rond vierkant)
Dubbel verraad: A ‘praktische wijsheid is niet natuurwet
C Inperking Gods almacht: “Kijken - intenties “niet gelijk aan daden?